DUVT2 vakdidactiek 7 week 5 13-03

Ik toets/evalueer
omdat...
1 / 25
next
Slide 1: Mind map
VakdidactiekHBOStudiejaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Ik toets/evalueer
omdat...

Slide 1 - Mind map

Welke functie van toetsing zou je als docent moeten voorkomen?
A
Cijfergeving
B
Disciplineren
C
Diagnose
D
Certificering

Slide 2 - Quiz

Film: toetsing is meer dan alleen een cijfer


Lees kort de informatie over functies van toetsing in de reader nog een keer door. (3 minuten)



Bekijk de film: welke functies van toetsing worden naar jou idee genoemd?

timer
3:00

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Welke functies van toetsing komen in de film terug?
A
Terugkoppeling / feedback
B
Ontwikkeling van ‘leren leren’
C
Zichtbaar maken van vooruitgang / leerwinst
D
High-Stake en Low-Stake

Slide 5 - Quiz

Welke toetsvorm is een voorbeeld voor een high-stake toets?
A
Een woordjes-so in de loop van een periode.
B
Een proefwerk aan het einde van een hoofdstuk.
C
Het centraal schriftelijk examen.
D
Een diagnostische toets.

Slide 6 - Quiz

Welke toetsvorm is een voorbeeld voor een low-stake toets?
A
Een mondeling tussendoor.
B
Een proefwerk dat meetelt voor de overgang.
C
Een schrijfdossier waarop leerlingen feedback krijgen.
D
Een presentatie als go/no go voor een tentamen.

Slide 7 - Quiz

Welke van de functies van toetsing en evaluatie vind je zelf het belangrijkst?

Slide 8 - Open question

Welke van de functies van toetsing zijn voor de leerling het belangrijkst, denk je?

Slide 9 - Open question

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Reader bladzijde 14 huiswerkopdrachten 1 t/m 5

Slide 19 - Slide

Stel op een bepaalde school wordt in een bepaalde klas een gespreksvaardigheidscijfer gegeven op grond van een aantal schriftelijke overhoringen van woorden, praktische uitdrukkingen en zinnetjes (waarbij de spelfouten niet werden aangerekend) plus een uitspraaktoets in de vorm van het voorlezen van een geschreven tekst plus een mondelinge overhoring van enkele eerder geoefende geleide gesprekjes;
A
valide
B
niet valide

Slide 20 - Quiz

Stel, op een bepaalde school wordt in een bepaalde klas:
een schrijfvaardigheidscijfer gegeven op grond van een aantal schriftelijke overhoringen van woorden (waarvan vertalingen in de doeltaal gevraagd werden) plus een aantal vertalingen van zinnen in de doeltaal
A
valide
B
niet valide

Slide 21 - Quiz

Stel op een bepaalde school wordt aan een bepaalde klas een grammaticacijfer gegeven op grond van een aantal schriftelijke invulzinnen
A
valide
B
niet valide

Slide 22 - Quiz

Lees reader bladzijde 15 en 16
Geef een definitie van formatieve en van summatieve toetsing. Geef per vorm twee voorbeelden (10 minuten)
timer
10:00

Slide 23 - Slide

Wat was vandaag aan de orde/belangrijk?

Slide 24 - Open question

Opmerkingen over de
les / tool?

Slide 25 - Mind map