Cours du 4 juin

Tâche
Cours du 4 juin
1 / 12
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Tâche
Cours du 4 juin

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Le dernier cours (21 mai)
⭐️ Herhaling over het bijvoeglijk naamwoord

⭐️ Mini interview

⭐️ Parler (C & G)

⭐️ Uitleg tâche

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Ce cours (deze les)

⭐️ Le dernier cours
⭐️ Le check in: vragen beantwoorden + metrostation in Parijs
⭐️ Aan de slag met de tâche en herhaling eerdere stof
⭐️ Vragenlijst
⭐️ Billet de sortie
⭐️ Les devoirs
Wat je aan het einde van de les kunt, weet en hebt gedaan

👉🏼 Verduidelijking van de tâche

👉🏼 Herhaling passé composé

👉🏼 Herhaling van de cijfers

Slide 3 - Slide

Klascode klas i1.fa2: 07907
Klascode klas i1.fa3: 63347
Klascode klas i1.fa1: 84262
Vragen over de tâche + antwoorden
☆ Welke opdracht maak je samen en welke in je eentje?
De poster maak je in je eentje en de spreekopdracht in tweetallen.

☆ Mag je er in de les aan werken?
Ja, dat mag. Vandaag is daar tijd voor!

☆ Waar vind ik de luisteropdracht?
Die gaan we klassikaal doen. Daar vertel ik vandaag meer over.

☆ Wanneer moet alles af zijn?
Op dinsdag 3 juni moet alles ingeleverd zijn op Itslearning.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Vragen over de tâche + antwoorden
☆ Moet je de spreekopdracht voor de klas doen?
Nee, dat hoeft niet. Inleveren d.m.v. een filmpje op Itslearning is voldoende.

☆ Mag je de poster op Canva maken?
Dat mag. Je mag het ook op papier maken en dan inscannen.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Video

This item has no instructions

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Herhaling le passé composé
Wat is het?

☆ Om te vertellen dat je iets hebt gedaan. 
Nederlands voorbeeld: Ik heb gezwommen/gegeten/geslapen.

☆ Je gebruikt het hulpwerkwoord hebben.

☆ Bij werkwoorden die eindigen op -er haal je -er eraf om de stam te kunnen vinden. Achter de stam plak je é. 
Voorbeeld: J'ai regardé/dansé/organisé.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Herhaling
Wat is een bijvoeglijk naamwoord?

☆ Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.

☆ Voorbeeld: Het lieve meisje. Lieve zegt iets over het meisje. Lieve is dus het bijvoeglijk naamwoord. Het meisje is het zelfstandig naamwoord. Voor een zelfstandig naamwoord kun je de, het of een zetten.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Uitleg

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag met de tâche
☆ Je gaat aan de slag met de tâche. Zorg ervoor dat je de poster vandaag inlevert op Itslearning.

☆ Maak een script voor jullie spreekopdracht. Dat kan helpen bij het opnemen van het filmpje.

☆ De luisteropdracht doen we op 11 juni tijdens de les.

☆ De deadline voor de gehele tâche is 15 juni.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Les devoirs - Af hebben op 11 juni

☆ Heel chapitre 5
☆ De online oefentoets
☆ De poster + ingeleverd
☆ Het script

Extra hulp nodig of vragen? Stuur mij een berichtje op Teams. Je mag ook altijd langskomen bij het plusuur van Frans. Die is elke woensdag van 14:35 tot 15:20 in de groeifactor.


Le prochain cours
✎ Bezig met de tâche

Slide 12 - Slide

This item has no instructions