Infoles: De eindopdracht



Je telefoon ligt in je kluis/tas.
Zichtbaar? Inleveren! πŸ“΅

     Ons huiswerk is klaar wanneer dit 
verwacht wordt. 

     Je laptop ligt dicht klaar op tafel.


Je schrift en pen
    liggen klaar op tafel. πŸ“–βœ











Zijn er vragen of heb je iets niet af/bij?
Laat van je horen! πŸ”Š


OPDRACHT 1: DE STAD
Handige links!
1 / 29
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 29 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson



Je telefoon ligt in je kluis/tas.
Zichtbaar? Inleveren! πŸ“΅

     Ons huiswerk is klaar wanneer dit 
verwacht wordt. 

     Je laptop ligt dicht klaar op tafel.


Je schrift en pen
    liggen klaar op tafel. πŸ“–βœ











Zijn er vragen of heb je iets niet af/bij?
Laat van je horen! πŸ”Š


OPDRACHT 1: DE STAD
Handige links!

Slide 1 - Slide

De eindopdracht
Wat moet je allemaal weten voor de eindopdracht
OPDRACHT 1:  DE STAD
Handige links!

Slide 2 - Slide

GROEPEN
CLPM
          bord
Derbas
Arman
Merve
Phaedra
Yara
Nabil
Eflin
Merkeb
Noa
Ghaith
YSoraya
Mohammed
Richard
Niklas
Floor
Manar
Fay
Deva
Wesam
Elias
Loet
Duke
Yousri

Slide 3 - Slide

GROEPEN
CLPM
          bord
Noa
Filou
Merve
Noren
Bayram
Joey
Ties
Fabian
Farah
Sara
Yaymy
Stijn
Kyan
Ayrton
Susan
Erin
Berat G
Enes
Lynn
Kalina
Berat K
Binaim

Slide 4 - Slide

Wat
Tijd / hoe
                   
Alvast lezen van de reader
x min
                        samen
Uitleg van het hoofdstuk en aantekeningen
x min
                        samen
Verplichtte opdrachten maken
x min
                samen/zelf
Aan de ster opdrachten werken
Overige tijd                                              zelf
totaal: 40 min
Lesplan
Wat
Tijd / hoe
                   
Verkorte uitleg van het hoofdstuk
x min
                               zelf
Optioneel: Meeluisteren verlengde uitleg
x min
                               zelf
Verplichtte opdrachten maken
x min
                               zelf
Aan de ster opdrachten werken
Overige tijd                                              zelf
totaal:              40 min
Wat
Tijd / hoe
                   
Verkorte uitleg van het hoofdstuk
x min
                              zelf
Verplichtte opdrachten maken
x min
                              zelf
Aan de ster opdrachten werken
Overige tijd                                                zelf
totaal:             40 min

Slide 5 - Slide

Het sterrensysteem: scoor je eigen punten

⭐ (per hoofdstuk)
                Keuzemenu
⭐⭐ (per periode)

⭐⭐⭐(per periode)
- Alle opdrachten bijhouden
Aantekeningen bijhouden
- Begrippenlijst/papieren flashcards 
- Samenvatting
- Invulblad maken 
- Presentatie maken 
- Mindmap maken
 
Tijdens de les: Actieve houding aannemen, vragen beantwoorden, vragen stellen. 
- Tijdbalk hele hfst met uitleg
- Eigen oefentoets maken
- Eigen blooket/quiz maken
-  Informatieve video over een van de kernbegrippen (check dit eerst bij mij).
- Lijst met bronnen/afbeeldingen zoeken bij de stof.


andere ideeΓ«n > bespreek het!
- Verslag van een film over het onderwerp.  
- Boekverslag.
- Social media profiel maken
- andere ideeΓ«n > bespreek het!




