les 3 geluid paragraaf 2

• Mens & Natuur
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Welkom

Bij de 3e les over geluid.
Wat gaan we doen:

Terugblik vorige les. 

Uitleg nieuwe leerdoelen
Werken aan de online opdrachten. 

Les afsluiten mbv paar vragen. 

Welke vragen waren lastig?

 vraag 6

Andere vragen fout en nog niet duidelijk waarom?  

Of snap je een vraag nog niet?  

Vraag dan zo tijdens het maken van de opdrachten nog even om extra uitleg.

Even de leerdoelen van vorige les herhalen. 

-Je kunt de drie factoren benoemen die van invloed zijn op de hoogte van de toon die een snaar maakt. 

-Je kunt uitleggen wat de frequentie is van een trilling en je kent de eenheid waarin deze gemeten wordt. 

-Je kunt het verband geven tussen de frequentie en de toonhoogte. 

Als de frequentie omlaag gaat gaat de toonhoogte...

1. Omhoog
2. Omlaag
3. Verandert niet

Wat heeft geen invloed op de toonhoogte van een trillende snaar?

1. De lengte van de snaar
2. De dikte van de snaar
3. De spanning van de snaar
4. De kleur van de snaar

Een bezondere toonhoogte is 432Hz,.. het wordt de klank van het universum genoemd of de 'Ohm frequentie'. Wat is de trillingstijd van deze frequentie?

Bereken de frequentie als de trillingstijd 0,004 s is

De leerdoelen.

-Je kunt uitleggen hoe je met een oscilloscoop de trillingstijd kunt bepalen en hoe je met de trillingstijd de frequentie kunt berekenen. 

-Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een A-toon en een A-toon die een octaaf hoger is. 

-Je kent het frequentiebereik van mensen. 

Voor vwo ook: 

-Je kunt het verschil uitleggen tussen ultrasoon en infrasoon geluid. 

-Je kunt uitleggen hoe je met een oscilloscoop de trillingstijd kunt bepalen en hoe je met de trillingstijd de frequentie kunt berekenen.

-Je kunt uitleggen hoe je met een oscilloscoop de trillingstijd kunt bepalen en hoe je met de trillingstijd de frequentie kunt berekenen.

• Apparaat om trillingen mee zichtbaar te maken
• Hoeveel trillingen staan er in beeld?
• Hoeveel seconde is 1 beeld?
• Hoeveel trillingen passen er dus in 1 seconde?
• Dan kun je zowel T als f berekenen
  

Demo oscilloscoop

https://academo.org/demos/virtual-oscilloscope/

Je ziet 4 trillingen over 0,01 s

Dat zijn 400 trillingen per 1 s.

De frequentie is dus 400 Hz

-Je kunt uitleggen hoe je met een oscilloscoop de trillingstijd kunt bepalen en hoe je met de trillingstijd de frequentie kunt berekenen.

-Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een A-toon en een A-toon die een octaaf hoger is. 

Als je de A-snaar van een gitaar aanslaat, hoor je een vrij lage bastoon van 110 Hz. Deze toon noem je een A. Als je daarna een toon van 220 Hz speelt, hoor je weer een A. Al is deze A hoger, voor je gevoel is het toch dezelfde toon. Je zegt dat deze toon een octaaf hoger is dan de eerste. Speel je daarna een toon van 440 Hz, dan hoor je weer een A: één octaaf hoger dan de A van 220 Hz en twee octaven hoger dan de A van 110 Hz. Bij toon B, C etc.  precies hetzelfde maar dan andere frequentie (zie tabel)

0

-Je kent het frequentiebereik van mensen. 

Geluiden met een heel hoge of een heel lage frequentie kun je niet horen. De meeste mensen van jouw leeftijd horen tonen tussen 20 en 20 000 Hz. Je zegt dat deze tonen binnen het frequentiebereik van je gehoor liggen. Als je ouder wordt, verandert het frequentiebereik van je gehoor. Vooral hoge tonen kun je dan minder goed horen.

Frequentiebereik dieren 

Het frequentiebereik van het menselijk gehoor

ligt tussen de 20 en 20.000 Hz

Opdracht 1. 

Noteer hier je antwoord van opdracht 1

Uitwerking opdracht 1

Opdracht 2

antwoord opdracht 2.

Uitwerking opdracht 2

Havo kan aan het werk.

-Te maken paragraaf 2 opdracht 8 t/m 12 en de test je zelf. 

-Te oefenen met de flitskaarten.

Laatste 10 minuten van deze les weer klassikaal meedoen.

-Je kunt het verschil uitleggen tussen ultrasoon en infrasoon geluid. 

Leerdoelen:

-Je kunt uitleggen hoe je met een oscilloscoop de trillingstijd kunt bepalen en hoe je met de trillingstijd de frequentie kunt berekenen. 

-Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een A-toon en een A-toon die een octaaf hoger is. 

-Je kent het frequentiebereik van mensen. 

Voor vwo ook: 

-Je kunt het verschil uitleggen tussen ultrasoon en infrasoon geluid. 

Kun je bereiken door:

-Te lezen / bestuderen de tekst van hoofdstuk 6 paragraaf 2
-De extra filmpjes (staan aan het eind van deze lessonup) te bekijken 

-Te maken: 

• paragraaf 2 opdracht 8 t/m 12 en vwo ook opdarcht 13 en 14. 
• De test je zelf.
  

-Te oefenen met de flitskaarten.

Zorg dat dit voor de volgende les af is.

Laatste 10 minuten gaan we nog een paar vragen klassikaal behandelen.

Zorg dat je dan weer in teams en lessonup bent.

Afsluiting.

Nog 3 vragen om te kijken of je het hebt begrepen.

Heb je meer uileg nodig over paragraaf 2 bekijk dan de filmpjes aan het einde van deze lessonup.

Ze staan in deze volgorde: 

Vraag 1.

Bereken de frequentie van deze toon.

antwoord vraag 1

Vraag 2

Bereken de frequentie van deze toon.

Wat is ultrasoon geluid ?

1. Geluid onder de 20 Hz
2. Geluid boven de 20 Hz
3. Geluid tussen de 20 en 20 kHz
4. Geluid boven de 20 kHz

Tot de volgende keer.

Blijf bij met je werk dus zorg er voor dat de opdrachten voor de volgende les af zijn.  

  

Je kunt deze les terugvinden in lessonup 

bij je klas.  

Hierna komen de filmpjes met extra uitleg, die kun je dan zelf gaan bekijken. 

 

Je mag deze les (teams) nu verlaten. 

Filmpjes staan in deze volgorde: 

1) Toonhoogte en trilling 

2) Toonhoogte 

3) Stemvork slow motion 

4) Stemvork experimenten 

5) Muziekinstrumenten 

6) Toonhoogte en trillingstijd 

7) Meneer Wiersma: Toonhoogte en frequentie 

8) Oscilloscoop

9) Hondenfluitje

0

0