Verwijswoorden

Mijn broer is gek op gamen. (Mijn broer) speelt de hele dag.
A
Hem
B
Hij
C
Het
1 / 10
next
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Mijn broer is gek op gamen. (Mijn broer) speelt de hele dag.
A
Hem
B
Hij
C
Het

Slide 1 - Quiz

Mijn vrienden gaan vanavond naar een concert. (Mijn vrienden) hebben hier veel zin in.
A
Ze
B
Hem
C
Hij

Slide 2 - Quiz

De jongen schopte de voetbal over het veld. (De voetbal) vloog ver weg.
A
Zij
B
Die
C
Dat

Slide 3 - Quiz

Emy gaat een mooi cijfer halen voor de toets. (Emy) heeft goed geleerd.
A
Hij
B
Zij
C
Het

Slide 4 - Quiz

Het optreden maakte veel geluid. (het geluid) was twee straten verder nog te horen.
A
Die
B
Dat
C
Hij

Slide 5 - Quiz

Brent heeft een mooi cijfer gehaald voor de boekenkaft. (Brent) heeft hier duidelijk hard aan gewerkt.
A
Hij
B
Het
C
Hem

Slide 6 - Quiz

De kippen in de stal moeten binnen blijven. Dan vatten (de kippen) geen kou.
A
Het
B
Dat
C
Ze

Slide 7 - Quiz

Ik heb een pizza besteld. (de pizza) kan ik straks om 6 uur afhalen.
A
Die
B
Dat
C
Hij

Slide 8 - Quiz

De buurjongen heeft een scooter. (de buurjongen) zet (de scooter) elke avond in de garage.

A
Zij, haar
B
Hij, hem
C
Hij, haar

Slide 9 - Quiz

De boerin is aan het werk. (de boerin) melkt (...)
koeien.
A
Zij, het
B
Zij, hem
C
Zij, haar

Slide 10 - Quiz