H6.4

Welkom
2 MAVO/HAVO

Hoofdstuk 6
De overheid

1 / 13
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 1 min

Items in this lesson

Welkom
2 MAVO/HAVO

Hoofdstuk 6
De overheid

Slide 1 - Slide

De centrale overheid
Het Rijk wordt ook wel 'de centrale overheid genoemd'
De ministers besturen het Rijk. Zij maken plannen en wetten die door de 2e kamer goedgekeurd moeten worden. De 2e kamer controleert zo de ministers. 


Slide 2 - Slide

Belastingen
Een belasting is een verplichte bijdrage die burgers en bedrijven aan de overheid betalen.

  • Inkomsten belasting
  • Loonbelasintg
  • btw
  • Winstbelasting

Slide 3 - Slide

Btw = Belasting toegevoegde waarde

Het is een belasting die de winkelier moet optellen bij de verkoopprijs


Slide 4 - Slide

Subsidie

Een financiële bijdrage van de overheid om mensen en bedrijven te stimuleren
Accijns

Een extra verbruiksbelasting op alchohol, brandstof en tabak


Slide 5 - Slide

Niet-belasting inkomsten van de overheid

- Mede-eigenaar van de NS, Schiphol en Nederlandse loterij
- Verkoop van aardgas
- Verkeersboetes

Slide 6 - Slide

Rijksbegroting en miljoenennota
De rijksbegroting is een overzicht van de verwachte inkomsten en uitgaven vor het komend jaar. 

De miljoenennota is een toelichting op de rijksbegroting door de minister van Financiën. Deze toelichting is op Prinsjesdag op de derde dinsdag van september

Slide 7 - Slide

Wat was nou ook al weer een begroting?
Inkomsten
Uitgaven
Inkomen uit arbeid
(bijv. salaris)

Inkomen uit winst

Overdrachtsinkomen
(bijv. zakgeld of een uitkering)

Huishoudelijke uitgaven
(bijv. eten, kapper)

Vaste lasten
(bijv. huur, abonnementen)

Incidentele uitgaven
(bijv. vakantie, meubels)

Slide 8 - Slide

Rijksbegroting 2023

Slide 9 - Slide

Begrotingstekort
Als de overheid meer uitgaven dan inkomsten verwacht, heeft ze een begrotingstekort.

Tegenovergestelde is een 
begrotingsoverschot. 


Slide 10 - Slide

Wat kan ik doen bij een tekort of overschot?
Begrotingstekort = uitgaven > inkomsten
Geld lenen
Bezuinigen
Belastingen verhogen
Begrotingsoverschot = inkomsten > uitgaven
Schuld aflossen
Meer uitgeven

Slide 11 - Slide

Begrotingstekort & -overschot
  • Begrotingstekort = uitgaven > inkomsten
  • Geld lenen
  • Bezuinigen
  • Belastingen verhogen
  • Begrotingsoverschot = inkomsten > uitgaven
  • Schuld aflossen
  • Meer uitgeven

Slide 12 - Slide

Aan de slag!
Maken paragraaf 6.4 op bladzijde 170.
Klaar? Nakijken

Einde van de les bespreken we enkele opgaven

Slide 13 - Slide