Arbeidsmarkt

Werkloosheid
Soorten:
  1. conjucturele werkloosheid
  2. structurele werkloosheid
  3. seizoenswerkloosheid
  4. regionale werkloosheid
  5. frictiewerkloosheid
1 / 10
next
Slide 1: Slide
EconomieSecundair onderwijs

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Werkloosheid
Soorten:
  1. conjucturele werkloosheid
  2. structurele werkloosheid
  3. seizoenswerkloosheid
  4. regionale werkloosheid
  5. frictiewerkloosheid

Slide 1 - Slide

Conjucturele werkloosheid
= gevolg van daling van vraag naar goederen/diensten
= tijdelijk

Slide 2 - Slide

5

Slide 3 - Video

01:27
Wanneer het goed gaat met de economie noemen we dit
A
hoogconjunctuur
B
laagconjunctuur

Slide 4 - Quiz

03:59
Structurele werkloosheid is altijd een gevolg van een beslissing van de producent.
A
juist
B
fout

Slide 5 - Quiz

05:23
Wanneer er minder vraag is naar vaste computers kan dit zorgen voor:
A
regionale werkloosheid
B
frictiewerkloosheid
C
seizoenswerkloosheid
D
structurele werkloosheid

Slide 6 - Quiz

05:24
Het verkopers op de kerstmarkt hebben in de zomer geen werk.
Dit is een voorbeeld van
A
conjucturele werkloosheid
B
frictiewerkloosheid
C
structurele werkloosheid
D
seizoenswerkloosheid

Slide 7 - Quiz

05:25
Ik ben net afgestudeerd en op zoek naar werk. Momenteel ben ik
A
structureel werkloos
B
conjuctureel werkloos
C
frictie werkloos
D
seizoenswerkloos

Slide 8 - Quiz

Welke werkloosheid is niet tijdelijk
A
structurele werkloosheid
B
regionale werkloosheid
C
frictiewerkloosheid
D
seizoenswerkloosheid

Slide 9 - Quiz

regionale
seizoens
structurele
conjucturele
frictie

Slide 10 - Drag question