BGER F2: Les 4 (dinsdag) Module Participatie: activiteitenplan schrijven

Module Participatie
Fase 2
Les 4
1 / 19
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Module Participatie
Fase 2
Les 4

Slide 1 - Slide

Programma
  • AWR
  • Terugblik vorige les Beginsituatie
  • Lesdoelen
  • Theorie: Activiteitenplan
  • Opdracht: Schrijf een beginsituatie van jouw cliënt (familielid)
  • Afsluiting

Slide 2 - Slide

Aanwezigheidsregistratie
Aanwezigheid zal door de docent geregistreerd worden. Aanwezigheid kan meerdere malen tijdens de les worden gedaan. Bij vroegtijdig verlaten van de les, zonder geldige reden, zal je op 'ongeoorloofd afwezig' staan. 

Ben je te laat? Geef dit dan door aan het einde van de les aan de docent. Dit is jouw verantwoordelijkheid. 

Slide 3 - Slide

Enegizer
Hoe zit jij erbij?

Qua motivatie/ energie voor school?

Slide 4 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
-Kan je opnoemen uit welke onderdelen een activiteitenplan bestaat.
- Kan je het belang van een activiteitplan benoemen
-Kan je een activiteitenplan schrijven.


Slide 5 - Slide

Ik heb een start gemaakt aan mijn activiteitenplan
Ja
Nee

Slide 6 - Poll

Hoe vul je het format activiteitenplan in
A
Alleen de onderdelen die ik kan vullen met de informatie die ik heb verzamelt.
B
Een format is niet nodig ik mag ook mijn activiteitenplan van de BPV gebruiken.
C
Volledig, alle onderdelen moeten worden ingevuld (ook de op- en /of aanmerkingen).
D
Geen van genoemde antwoorden zijn juist.

Slide 7 - Quiz

Activiteitenplan
Vandaag behandelen wij:
- Begeleidingsmethode
- Begeleidingsstijlen 
- Voortgang
- Uitvoeren activiteit (tijdspad)
- Evaluatie

Slide 8 - Slide

Begeleidingsmethoden
Boek methodisch begeleiden: thema 24.2
Lees dit zelfstandig door, beschrijf welke methode(n) je op stage gebruikt met een voorbeeld van hoe het eruit ziet in de begeleiding van een cliënt op jouw stage. 
timer
10:00

Slide 9 - Slide

5 begeleidingsmethoden
  1. Vraaggericht werken: Vanuit ondersteuningsvraag samen met cliënt.
  2. Oplossingsgericht werken: Aandacht voor kwaliteiten. Eigen kracht vergroten. 
  3. Coaching: cliënt uitdagen en ondersteunen in ontwikkelingsproces. cliënt is leidend. begeleider leunt achterover.
  4. Het To GROW model: stapsgewijs samen werken met cliënt aan doel. 
  5. Gordon methode: respectvolle communicatie, begeleider en cliënt zijn gelijkwaardig. 
  6. Presentiebenadering: Verbinding aangaan met cliënt. relatie is leidend. 

Slide 10 - Slide

Begeleidingsstijlen
Een begeleidingsstijl is een vast en herkenbaar patroon in het gedrag dat je als begeleider laat zien. Boek: methodisch begeleiden. Thema 10


Maak groepjes per begeleidingsstijl.
Elke groepje werkt de gegeven begeleidingsstijl uit door het volgende te beantwoorden:
-  Hoe ziet de begeleidingsstijl eruit?
-  Is er iemand die uit  je groepje die de begeleidingsstijl toepast op zijn stage of eerdere stage? Geef voorbeelden hiervan. 

timer
15:00

Slide 11 - Slide

Begeleidingsstijlen
Een begeleidingsstijl is een vast en herkenbaar patroon in het gedrag dat je als begeleider laat zien. Boek: methodisch begeleiden. Thema 10

Autoritaire stijl: De autoritaire begeleidingsstijl is sturend: jij bepaalt hoe het moet gaan en wat de ander daarvan vindt, doet er weinig toe. Er is veel aandacht voor de taak (jouw doel) en weinig aandacht voor de relatie (de ervaring van de ander).
Permissieve stijl: De permissieve begeleidingsstijl is toegeeflijk: je laat de ander vrij om zijn eigen keuzes te maken. Daarbij heb je weinig aandacht voor de taak (die doet er niet zo veel toe) en veel aandacht voor de relatie (wat de ander graag zou willen).
Autoritatieve stijl: Bij de autoritatieve begeleidingsstijl werk je samen: je overlegt en onderhandelt. Er is aandacht voor de taak én voor de relatie. In dit thema worden deze drie stijlen verder uitgewerkt.

Slide 12 - Slide

Voortgang
Formuleer indicatoren (meetbare aspecten) om de voortgang te meten.
Denk na over hoe je controleert dat de activiteit past bij de cliënt(en).

Hoe ga je werken aan  het doel? Hier schrijf je meetbare acties op door antwoord te geven op:  hoe wil je meten of het doel is bereikt?
Bij doelen kan het handig zijn om een ander te vragen: ‘Ik wil dit oefenen, kun je kijken of ik in
mijn doel slaag?’ De terugblik op de activiteit kun je ook samen met de cliënt doen om te controleren of het doel behaald is. Denk na welke vorm je hiervoor gaat gebruiken.

Slide 13 - Slide

Uitvoeren activiteit
Op welke manier ga je uitleg/instructie geven? Wat is het tijdspad van de activiteit? Wat zijn de risicofactoren?   Tijd, handeling, wie, risicofactoren (gedrag, materialengebruik, groepsdynamiek) 

Vul het tijdspad volledig in!

Slide 14 - Slide

Evaluatie
LET OP: Het gaat hier om het plannen van de evaluatie NIET om de uitvoering. Je activiteit is namelijk nog NIET uitgevoerd.

Denk aan: met wie, wanneer en wat? 

Slide 15 - Slide

Ga aan de slag met je verslag beginsituatie+ activiteitenplan.
LET OP: Je beginsituatie en activiteitenplan komen in een verslag.
Ga aan de slag!
Lees de rubric beginsituatie activiteitenplan goed door! Controleer je verslag aan de hand van de rubric.  

Ben je zeker dat je alles erin hebt staan? Lever je verslag in via Teams-opdrachten:  Eerste inlevermoment.  Wacht de beoordeling af voor een GO voor jouw uitvoering op de BPV.

Heb je een GO? Plan zo snel mogelijk een moment op de BPV voor de uitvoering!
Volgende week bespreken we de gedragsobservatie rubric!

Slide 16 - Slide

Huiswerk
- Ga verder met je beginsituatie en activiteitenplan maak deze af volgens format. 
Tip: maak gebruik van het eerste inlevermoment in Teams  (vrijdag 6 oktober vóór 23:59 uur)

- Lees de rubric gedragsobsveratie door.




Slide 17 - Slide

Ik heb voldoende informatie om mijn verslag beginsituatie+activiteitenplan (af) te maken
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll

Wat vond je van de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Poll