Beloningen
0-10 : niets
10-20: mini spiekbriefje
20-30: 0,1 bij op de toets

🟒 > 1 ⭐ 
🟑 > 2 ⭐
πŸ”΄ > 3 β­

Slide 6 - Slide


Hoofddoel:
 

Je hebt de kennis om aan de slag te gaan met je eindopdracht
Halknwe

Subdoelen:

x
De leerdoelen: deze les

Slide 7 - Slide

Wat is een stad eigenlijk?
Een moderne stad herken je aan:
- Veel inwoners (meestal >10.000)
- Hoge dichtheid van gebouwen
- Veel voorzieningen (scholen, winkels, ziekenhuizen)
- Functies voor de hele regio (zoals werk en cultuur)

Elke stad ziet er anders uit, maar ze hebben dit altijd gemeen.


Iedereen

Slide 8 - Slide

Wereldstad, hoofdstad of megastad?
Er zijn verschillende soorten steden:
- Hoofdstad: politieke macht (Den Haag, Parijs)
- Wereldstad: internationaal belangrijk (Londen, New York)
- Megastad: meer dan 10 miljoen inwoners (Delhi, Tokyo)
Sommige steden zijn alle drie!

Elke stad ziet er anders uit, maar ze hebben dit altijd gemeen.


Iedereen

Slide 9 - Slide

Waarom wonen mensen in steden?
Mensen trekken naar de stad om:
-Werk te vinden
-Onderwijs te volgen
- Veiligheid te zoeken
- Culturele voorzieningen te gebruiken
In arme landen gebeurt dit vaak uit noodzaak; in rijke landen uit gemak.


Iedereen

Slide 10 - Slide

Problemen in megasteden
In megasteden in arme landen ontstaan vaak krottenwijken.
Waarom?
- Te weinig woningen
- Veel mensen zonder werk
- Slechte voorzieningen (geen water of afvalophaal)
Toch zijn steden ook plekken vol kansen en creativiteit.


Iedereen

Slide 11 - Slide

Suburbanisatie: weg uit de stad
In rijke landen zie je het omgekeerde: mensen trekken weg uit de stad.
Ze willen meer ruimte, groen en rust.
Zo ontstaan voorsteden of suburbs rond grote steden.
Dit heet suburbanisatie.


Iedereen

Slide 12 - Slide

Bereikbaarheid en vervoer
Een goede stad is goed bereikbaar:
- Wegen, fietspaden, spoorlijnen
- Treinstations en lightrail
- Geen eindeloze files (zoals in Jakarta...)
Bereikbaarheid bepaalt of mensen makkelijk kunnen wonen en werken.


Iedereen

Slide 13 - Slide

Bereikbaarheid en vervoer
Een goede stad is goed bereikbaar:
- Wegen, fietspaden, spoorlijnen
- Treinstations en lightrail
- Geen eindeloze files (zoals in Jakarta...)
Bereikbaarheid bepaalt of mensen makkelijk kunnen wonen en werken.


Iedereen

Slide 14 - Slide

Wat zijn verschillende wijken in een stad?
In een stad wonen heel veel mensen. Die wonen niet allemaal op dezelfde manier. Daarom is een stad vaak opgedeeld in wijken – kleinere delen van de stad met een eigen sfeer, soort huizen en inwoners.
Hier zijn voorbeelden van soorten wijken:


Iedereen

Slide 15 - Slide

Wat zijn verschillende wijken in een stad?
1. Oude binnenstad
Vaak het oudste deel van de stad
Smalle straatjes, oude gebouwen
Veel winkels en horeca
Vaak duur om te wonen

Iedereen

Slide 16 - Slide

Wat zijn verschillende wijken in een stad?
2. Nieuwbouwwijk of Vinex-wijk
Gebouwd na 1990
Ruim opgezet, veel eengezinswoningen
Vaak aan de rand van de stad
Veel gezinnen met kinderen



3. Hoogbouwwijk of flatwijk
Veel flats, weinig ruimte per woning

Veel mensen op een kleine plek

Goedkope huurwoningen

Soms druk, soms gezellig

4. Villawijk
Luxe huizen met tuinen

Veel ruimte en groen

Rijke inwoners

Rustig wonen

5. Gemengde wijk
Mix van huur en koop

Woningen van oud en nieuw door elkaar

Mensen van verschillende achtergronden
Iedereen

Slide 17 - Slide

Wat zijn verschillende wijken in een stad?
3. Hoogbouwwijk of flatwijk
Veel flats, weinig ruimte per woning
Veel mensen op een kleine plek
Goedkope huurwoningen
Soms druk, soms gezellig



