profielkeuze A3

Profielkeuze A3
1 / 20
next
Slide 1: Slide
MentorlesMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Profielkeuze A3

Slide 1 - Slide

Hoeveel profielen zijn er in de bovenbouw?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 2 - Quiz

Welke profiel is onjuist omschreven?
A
CM=Cultuur& Mens
B
EM=Economie& Maatschappij
C
NG=Natuur& Gezondheid
D
NT=Natuur& Techniek

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Slide

Welke vakken zijn verplicht op het VWO maar niet op havo?
A
NL
B
EN
C
FR of DU
D
wiskunde

Slide 5 - Quiz

Kun je op alle vwo-scholen dezelfde vakken kiezen binnen een profiel?
A
ja
B
nee
C
weet ik niet
D
alleen bij een N-profiel

Slide 6 - Quiz

Welke vakken zijn nieuw of anders in de bovenbouw?
A
BSM, MAW, INF. KUB. KUM
B
WIS
C
BIO,
D
FI, BECO, CKV, LV, ML, PWS

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Slide

Wanneer moet je op onze school je definitieve profielkeuze maken?
A
maart
B
april
C
mei
D
juni

Slide 9 - Quiz

Kun je in de bovenbouw nog wisselen van profiel of van vak?
A
ja, altijd
B
ja, maar alleen in de 4e klas
C
ja, maar niet meer in de 6e klas
D
nee

Slide 10 - Quiz

Wie zijn jouw belangrijkste raadgevers tijdens je Profielkeuze?
A
school: docent, coach, LOB-begeleider
B
Ouders, vrienden en familie
C
Ik zelf
D
A, B en C

Slide 11 - Quiz

Op basis waarvan maak je een verstandige profielkeuze?
A
op gevoel
B
op studiekeuze-mogelijkheden
C
op kennis en vaardigheden
D
op interesse, motivatie, kennis en vaardigheden

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Moet je alle vakken tot het einde van de 3e klas blijven volgen?
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quiz

overgang van 3 atheneum naar 4 atheneum of havo.


In periode 2 wordt door vakdocenten en leerlingen het ontwikkelperspectief ingevuld. Het ontwikkelperspectief wordt voor de tweede proefwerkweek gedeeld met leerlingen en ouders. Dit geeft de leerlingen de gelegenheid om het gesprek met de docenten aan te gaan ivm hun profielkeuze (1e papieren keuze is eind december, definitieve keuze is op 4 maart), Leerlingen kunnen dan bij een negatief advies in gesprek gaan met de docent en met feeds aan de slag gaan om zich te ontwikkelen en zo te laten zien dat de keuze voor het vak mogelijk is.

In periode 4 wordt het ontwikkelperspectief nogmaals ingevuld. Dit resulteert in een oordeel in de vorm van O, T, V of G. Het betreft een oordeel over het vak en niet over de mogelijkheid van de leerling om zonder dit vak door te stromen naar de bovenbouw

Slide 16 - Slide

Bevorderingnormen 3vwo
Een leerling is bevorderd wanneer die in het ontwikkelperspectief
  • maximaal 1 O en 1 T of maximaal 3 T als beoordeling heeft en
  • waarvan maximaal 1 T is gegeven voor de kernvakken en, ne en wi.
  • binnen het gekozen profiel, wanneer hij of zij
  • maximaal 1 O of 2 T als beoordeling voor de profielvakken en profielkeuzevakken is gegeven en
  • Er maximaal 1 T is gegeven voor de algemene vakken en de vakken in de vrije ruimte.3 atheneum (15 vakken):
Een leerling is bevorderd wanneer die in de cijferlijst
  • 90,0 punten of meer heeft én
  • maximaal 2,5 verliespunten heeft en
  • maximaal 1,0 verliespunt in totaal heeft bij de vakken Nederlands, Engels, en wiskunde. en
  • Indien een leerling aan de bevorderingseisen van het profiel voldoet (zie volgende pagina)
Indien een leerling niet aan deze normen voldoet is een leerling niet bevorderd. Een coach kan een leerling in de bespreking brengen en na bespreking  beslist de vergadering. Deze beslissing is bindend..




Slide 17 - Slide

bevorderingsnormen profiel
N&T: voor het vak natuurkunde minimaal een 6,0, voor het vak scheikunde minimaal een 6,0 en voor het vak wiskunde minimaal een 7,0.
N&G: voor het vak natuurkunde minimaal een 6,0, voor het vak scheikunde minimaal een 6,0, voor het vak biologie minimaal een 6,0 en voor wiskunde minimaal een 6,0 bij de keuze van het vak wiskunde A of minimaal een 7,0 bij de keuze van het vak wiskunde B.
E&M: voor het vak economie minimaal een 6,0, voor het vak geschiedenis minimaal een 6,0 en voor het vak wiskunde minimaal een 6,0 bij de keuze van het vak wiskunde A en minimaal een 7,0 bij de keuze wiskunde B.
C&M: voor het vak geschiedenis minimaal een 6,0 en voor de twee te kiezen profielkeuzevakken minimaal een 6,0 per vak; indien het eindcijfer voor wiskunde lager is dan een 6,0, is de keuze van het vak wiskunde C verplicht.

Indien een leerling voor geen enkel profiel aan de aanvullende eisen voldoet, beslist de vergadering in welk profiel de leerling geplaatst wordt.
Indien een leerling een ander profiel wil dan waarin hij is toegelaten, beslist de vergadering of deze keuze wordt toegestaan.

Slide 18 - Slide

Extra vak op 4 atheneum
Bij een gemiddelde van 7,5 of meer voor de profielkeuze vakken en een gemiddelde 7,0 voor de overige vakken mag de leerling een extra vak kiezen. Het volgen van een extra vak is maatwerk. Het is mogelijk dat niet alle lesuren kunnen worden ingeroosterd.

Slide 19 - Slide

Vragen?

Slide 20 - Slide