Minor A1 Unidad 2 parte 2 y unidad 3 parte 1 Chantal woe 16 sept

• Spaans
• HBO
• Studiejaar 1

Hola, hoy es miércoles 16 de septiembre

¿Qué hacemos? 

TB: 

• Korte herhaling en vragen u.2 oef. 1 t/m 10. 
• U.2 Oef.12 t/m Panamericana
• U.3 Oef. 1 t/m 4

Con Gusto 1, capítulo 2 (II) y 3 (I)

Tip! zie ook pagina 124 achterin je TB CG1

• Naam, herkomst, beroep: 

Chantal es holandesa. Es de  Eindhoven. Es profesora.

• Identificeren en definiëren:

Femke es una estudiante del Minor. Un estudiante es  una persona que estudia.

• Datum en tijdstip: Hoy es miércoles. Es el 16 de septiembre. Son las dos.

el verbo SER - ZIJN: het gebruik (enkele situaties) 

Tengo un trabajo interesante 

TB nr. 12 p. 24 eerst klassikaal lezen (la profe)

nr. 12 a: Vul nu het schema verder in:

nombre: 

Apellidos: 

lugar de residencia:

Puesto actual:

Actividades:

Idiomas:

Los verbos regulares , zie nr. 12c p.25 TB

Una pregunta: Wat valt er op aan het accent bij de jullie-vorm?

Atención: la acentuación 

zie nr. 12c TB: Welke vorm ontbreekt er bij "aprender"?

practicamos un poco más

We gaan checken of jullie het hebben begrepen.

¿ Vives en Sevilla?¿____(aprender) guitarra?¿___(ser) músico y no____(tener) piano? ¿___(Buscar) una sala de conciertos?Nosotros___(tener) la solución para tus problemas: ____(organizar)tus conciertos y___(reservar) la sala.

Zie ook nr. 14 in TB, p.25)

cantar=zingen

escribir=schrijven

pagar=betalen

vender=verkopen

creer=geloven

leer= lezen

comprar= kopen

comer= eten

beber=drinken

pasar= doorbrengen

Vervoeg:

el....= ellos/ellas         vs= vosotros

ns= nosotros             uds.= ustedes

Ontkenning: no =

nee, niet of geen

Nee:

¿ Estudias? No, trabajo

Niet:

No estudio

Geen:

No tengo planes

No staat altijd vóór het werkwoord!!

De ontkenning, zie p. 25 TB

Ahora vosotros: 

Maak de volgende zinnen ontkennend

Soy de España.

Soy profesora.

Vivo en Madrid.

No soy de España. 

No soy profesora.

No vivo en Madrid.

De ontkenning, zie p. 25 TB

Geef nu antwoord op de vragen, maak hele zinnen en gebruik in je antwoord een ontkenning:

¿Eres de España?

¿Eres profesora?

¿Vives en Madrid?

No, no soy de España. Soy de Holanda.

No, no soy profesora, soy estudiante.

No, no vivo en Madrid, vivo en Eindhoven.

ontkenning - dubbele ontkenning

Verschil:

-No hablo español.

-No, no hablo español.

-No, hablo español.

Zinnen maken - nr. 13 a TB, p.25 

we gaan hier oefenen met werkwoorden vervoegen

We gaan verder met hoofdstuk 3!

vamos bien

Unidad 3: Me Gusta mi gente

(vandaag eerste deel)

• Familie relaties
• Bezittelijke voornaamwoorden: 
  

0

ME GUSTA MI GENTE

kijk in TB P.29 !!

Nr 1a. Las fotos de Isabel 1e x ¿En qué orden se mencionan? 2e x luisteren: welke familierelatie hebben de personen met Isabel?

 

1: Elisa / su hija                                    

2: sus compañeras de trabajo

3: su padre con sus compañeros de fútbol.

4: Laura y Marcelo/ sus hermanos 

¿ Qué significa mis hijos, mis nietos, mis amigos, mi viaje a...,mis compañeros de trabajo ,  mi cumpleaños....?

