Paragraaf 2.5 (2HVE)

Paragraaf 5

Hoofdstuk 2 
Wat ga je doen?



-> Lezen § 2.5

-> Aan de slag

-> Afronding


 
Nederland: land zonder een echte grote stad
1 / 28
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Paragraaf 5

Hoofdstuk 2 
Wat ga je doen?



-> Lezen § 2.5

-> Aan de slag

-> Afronding


 
Nederland: land zonder een echte grote stad

Slide 1 - Slide

Paragraaf 5

hoofdstuk 2 
Wat ga je doen?



-> Lezen § 2.5

-> Aan de slag

-> Afronding


 
Nederland: land zonder een echte grote stad

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Paragraaf 5

hoofdstuk 2 
Wat ga je doen?



-> Lezen § 2.5

-> Aan de slag

-> Afronding


 
Nederland: land zonder een echte grote stad

Slide 4 - Slide

Opdracht

-> Heb je de tekst goed
     gelezen?

-> Beantwoord dan de
     vragen op de
     volgende dia's.
 

Slide 5 - Slide

Wat is de titel van § 2.5

Slide 6 - Open question

Wat ga ik volgens de blauwe intro-tekst leren in deze paragraaf?

Slide 7 - Open question

Wat was Amsterdam omstreeks 1800 voor een stad?

Slide 8 - Open question

Welke ontwikkeling werd in gang gezet rond 1900?

Slide 9 - Open question

Welke drie andere grote steden ontwikkelden zich naast Amsterdam?

Slide 10 - Open question

Alle vier de grote steden hadden een eigen functie? Welke functie paste bij welke stad?

Slide 11 - Open question

Wat gebeurde er soms met de omringende dorpen die dichtbij de steden lagen na 1900? Wat werd de stad op dat moment?

Slide 12 - Open question

Wanneer bereikten de Nederlandse steden hun top?

Slide 13 - Open question

Welk proces kwam op gang na 1960?

Slide 14 - Open question

Waarom vonden de mensen de stad niet altijd meer een aantrekkelijke plek?

Slide 15 - Open question

Waarom hoefden veel mensen niet meer persé dichtbij hun werk te wonen?

Slide 16 - Open question

Wie verlieten de steden na 1960 nog meer? En waarom precies?

Slide 17 - Open question

Veel steden veranderden na 1960 van een agglomeratie in een .....?

Slide 18 - Open question

Wat is het kenmerk van een stadsgewest?

Slide 19 - Open question

Na 1990 groeiden de stadsgewesten steeds meer naar elkaar toe. Wat ontstond er vanaf die tijd?

Slide 20 - Open question

Noem Nederlands bekendste stedelijk gebied. Waar ligt deze en uit welke steden bestaat deze precies?

Slide 21 - Open question

Bekijk bron 30: Heeft Nederland één stedelijk gebied?

Slide 22 - Open question

Wat wordt er bedoeld met het Groene Hart?

Slide 23 - Open question

Hoe probeert de overheid te voorkomen dat het Groene Hart verdwijnt?

Slide 24 - Open question

De stad heeft een verzorgingsgebied. Wat bedoelen we daar precies mee?

Slide 25 - Open question

Waaraan kun je merken dat de stad een verzorgingsfunctie heeft?

Slide 26 - Open question

Paragraaf 2.5 doorgenomen?


-> Ga naar methodewebsite.

-> Open paragraaf 2.5

-> Maak opdr. 1 + 2 (§ 2.5)  
 

Slide 27 - Slide

           Je bent nu klaar met de les 'paragraaf 2.5' 

Slide 28 - Slide