OSP - lesweek 4

Vak: Ondersteuningsplan (OSP)
Fase: 3
Docenten: Enes Ayhan en Gyanie Baldew
1 / 25
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vak: Ondersteuningsplan (OSP)
Fase: 3
Docenten: Enes Ayhan en Gyanie Baldew

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Opening 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
  • Je kunt een keuze maken uit één van de ordeningsmodellen om toe te passen in de praktijk en om je eindopdracht te maken

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Programma
Wat
Hoe lang
Opening van de les
10 minuten
Terugblik op vorige week
10 minuten
Nabespreken huiswerk
10 minuten
Theorie ordeningsmodellen
20 minuten
Opdracht ordeningsmodellen
30 minuten
Aan de slag met de eindopdracht
20 minuten
Evaluatie en afsluiting les
10 minuten

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Terugblik op vorige week
Vorige week hebben we het gehad over eigen regie en SMART-doelen. Wat weet je er nog van?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Wat is zelfbeschikkingsrecht?
A
Het recht om te mogen stemmen
B
Het recht om zelf te bepalen wat je wil
C
Het recht om bezwaar aan te tekenen tegen iets dat je niet bevalt
D
Het recht om je mening te uiten

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Geldproblemen, ruzie met je partner en stress op school zijn voorbeelden van
A
Draagkracht
B
Draaglast

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Noem een voorbeeld van draagkracht

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Het doel ‘Willem kan over een maand elke dag minimaal 2 ADL-activiteiten (algemene dagelijkse levensverrichting) uitvoeren’ is bijna SMART. Op welk punt is het doel NIET SMART?
A
Specifiek
B
Meetbaar
C
Acceptabel / Realistisch
D
Tijdsgeboden

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

VRAGEN?
Zijn er vragen naar aanleiding van het huiswerk (SMART-doelen) en of praktijksituaties?

Slide 10 - Slide

Klassengesprek
1) Wat verstaan jullie onder eigen regie?
2) voor wie geldt eigen regie?
3) Wanneer kan/mag je in Nederland eigen regie voeren
4) Waarom is eigen regie belangrijk denk je?
Theorie ordeningsmodellen

In de eerste les hebben we het kort gehad over ordeningsmodellen. Wat is daarvan blijven hangen?

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Ordeningsmodellen
Om de beginsituatie van je client in kaart te brengen, gebruik je een ordeningsmodel. Een ordeningsmodel heeft als doel om de situatie van een client zo goed mogelijk in beeld te brengen. Drie belangrijke modellen zijn:

  1. Model van de leefgebieden
  2. Model van de ontwikkelingsgebieden
  3. Model van de positieve gezondheid

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Model van leefgebieden
Dit model ordent de informatie van je beginsituatie op basis van 7 leefgebieden. Zie de website van Movisie voor meer informatie: klik hier

  1. Zingeving
  2. Wonen
  3. Financien
  4. Sociale relaties
  5. Lichamelijke gezondheid
  6. Psychische gezondheid
  7. Werk en activiteiten

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Model van de ontwikkelingsgebieden
Het model van de ontwikkelingsgebieden ordent de informatie uit een beginsituatie onder de verschillende ontwikkelingsgebieden die er zijn:



  • Lichamelijke ontwikkeling
  • Geestelijke ontwikkeling
  • Cognitieve ontwikkeling
  • Sociale ontwikkeling
  • Emotionele ontwikkeling
  • Seksuele ontwikkeling

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Model van de positieve gezondheid
Dit model ordent de informatie van je beginsituatie waarbij ze rekening houdt met wat mensen nog kunnen in plaats van wat ze niet (meer) kunnen. Het houdt rekening met 6 dimensies:
  1. Lichaamsfuncties
  2. Mentaal welbevinden
  3. Meedoen
  4. Zingeving
  5. Dagelijks functioneren
  6. Kwaliteit van leven

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Opdracht ordeningsmodellen
Je hebt de keus uit twee opdrachten. Kies zelf de opdracht waar je aan wil zitten. Je gaat ongeveer 20 minuten aan de slag. De opdrachten mag je individueel of in groepjes (maximaal 4) doen

  1. Je krijgt een casus van de docent. Je ordent de informatie uit de casus aan de hand van een ordeningsmodel. Je mag zelf kiezen welk ordeningsmodel je gebruikt
  2. Je doet onderzoek naar de drie verschillende ordeningsmodellen. Benoem: de overeenkomsten, de verschillen en de dingen die je per ordeningsmodel opvallen. Bedenk ook welk ordeningsmodel je zou willen gebruiken voor de eindopdracht en waarom

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Nabespreking
Neem een moment de tijd om na te denken over:

  • Wat ging er goed?
  • Wat was lastig?
  • Zijn er nog vragen n.a.v. de ordeningsmodellen?

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Hoe ver ben je met de oefenopdracht?
Ik heb mijn beginsituatie, ondersteuningsvragen en doelen af -> ga bij A staan

Ik heb mijn beginsituatie gedeeltelijk af -> ga bij B staan

Ik ben nog niet begonnen -> Blijf zitten en ga individueel werken aan je eindopdracht

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie van de les
Pak je telefoon er even bij en vul de evaluatie in

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Omschrijf de les in maximaal 4 woorden

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 21 - Open question

This item has no instructions

Geef jezelf een cijfer voor je inzet tijdens de les

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Heb je op- of aanmerkingen voor de docent?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Huiswerk
Gyanie pakt dit verder op met jullie...

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Dank voor de aandacht!

Slide 25 - Slide

This item has no instructions