Domein D: Vraaglijn, elasticiteiten en aanbodlijn

• Economie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4-6

Domein D: 

Vraaglijn, elasticiteiten en aanbodlijn

Wat is het verschil tussen het eerste en 2e rijtje?

Welke lijn laat de vraaglijn zien?

1. De blauwe lijn
2. De gele lijn

I: de huizenmarkt is een concrete markt
II: de aandelenmarkt is een abstracte markt

1. beiden juist
2. beiden onjuist
3. alleen I juist
4. alleen II juist

1. Groen is een primair goed
2. Orange is een primair goed

Oefenopdracht elasticiteiten

Hoeveel % is het aantal gereden km gedaald door de prijsstijging?
(Antwoord afronden op 1 decimaal met % teken)

Oefenopdracht elasticiteiten

b) Bereken de procentuele prijsverandering
(Antwoord afronden op 1 decimaal met % teken)

2. In Groningen verkoopt groentewinkel 'Fris en Fruitig' veel soorten appels. De fuji-appel is sinds kort razend populair. Voor een prijs van €0,50 verkoopt de groenteman 100 appels. Als hij de prijs verlaagt naar €0,40 worden er zelfs 125 appels verkocht!

a) Bereken de prijselasticiteit als de prijs wordt verlaagd naar €0,40
Vul hier alleen de berekening in

2. In Groningen verkoopt groentewinkel 'Fris en Fruitig' veel soorten appels. De fuji-appel is sinds kort razend populair. Voor een prijs van €0,50 verkoopt de groenteman 100 appels. Als hij de prijs verlaagt naar €0,40 worden er zelfs 125 appels verkocht!

C) Is deze vraag maar Fuji-appels elastisch of inelastisch

1. elastisch
2. inelastisch

3. De groenteman 'Fris en fruitig'wil zich specialiseren in rode vruchten.
Een bakje aardbeien kost €2,50 en er worden 100 bakjes verkocht.
De prijselasticiteit van aardbeien is -2

a) Is de vraag naar aardbeien elastisch of inelastisch

1. elastisch
2. inelastisch

3. De groenteman 'Fris en fruitig'wil zich specialiseren in rode vruchten.
Een bakje aardbeien kost €2,50 en er worden 100 bakjes verkocht.
De prijselasticiteit van aardbeien is -2

c) Leidt de prijsverhoging tot een omzetstijging of een omzetdaling?

1. omzetstijging
2. omzetdaling