Gustar, Encantar y Preferir
1 / 23
Lesson duration is: 45 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
De woorden: ME, TE, LE, NOS, OS, LES...
A
... hoef je ze niet altijd te gebruiken met gustar.
B
... moet je ze altijd gebruiken met gustar.
Slide 2 - Quiz
De woorden: ME, TE, LE, NOS, OS, LES...
A
... geven aan WIE iets mooi/leuk/lekker vindt.
B
... geven aan of het w.w enkelvoud of meervoud moet.
Slide 3 - Quiz
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
De woorden: ME, TE, LE, NOS, OS, LES...
A
... hoef je ze niet altijd te gebruiken met gustar.
B
... moet je ze altijd gebruiken met gustar.
Slide 9 - Quiz
De woorden: ME, TE, LE, NOS, OS, LES...
A
... geven aan WIE iets mooi/leuk/lekker vindt.
B
... geven aan of het w.w enkelvoud of meervoud moet.
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
De vervoegingen van PREFERIR ...
A
... zijn allemal onregelmatig.
B
... gebruik je ze samen met: me/te/le/nos/os/les.
C
... zijn soms onregelmatig.
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Es una casa ... piedra.
A
CON
B
DE
C
PARA
D
SIN
Slide 20 - Quiz
Es una casa ... jardín.
A
CON
B
DE
C
PARA
D
SI
Slide 21 - Quiz
Es una casa ... pasar las vacaciones.
A
CON
B
DE
C
PARA
D
SIN
Slide 22 - Quiz
Es una casa ... balcón.
A
ON
B
DE
C
PARA
D
SIN
