Workshop examentraining talen

Workshop examentraining talen
1 / 29
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Workshop examentraining talen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

In deze workshop:
  1. Woordenboekgebruik
  2. Leesstrategieën
  3. Stappenplan & timemanagement

Slide 2 - Slide

This item has no instructions


  1. Je oefent hoe je een woordenboek op de juiste manier gebruikt, zodat je weet wat een woord betekent én hoe je het moet gebruiken in een zin.
    Dit helpt je bij elk taalvak, zoals Engels, Nederlands of Duits.
  2. Je oefent verschillende leesstrategieën en een stappenplan, zodat je sneller en slimmer teksten kunt begrijpen en vragen kunt beantwoorden.
    Je kunt deze strategieën toepassen bij álle examens waarin teksten en examenvragen voorkomen.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Leesstrategieën & woordenboekgebruik
Schrijf in één minuut zoveel mogelijk op je blaadje wat je (nog) weet over leesstrategieën (skimmen, scannen, intensief lezen) en woordenboekgebruik.
timer
1:00
Na 1 minuut            korte klassikale bespreking.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Woordenboek gebruiken?
De meest handige tips op een rijtje;
  1. Gebruik het woordenboek als 'laatste redmiddel'. Probeer dus eerst een woordraadstrategie!
  2. Niet alleen de eerste letter, maar ook de 2e en 3e letter zijn belangrijk bij het opzoeken. 
  3. Kijk goed naar de woordsoort; zelfstandige naamwoorden --> enkelvoud.
  4. Werkwoorden --> stam / hele werkwoord
  5. Zoek bij samenstellingen een deel van het woord op. 
  6. Zoek bij gezegdes het zelfstandige naamwoord op. 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions


Hoe gebruik ik een woordenboek?
  1.  Dit is het woord dat je op moest zoeken.
  2. Hier staat hoe je het woord uit moet spreken. Verklaring van uitspraaktekens staan ook voor in woordenboek.
  3. Woordsoorten worden in een woordenboek aangegeven met Romeinse cijfers (I, II, III, IV, enzovoort)
  4. Side kan gebruikt worden als zelfstandig naamwoord (zn) of als werkwoord (ww). Woordsoorten worden afgekort. Zoals je kunt zien kan side als werkwoord 3 betekenissen hebben. In dit woordenboek wordt dat aangegeven met a), b), enzovoort. In andere woordenboeken kan dat ook door 1), 2), enzovoort gedaan worden.
  5.  ~ geeft aan dat je hier het woord in moet vullen dat je opgezocht hebt. 
  6.  Voorbeelden in het Engels / Duits worden schuingedrukt.


Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Noteer van elk woord:
- de betekenis
- de woordsoort
- één zin van minimaal 7 woorden waarin je het woord op de juiste manier gebruikt. 

  1. Abstract
  2. Moedwillig
  3. Stereotype
  4. Compulsory
  5. Inflammation


Zoek de volgende woorden op in het woordenboek
timer
5:00

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wat had je in de braindump opgeschreven over leesstrategieën?
  1.  Skimmen: Plaatjes, tussenkopjes, ELZA (eerste / laatste zin van elke alinea) -> onderwerp bepalen / verbanden herkennen.
  2. Scannen: Zoeken naar specifieke informatie (getallen, namen, data, etc.).
  3. Intensief lezen: Grondig lezen om je 'bewijs' te vinden. 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Lees onderstaande tekst:
De mentale gezondheid van jongeren staat steeds vaker onder druk. Uit recent onderzoek blijkt dat meer dan 30% van de jongeren tussen de 14 en 18 jaar last heeft van gevoelens van stress, angst of depressie. Dit heeft vaak te maken met de druk die sociale media en schoolresultaten met zich meebrengen. Het is belangrijk dat jongeren leren hoe ze om kunnen gaan met deze druk, en dat er meer steun en openheid komt over mentale gezondheid in de samenleving. Psychologen roepen op tot meer preventieve maatregelen om jongeren te ondersteunen in hun welzijn.
Vragen:

  1. Wat is het algemene onderwerp van de tekst?
  2. Wat zegt de tekst over de oorzaak van stress bij jongeren?
  3. Wat wordt er gesuggereerd om de mentale gezondheid van jongeren te verbeteren?

Overleg in tweetallen:

  1. Welke strategie moet je inzetten om het antwoord op de vraag te vinden? En waarom? 
  2. Noteer ook het antwoord op de vraag! 
timer
5:00

Slide 9 - Slide

Vragen:

Skimmen: Wat is het algemene onderwerp van de tekst?
Antwoord: De mentale gezondheid van jongeren.

Scannen: Wat zegt de tekst over de oorzaak van stress bij jongeren?
Antwoord: De druk van sociale media en schoolresultaten.

Intensief lezen: Wat wordt er gesuggereerd om de mentale gezondheid van jongeren te verbeteren?
Antwoord: Er moeten meer preventieve maatregelen komen en meer steun en openheid over mentale gezondheid.
timer
5:00

Slide 10 - Slide

Stimuleer de leerlingen om strategieën in te zetten. Bespreek samen:
- wat wordt er gevraagd?
- wat zijn sleutelwoorden in de vraag / antwoordmogelijkheden?
- hoe vind je het bewijs?
- heb je precies gedaan wat er gevraagd werd?
Stappenplan & timemanagement
  1. Lees eerst de vraag. Markeer belangrijke woorden.
  2. Skim de tekst om een idee te krijgen van het onderwerp /  hoofdthema.
  3. Lees intensief óf scan naar details om het antwoord op je vraag te vinden. Markeer belangrijke woorden. 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

timer
3:30

Slide 12 - Slide

Stimuleer leerlingen om sleutelwoorden uit vraag / antwoorden te noteren, vervolgens te skimmen en dan pas intensief te gaan lezen / scannen.  Bespreek duidelijk met leerlingen wáár het bewijs voor het antwoord te vinden is. 
Ik weet hoe ik een woordenboek op de juiste manier gebruik.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Ik weet welke verschillende leesstrategieën ik kan toepassen. 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Ik weet hoe ik mijn tijd in het examen op de juiste manier kan verdelen.  

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

a) Normale
b) Rare
c) Rommelig

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Wat is juist?
A
normale
B
rare
C
rommelig

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

a) troebel
b) bodemloos
c) helder

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Welke is juist?
A
troebel
B
bodemloos
C
helder

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

a) producten
b) papier
c) afval

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

welke is juist?
A
producten
B
papier
C
afval

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

a) waarderen
b) kritiek geven
c) Kiezen

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Welke is juist?
A
waarderen
B
kritiek geven
C
kiezen

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

a) zuinig
b) verspillend
c) geinteresseerd

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Welk antwoord is goed?
A
zuinig
B
verspillend
C
geinteresseerd

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

1. artery 2. revulsion 3. jug
4. fawn 5. twinkle 6. pitfall

timer
2:00

Slide 29 - Open question

This item has no instructions