Samenvatting P4.5 en P4.6

Samenvatting P4.5 en P4.6
voor toets woensdag 12 maart
1 / 28
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Samenvatting P4.5 en P4.6
voor toets woensdag 12 maart

Slide 1 - Slide

Hefbomen
Paragraaf 5

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Een hefboom is altijd van hout.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Wat is een hefboom?
A
Krachtverkleiner
B
Krachtversterker

Slide 9 - Quiz

De Cancrusher maakt gebruik van een hefboom. Door het handvat van deze hefboom naar beneden te bewegen wordt het blikje in elkaar geperst.
Wat is het draaipunt van deze hefboom?

A
Punt A
B
Punt B
C
Punt C

Slide 10 - Quiz

Wat is GEEN hefboom?
A
Schaar
B
Hamer
C
Tuinslang
D
Breekijzer

Slide 11 - Quiz

Een hefboom heeft een punt waar de hefboom om kan draaien.
Hoe heet dat punt?

A
het middelpunt
B
het draaipunt

Slide 12 - Quiz

Hefbomen hebben altijd
een draaipunt
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quiz

Wat is geen voorbeeld van een hefboom?
A
Schaar
B
Kruiwagen
C
Breekijzer
D
Liniaal

Slide 14 - Quiz

Wat is GEEN onderdeel van een hefboom?
A
Werkarm
B
Middel arm
C
Lastarm
D
Draaipunt

Slide 15 - Quiz


Wat voor soort hefboom is dit?
A
Een dubbele hefboom
B
Een enkele hefboom

Slide 16 - Quiz

Druk
Paragraaf 6

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Hoe bereken je de druk
A
oppervlakte x massa
B
oppervlakte x kracht
C
massa : oppervlakte
D
kracht : oppervlakte

Slide 24 - Quiz

De eenheid van druk is:
A
Pa
B
N/m2
C
g/cm3
D
Ni

Slide 25 - Quiz

Op een auto werkt een zwaartekracht van 12 000 N. De banden maken op een oppervlakte van 1600 cm2 contact met de weg.
Bereken de druk van de banden op de weg.
A
15N/cm2
B
7,5 N/cm^2
C
12000 N
D
650 N

Slide 26 - Quiz

Bereken de druk van een dame van 70 kg die op naaldhakken loopt en met 1 hak op de grond staat. De naaldhak heeft een oppervlakte van 1 cm2
A
700 N/cm2
B
7000000 N/cm2
C
0,00070 N/cm2
D
7,0 N/cm2

Slide 27 - Quiz

Bereken de druk. Een voorwerp heeft een massa van 12 kg en staat op een oppervlakte van 60 cm^2

A
0,5 N/cm^2
B
720 N/cm^2
C
5 N/cm^2
D
72 N/cm^2

Slide 28 - Quiz