Una familia famosa TB p.30

nr. 2a: lees de tekst

nr. 2b: Vul de stamboom in

Pilar

Mónica

Leonardo

nr. 2c: Welk lid van de familie zou aan het woord kunnen zijn?

1.Pilar

2.Luna+Leonardo

3.Carlos y Pilar

4.Javier

5.Carlos y Pilar

WB: andere oefeningen van familie: 1,2,3,4,22

Vul de tabel aan: ¿Qué significa...?

• Voor ouders en broers  gebruik je de mannelijk vorm meervoud: 

          el padre +la madre= los padres

• - ¿ Tienes hermanos? 

          * Sí, una hermana

• In Spanje : el marido y la mujer
• In Latijns-Amerika ook : el esposo y la esposa.

Meer woorden p.171 "la familia".

LOS POSESIVOS nr. 4a, TB P.31

 

Het bezittelijk voornaamwoord richt zich naar het bezit en niet naar de bezitter

¿ Qué significa? : Luis y su tío/ Luis y su tía.

                                     Eva y su tío /Eva y su tía.

                                      Los padres y sus hijos.

                                      Sr. Bardem, su mujer es fantástica.

Luis en zijn oom. Luis en zijn tante.

Eva en haar oom. Eva en haar tante.

De ouders en hun kinderen.

Meneer Bardem,  uw vrouw is fantastisch.

Conclusie?

LOS POSESIVOS nr. 4b, TB P.31

 

Maak zinnen/vragen met behulp van het schema bij 4b. Gebruik in elk geval uit de middelste kolom alle elementen minstens 1 keer.

Geef dan op minstens 2 vragen een zo compleet mogelijk antwoord en verwerk dan ook weer een bezittelijk voornaamwoord

Noteer hier minstens 1 zin waarover je nog twijfelt.

Mis tíos

jullie zussen

onze ooms

haar broers

mijn oom en tante

vuestras hermanas

nuestros tíos

sus hermanos

In werkgroepjes (11.30-12.10) ga je werken aan:

Tekstboek, unidad 2:

nr 15, TB p.26

Werkboek, unidad 2: 

-reglas y sistemas invullen

-opdrachten maken: 13a, 15, 19,25 (p21-24)

Vind je de werkwoorden lastig? Vraag elkaar om hulp!

Zet de camera's aan en noteer/onthoud vragen voor straks

¿Preguntas?

Nu afsluiting h2, morgen laatste deel h3

TB p.28         

nr. 27a:  eerst lezen over

la rrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrr

Ik kan al...                    laat maar eens zien dan ;-)

Lidwoord of niet?
Buenas tardes,______señora García.
¿Es usted___señor Gómez?
_____señora Alonso es profesora

Vraag en geef antwoord:

• Hoe heet je/u?

• Hoe gaat het met jou/u?

• Waar kom je/ komt u  vandaan?

• Wat doe je/ doet u?

¿ Cómo te llamas/se llama?

Me llamo..../Soy......

¿ Qué tal? 

¿ Cómo estás/está usted?

(muy) bien/ regular/(muy) mal/fatal

¿ De dónde eres/es usted?

Soy de........

¿ Qué haces/ hace usted?

Soy..../ trabajo/ estudio

Él______un coche

vosotros_______españoles

Yo ______muchos amigos.

Tú_____una carta

Ana y yo____tapas

Merche y Rosa_____vino

escribes

Tengo

eres

comemos

aprendéis

beben

compra

sois

los deberes

16/9: Maak zelf alles af van Unidad 1 en 2 (wb) plus eerste deel van unidad 3.

Vandaag komt de tussentijdse toets online. Je maakt deze zelfstandig en liefst vóór maandag. Het is puur diagnostisch

17/9: We ronden unidad 3 af en je krijgt na de les de antwoorden van de tussentijdse toets dus vanaf dan kun je de toets nakijken.

Na afloop vragen erover? Daar is ruimte voor in de les a.s. dinsdag bij Petra. 

18/9 eerste deadline schrijfopdracht 12.00, via Teams