Woordenschat - les 11

1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Lezen 
  • Verder werken aan Formuleren: uitdrukkingen

Slide 2 - Slide

Presentaties
  • Dinsdag 10 juni: Jelte en Terrence / Noa en Tess / Merel en Nikki

  • Donderdag 12 juni: Julian, Hielke en Jayden / Vera en Isa-Bo / Yara en              Emma / Fabiën en Jalissa /  Nathan en Jesse / Guus en Luuk

Slide 3 - Slide

Lezen

  • 20 minuten lezen in stilte

Slide 4 - Slide

Formuleren
Cursus 5, paragraaf 9

Doel:
Ik kan uitdrukkingen begrijpen en op de juiste manier gebruiken.

Slide 5 - Slide

Boter bij de ... doen
A
vis
B
wijn
C
melk
D
kip

Slide 6 - Quiz

Boter bij de vis doen.
A
Je moet meteen betalen voor een product of een dienst.
B
Je stelt je eisen bij om tot een oplossing te komen als je het ergens niet mee eens bent.
C
Je doet iets op een andere manier dan afgesproken.
D
Je zorgt ervoor dat iets goedkoops er duur uit komt te zien.

Slide 7 - Quiz

Iets op zijn ... hebben
A
geweten
B
kerfstok
C
hoede
D
hielen

Slide 8 - Quiz

Iets op zijn kerfstok hebben
A
Je probeert ergens onderuit te komen.
B
Je hebt ruzie met iemand.
C
Je hebt grote twijfels over een belangrijk besluit.
D
Je hebt iets verkeerds gedaan/ iets te verbergen.

Slide 9 - Quiz

Ik ken mijn vriend ...
A
door dik en dun
B
zwart op wit
C
van haver tot gort
D
bij hoog en bij laag

Slide 10 - Quiz

iemand van haver tot gort kennen
A
iemand al vanaf je kindertijd kennen
B
iemand heel goed kennen
C
iemand erg aardig vinden
D
iemand uit de agrarische wereld kennen

Slide 11 - Quiz

Maken

Cursus 5 Formuleren
 paragraaf 9 Uitdrukkingen

alle opdrachten

Slide 12 - Slide