1.3 De zon als motor: luchtdruk en wind + Quizz 1.1 + 1.2

H1: Weer en Klimaat
§3: De zon als motor: Luchtdruk en wind 

Deel II + Herhaling




De Geo 4 VMBO-KGT



1 / 19
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H1: Weer en Klimaat
§3: De zon als motor: Luchtdruk en wind 

Deel II + Herhaling




De Geo 4 VMBO-KGT



Slide 1 - Slide

Benodigdheden:
- gekleurde blaadjes voor lagen
- klei voor sedimentgesteente
H1: Het weer en klimaat
§3: De zon als motor: Luchtdruk en Wind

Wat gaan we doen?
  • Uitleg: Wat hebben luchtdruk en wind met elkaar te maken?


Leerdoelen
  • Je kunt aan het einde van de les uitleggen hoe aan het aardoppervlak verschillen in luchtdruk ontstaan door verschillen in luchttemperatuur en hoe hierdoor de wind gaat waaien. 
  • Je kunt aan het einde van de les op een weerkaart aan de hand van isobaren aangeven waar de wind het hardst waait, waarbij de de schaal van Beaufort in een weerbericht kunt herkennen en toepassen. 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

H1: Het weer en klimaat
§3: De zon als motor: Luchtdruk en Wind

Terugblik
  • Herhaling van de informatie van paragraaf 1.1, 1.2 en het begin van 1.3 door een QUIZ

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat is een isotherm?
A
Lijnen die plaatsen met een geljke temperatuur met elkaar verbinden
B
een soort luchtstreek
C
de grens voor de tropen
D
de lijn waarboven het te koud is voor de boomgroei

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de juiste omschrijving van breedteligging?
A
Grote gebieden die qua klimaat hetzelfde zijn
B
Hoek die de zonnestralen maken met het aardoppervlak
C
De ligging van een plaats ten opzichte van de evenaar in graden
D
Zone op aarde die ingedeeld is in temperatuur

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

In de staat Utah in de Verenigde Staten is in augustus 2021 een wielerwedstrijd gehouden. De wielrenners begonnen op 1.000 meter hoogte bij een temperatuur van 34 graden Celsius. De finish lag op 3.000 meter hoogte.
Wat was de temperatuur bij de finish?
A
14 graden Celsius
B
22 graden Celsius
C
28 graden Celsius
D
40 graden Celsius

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Door welk klimaatfactor is de temperatuur in januari aan de kust lager?
A
Breedteligging
B
Hoogteligging
C
Afstand tot de zee
D
Geen van deze

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Waarom ligt er in Zwitserland vaker sneeuw dan in Nederland?
Waarom ligt er in Finland vaker sneeuw dan in Nederland?
Waarom ligt er in Polen vaker sneeuw dan in Nederland?
Welke temperatuurfactor speelt een rol?
Hoogteligging
Breedteligging
Afstand tot zee

Slide 8 - Drag question

This item has no instructions

Twee leerlingen doen een uitspraak over luchtdruk.
Uitspraak 1: hoe dichter de isobaren bij elkaar liggen, hoe zwakker de
wind is die daar waait.
Uitspraak 2: in hogedrukgebieden stijgt de lucht op en is de kans op
neerslag groot.
Wat is juist?
A
Alleen uitspraak 1 is juist.
B
Alleen uitspraak 2 is juist.
C
Beide uitspraken zijn juist.
D
Beide uitspraken zijn onjuist.

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Lage druk
Hoge druk
Lagedruk
Hoge druk
Lage druk

Slide 10 - Drag question

This item has no instructions

Sleep de begrippen naar de juiste afbeelding
Aflandige wind
Aanlandige wind

Slide 11 - Drag question

This item has no instructions

Hoe heet de eenheid waarmee de luchtdruk wordt gemeten?
A
Hectopascal
B
Beaufort
C
Fahrenheit
D
Celsius

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

hoe heten de lijnen die punten van dezelfde luchtdruk met elkaar verbinden
A
isothermen
B
isobaren
C
hoogtelijnen
D
beaufortlijnen

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

H1: Het weer en klimaat
§1: Weer of Klimaat?

Uitleg
  • Lesboek blz. 12



Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Depressie

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag...
Opdracht 1, 2ab, 3, 4,

Je mag samenwerken

In je werkboek

Tot 3 minuten voor het einde van deze les.

Werk zelfstandig aan paragraaf 1.6
Wat?

Wie?

Hoe?

Tijd:

Klaar?

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

H1: Het weer en klimaat
§3: De zon als motor: Luchtdruk en Wind


Leerdoelen
  • Je kunt aan het einde van de les uitleggen hoe aan het aardoppervlak verschillen in luchtdruk ontstaan door verschillen in luchttemperatuur en hoe hierdoor de wind gaat waaien. 
  • Je kunt aan het einde van de les op een weerkaart aan de hand van isobaren aangeven waar de wind het hardst waait, waarbij de de schaal van Beaufort in een weerbericht kunt herkennen en toepassen. 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions