W15 NE 3H3 H5/6 Les 1

Nieuwe week & nieuwe taak
1 / 34
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 150 min

Items in this lesson

Nieuwe week & nieuwe taak

Slide 1 - Slide

Weektaken
De LessonUp bevat de volgende onderdelen:
  • Uitleg bij de opdracht leesvaardigheid van H6
  • Het oefenen van woordenschat in LessonUp
  • Uitleg en een korte oefening bij spelling H5 en H6
  • Eindtaken
De eindtaken bestaan uit meerdere opdrachten. Plan goed wanneer je aan een bepaalde opdracht werkt.

Slide 2 - Slide

Opzet week 15 - 6  t/m 10 april
  • Oefeningen met woordenschat
  • Afronding hoofdstuk 6: instructievideo bij opdracht 4 (blz. 229 - 231)
  • Herhaling spelling H1 t/m 4
  • Uitleg spelling hoofdstuk 5 en hoofdstuk 6
  • Eindtaken
  1. Spelling H5: opdracht 2, 3, 4, 5 en 7 (blz. 208 t/m 210)
  2. Spelling H6: opdracht 2, 3, 6, 7 en 8 (blz. 252 t/m 253)

Slide 3 - Slide

Maar eerst...
Eerst even ontspannen met Lubach en een goed boek!

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Woordenschat
Koppel de woorden aan de juiste betekenissen.

Met de term 'respectievelijk' geef je aan dat iets gebeurt in 'de volgorde zoals genoemd'. De volgorde is belangrijk.

Slide 6 - Slide

Controversieel
Respectievelijk
scepsis
Bevoegdheden
Collectief
Prioriteit
Draagvlak
Connotatie
Participatie
omstreden
achtereenvolgens
Argwaan
Gezamenlijk
Ondersteuning
Deelname
Geschiktheid
Voorrang
Gevoelswaarde

Slide 7 - Drag question

Instructievideo - H6
  • In de volgende dia krijg je een opname te zien bij opdracht 4 (blz. 229 t/m 231).
  • In deze opname behandel ik de vragen bij de tekst. Daarnaast laat ik zien welke stappen ik neem om tot het juiste antwoord te komen.
  • Bekijk de video rustig. Zet deze eventueel stil, zodat je aantekeningen kunt maken.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

Tijd voor spelling
  1. Werkwoordspelling
  2. Herhalingsoefeningen spelling H1 t/m 4
  3. Uitleg spelling H5 en H6
  4. Eindtaken maken

Slide 11 - Slide

Maak met het volgende werkwoord een zin: gebeurt. (Je mag de vorm niet aanpassen.)

Slide 12 - Open question

Maak met het volgende werkwoord een zin: deletet. (Je mag de vorm niet aanpassen.)

Slide 13 - Open question

Maak met het volgende werkwoord een zin: razend. (Je mag de vorm niet aanpassen.)

Slide 14 - Open question

Maak met het volgende werkwoord een zin: bedorven. (Je mag de vorm niet aanpassen.)

Slide 15 - Open question


A
alle
B
allen

Slide 16 - Quiz


A
sommige
B
sommigen

Slide 17 - Quiz


A
laatste
B
laatsten

Slide 18 - Quiz


A
beste
B
besten

Slide 19 - Quiz


A
allergrootste
B
allergrootsten

Slide 20 - Quiz


A
alle, gevaarlijkste
B
allen, gevaarlijksten
C
allen, gevaarlijkste
D
alle, gevaarlijksten

Slide 21 - Quiz

Verander waar nodig de cijfers en getallen in woorden: Op 2e paasdag bezochten zo'n 300 mensen de pasar malam.

Slide 22 - Open question

Verander waar nodig de cijfers en getallen in woorden: Vanwege het slechte weer kwam ruim 1/3 van de kiezers niet naar de stembus.

Slide 23 - Open question

H5 - Leestekens: komma
  • Voor of na een aanspreking: Mohamed, kun jij die regel op het bord noteren, alsjeblieft?

  • Tussen twee delen van een opsomming: Ik heb brood, melk en vlees gekocht.

  • Tussen twee persoonsvormen: Wanneer ik sneller werk, kan ik eerder naar huis.

  • Tussen de hoofdzin en de bijzin: Mijn opa kreeg een onderscheiding, omdat hij zich had ingezet tijdens de Tweede Wereldoorlog.

  • Voor en achter een bijstelling: Meneer Bos, de rector van het Rijswijks Lyceum, heeft het momenteel erg druk door alle wijzigingen in het onderwijs.

Slide 24 - Slide

H5 - Leestekens: dubbele punt
  • Een citaat (directe rede): De docent zei: 'Ruim je spullen op en wacht op de bal.'

  • Een gedachte: Khalid dacht: waarom moet ik nog meer opdrachten maken.

  • Een opsomming: 
Constantijn Huygens bespeelde verschillende instrumenten: luit, gitaar en klavecimbel.
Maar: Constantijn Huygens speelde luit, gitaat en klavecimbel.

  • Een uitleg of toelichting: 
Ik wil niet in Leiden studeren: het lijkt mij een saaie stad.
Maar: Ik wil niet in Leiden studeren, want het lijkt mij een saaie stad.

Slide 25 - Slide

H5 - Leestekens: aanhalingstekens
  • Een citaat (directe rede) - let heel erg goed op de verschillen
De docent zei: 'Ruim je spullen op en wacht op de bal.'
'Jij moet je kamer nu opruimen!'  schreeuwde mijn moeder.
'Ik ga naar huis' , zie mijn broer. 'Zie ik jullie morgen weer?'
'Je kunt ervan uitgaan,' zei de rector, 'dat de leerlingen steeds beter online lessen kunnen volgen.'

  • Het woord zelf wordt bedoeld en niet de betekenis: Schrijf je 'sowieso' met een s of een z?

  • Het woord of de woordgroep wordt op een speciale manier gebruikt: Toen de klas te laat kwam, zei de leraar dat we weer 'lekker op tijd' waren.

Slide 26 - Slide

H5 - Leestekens: puntkomma
  • Tussen hoofdzinnen die sterker met elkaar samenhangen dan losse zinnen: Mijn oudste broer wil de Matterhorn beklimmen; dat lijkt mij een gevaarlijke onderneming.

  • Bij een langere opsomming:

Bij het organiseren van een kinderfeestje is het van belang om te weten:
1. hoeveel kinderen er komen;
2. wat een en ander mag kosten;
3. wat de kinderen leuk vinden.

Slide 27 - Slide

Samenstellingen

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

Slide 30 - Video

Eindtaken week 15
Spelling H5: opdracht 2, 3, 4, 5 en 7 (blz. 208 t/m 210)
  • Lees de theorie op blz. 207 en 208
  • Maak vervolgens de opdrachten in je schrift.
  • Lever de opdrachten in via een foto.
Spelling H6: opdracht 2, 3, 6, 7 en 8 (blz. 252 t/m 253)
  • Lees de theorie op blz. 251
  • Maak vervolgens de opdrachten in je schrift.
  • Lever de opdrachten in via een foto.

Slide 31 - Slide

Lever via een foto de gemaakte opdrachten van spelling H5 en H6 in. Je mag meerdere foto's inleveren.

Slide 32 - Open question

Extra optie om foto's in te leveren van de gemaakte opdrachten - spelling.

Slide 33 - Open question

Weektaak 15 afgerond

Slide 34 - Slide