Mondholte: speeksel, amylase, malen en snijden
Farynx = keelholte: slikreflexreflex
Oesophagus = slokdarm: transport voedsel
Maag: maagslijm, maagzuur, proteïnase, intrinsic factor (vit B12), water
Duodenum = 12 vingerige darm: gal, alvleeskliersap (oa. lipase)
Dunne darm = resorptie voedingsstoffen
Colon = dikke darm = opname vocht
Rectum = endeldarm: opslag feces, defecatiereflex
Pancreas = alvleesklier: insuline, glucagon, alvleeskliersap
Hepar = lever: veel stofwisselingsprocessen (koolhydraten, eiwitten, vetten), galvorming, ontgiften, opslag