4. Villawijk
Luxe huizen met tuinen

Veel ruimte en groen

Rijke inwoners

Rustig wonen

5. Gemengde wijk
Mix van huur en koop

Woningen van oud en nieuw door elkaar

Mensen van verschillende achtergronden
Iedereen

Slide 18 - Slide

Wat zijn verschillende wijken in een stad?
4. Villawijk
Luxe huizen met tuinen
Veel ruimte en groen
Rijke inwoners
Rustig wonen



5. Gemengde wijk
Mix van huur en koop

Woningen van oud en nieuw door elkaar

Mensen van verschillende achtergronden
Iedereen

Slide 19 - Slide

Wat zijn verschillende wijken in een stad?
5. Gemengde wijk
Mix van huur en koop
Woningen van oud en nieuw door elkaar
Mensen van verschillende achtergronden
Iedereen

Slide 20 - Slide

Wat zijn verschillende wijken in een stad?
Waarom krijgen wijken namen en nummers?
Elke wijk krijgt bij jullie opdracht een naam Γ©n een nummer (bijv. W1: Groenwijk). De naam zegt vaak iets over het type wijk of wat je daar ziet (bijv. veel groen, hoogbouw of luxe). Het nummer helpt om alles netjes terug te vinden in je legenda.


Iedereen

Slide 21 - Slide

Wat is een bedrijventerrein?
Een bedrijventerrein is een deel van de stad waar gewerkt wordt, niet gewoond.
Hier staan bijvoorbeeld:
Fabrieken
Kantoorcomplexen
Opslagplaatsen
Distributiecentra


Iedereen

Slide 22 - Slide

Wat is een bedrijventerrein?
Bedrijventerreinen liggen meestal aan de rand van de stad. Zo is er genoeg ruimte, en hebben inwoners minder last van geluid of verkeer.

Let op: het moet wel goed bereikbaar zijn via een grote weg of spoorlijn!


Iedereen

Slide 23 - Slide

Wat is een station en een traditionele spoorlijn?
Een station is een plek waar mensen op de trein stappen.
Een traditionele spoorlijn is de gewone treinrails zoals we die in Nederland veel zien.
πŸ”Ή Deze spoorlijnen verbinden jouw stad met andere steden.
πŸ”Ή Ze zijn belangrijk voor forenzen: mensen die in de ene plaats wonen en in een andere werken.
πŸ”Ή Stations liggen meestal bij het stadscentrum of op een knooppunt van vervoer.
In jouw ontwerp moet je minstens twee treinstations en een spoorlijn tekenen.



Iedereen

Slide 24 - Slide

Wat is een light- of monorail?
Een lightrail of monorail is een lichte, snelle trein die binnen de stad mensen vervoert.
Denk aan:
Een moderne tram
Een metro-achtig treintje
Een spoor dat alle wijken van de stad verbindt



Iedereen

Slide 25 - Slide

Wat is een light- of monorail?
πŸ”Ή Rijdt op eigen spoor of verhoogde baan
πŸ”Ή Maakt veel stops binnen de stad
πŸ”Ή Ideaal om snel tussen wijken te reizen
πŸ”Ή Minder geluid en uitstoot dan auto’s

Jij tekent dus een netwerk van lightrail met stations in elke wijk.
Iedereen

Slide 26 - Slide

Iedereen

Slide 27 - Slide


Hoofddoel:
 

Je hebt de kennis om aan de slag te gaan met je eindopdracht
Halknwe

Subdoelen:

x
De leerdoelen: deze les

Slide 28 - Slide



Wat: Verplichte opdrachten H2: 
1 tm 4, 8, 10, 11 tm 13, 15 tm 20, 25, 26

Waar: Reader

 Wanneer: 15 - 20 minuten

Hoe: Zelf in stilte of met je buurman/buurvrouw zachtjes overleggen.

Klaar? Verder met het sterrensysteem




Zijn er vragen of heb je iets niet af/bij?
Laat van je horen! πŸ”Š


Zelf aan de slag
timer
15:00

Slide 29 - Slide