De Nijl en Egypte - H1 par 4

De Nijl en Egypte - par 4
1 / 12
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

De Nijl en Egypte - par 4

Slide 1 - Slide

Inhoud
Herhalen
Uitleg
Huiswerk

Slide 2 - Slide

Nakijken

Slide 3 - Slide

Ontdekking landbouw

Slide 4 - Mind map

Oorzaken landbouw

Slide 5 - Mind map

Gevolgen landbouw

Slide 6 - Mind map

Landbouw langs de Nijl
In moerassen langs de Nijldelta woonden al jagers-verzamelaars. Er was veel voedsel te vinden, landbouw was daarom lang niet nodig. 
Verder van de rivier af was dit anders, hier was minder voedsel door het drogere klimaat. Steeds meer mensen trokken naar de rivier en vestigden zich hier. 
Na 4000 v.Chr. gingen de bewoners van Egypte langzaam landbouwen. De jaarlijkse overstroming van de Nijl zorgde voor veel vruchtbare grond. 

Slide 7 - Slide

Irrigatielandbouw
Om het hele jaar voldoende water te hebben, werden dijken en kanaaltjes aangelegd. Akkers konden zo bevloeid worden met water - irrigatielandbouw

Slide 8 - Slide

Handel en steden
De komst van de irrigatielandbouw had grote gevolgen:
  • Door vele overschotten groeide de bevolking
  • De irrigatielandbouw leidde tot veel uitvindingen - pottenbakkersschijf, het wiel, de ploeg en maalsteen
  • Vanaf 3000 v.Chr. gingen mensen bronzen werktuigen maken
  • Niet iedereen hoefde in de landbouw te werken, ambachtslieden en de nijverheid ontstonden
  • De overschotten zorgden voor handel

Slide 9 - Slide

Schrijven en rekenen
Bezit werd steeds belangrijker. Boeren telden hoeveel schapen, koeien en kippen zij hadden. Via kleine tekeningen werd opgeschreven hoeveel bezit iemand had. Ook werd een kalender gemaakt waarin de seizoenen van de overstromingen van de Nijl stonden. 

De Mesopotamiërs en Egyptenaren waren de eersten die het schrift hadden. Schrijver was een apart beroep, waar je jarenlang voor moest leren. Het schrift begon als beeldschrift met tekeningen uit het dagelijkse leven: mensen, planten en dieren. 

De uitvinding van het schrift rond 3000 v.Chr. vormt het einde van de prehistorie en het begin van de historie. Er verschijnen nu voor het eerst geschreven bronnen over het verleden.

Slide 10 - Slide

Schrijf je naam in het hiërogliefenschrift

Slide 11 - Slide

Huiswerk
Maak de opdrachten van paragraaf 4

Handboek blz. 16, 17 en 18
Werkboek blz. 12 en 13

Slide 12 - Slide