Bezitsvorm

1 / 25
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Je weet hoe je moet zeggen en schrijven dat iets van iemand is: bezitsvorm. 

Slide 2 - Slide

The rule
Als je wilt zeggen dat iets van iemand/een dier/een land (bezitsvorm) is, gebruik je 
's 

The girl's house.
Lisa's friend.
Ties's dog.

Slide 3 - Slide

The rule
Dus: bij mensen/dieren/landen
altijd       's  !

Slide 4 - Slide

Anna's cat

Slide 5 - Slide

The cat's tail

Slide 6 - Slide

The boy's book

Slide 7 - Slide

dog, toy

Slide 8 - Slide

 Een woord in meervoud 
Als er al een S staat,
alleen een apostrof '

The elephants --> The elephants' ears
The giraffes --> The giraffes' necks
The cats --> the cats' tails

Slide 9 - Slide

Een woord in het meervoud
mensen, dieren & landen
's 
of, bij woorden in het meervoud: 
'

Slide 10 - Slide

Vertaal in het Engels:
De botten van de honden.

Slide 11 - Open question

Een woord in het meervoud
als iets GEEN mens, dier of land is (dus bij dingen)

of

Slide 12 - Slide

The wheels of the car

Slide 13 - Slide

The door of the school

Slide 14 - Slide

The days of the week

Slide 15 - Slide

tree - leaves

Slide 16 - Slide

Bij mensen & dieren
's

bij meervoud dat eindigt op een s: 

' (apostrof)

Bij dingen

of

Slide 17 - Slide

Julia......backpack.
A
Julia'
B
Julias's
C
Julia's
D
the backpack of Julia

Slide 18 - Quiz

Thyn.....table.
A
Thyn'
B
Thyns's
C
Thyn's
D
the table of Thyn

Slide 19 - Quiz

The students.....teacher.
A
students'
B
students's
C
the teacher of the students

Slide 20 - Quiz

The dogs.....owners.
A
dogs'
B
dogs's
C
the owners of the dogs

Slide 21 - Quiz

The rules.....the school.
A
the schools' rules
B
the schools's rules
C
the rules of the school

Slide 22 - Quiz

The windows......the house.
A
house' windows
B
houses's windows
C
the windows of the house

Slide 23 - Quiz

Ik begrijp hoe ik de bezitsvorm van mensen, dieren, landen of dingen moet maken.
Helemaal
Ik denk het wel
Een beetje, maar een keer extra uitleggen zou helpen.
Nou, nee, ik snap het nog niet .

Slide 24 - Poll

Maak het werkblad
Ben je klaar? Oefen met de woorden in quizlet. Of ga naar slim stampen online. 

Slide 25 - Slide