WRB Les 6 Thema 14 hfst 5 Daders en medeplichtigen

kanjers van MQB 1.3 !
1 / 16
next
Slide 1: Slide
BeveiligingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 16 slides, with text slides.

Items in this lesson

kanjers van MQB 1.3 !

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Schoolregels O&V

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Thema 14 Hoofdstuk 5 
Daders en medeplichtigen
bladzijde 48-57

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

leerdoel
Je kunt de soorten daders beschrijven en onderscheiden.
Je kunt het verschil tussen een dader en een medeplichtige beschrijven.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Opbouw les

  • Leerdoel
  • Terugblik
  • Voorkennis; Wat weet je van daders en medeplichtigen
  • Theoriegedeelte daders en medeplichtigen
  • Afronding les

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Terugblik poging tot misdrijf

Slide 6 - Slide

voorwaarde stafbare poging
De verdachte moet geprobeerd hebben een misdrijf te begaan.
Hij moet begonnen zijn met de uitvoering van het misdrijf.
Zónder dat de verdachte het wilde, is de uitvoering van het misdrijf mislukt.

Niet strafbare poging
iemand doet een poging om een overtreding te begaan.
Iemand doet een poging tot het misdrijf eenvoudige mishandeling.
Iemand stopt uit vrije wil met de poging om een misdrijf te begaan (vrijwillige terugtreding).


Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al?
Wanneer ben je voor de wet een dader?

Zijn er verschillende soorten daders ?

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Theorie
Wanneer wordt je door een rechter gestraft en ben je dader?
  • Zij die het feit plegen-doen plegen-medeplegen; oftewel diegenen die uitvoeringshandelingen plegen.
  • Zie die door giften, beloften, misbruik van gezag, geweld, bedreiging, misleiding, door verschaffen van gelegenheid-middelen of inlichtingen het strafbaar feit opzettelijk uitlokken.

 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Theorie
Pleger:                      Deze dader pleegt alleen het strafbare feit
Medepleger(s):     2 of meerdere daders, allen plegen uitvoeringshandelingen en hebben een bewuste samenwerking.
Doen pleger:         A: intellectuele dader, bedenker van het strafbare feit en laat de materiële                                               dader het strafbare feit uitvoeren.
                                   B: materiële dader, uitvoerder van het strafbare feit maar wordt gedwongen om                                     het strafbaar feit te plegen en indien bewezen kan er een beroep gedaan                                                 worden op een strafuitsluitingsgrond.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Theorie
Uitlokker:         A: intellectuele dader, bedenker van het strafbare feit en laat                                  de materiële dader het strafbare feit uitvoeren.
                            B: materiële dader, uitvoerder van het strafbaar feit

Beiden zijn volgens de wet strafbaar want de intellectuele dader maakt gebruik van uitlokkingsmiddelen (9) en materiële dader heeft een keuze om het strafbaar feit niet te plegen !!

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Opdracht
Maak opdracht 1 en 2 uit je boek op bladzijde 52 en 53 of online.
Klaar ? ga door met lezen 5.3  en opdracht 3, test je kennis.


timer
5:00

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Theorie
Medeplichtig ben je als:
  • Opzettelijk behulpzaam zijn bij het plegen van een misdrijf
  • Opzettelijk gelegenheid-middelen-of inlichtingen verschaffen om het misdrijf te kunnen laten plegen.
Voorwaarde: medeplichtige pleegt geen uitvoeringshandelingen !!
Uitspraak rechter: medeplichtigheid wordt met 1/3 minder bestraft.


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 3
A. Meestal noemen we iemand die veroordeeld is door een rechter ‘dader’. Soms niet. Wat is de veroordeelde dan?
B. Een medeplichtige helpt met .............  bij het uitvoeren van een ............., maar voert geen uitvoeringshandelingen van een misdrijf uit. Een dader voert wél ..................... van een misdrijf uit.
C. Welke twee soorten medeplichtigen kun je onderscheiden?
D. Ahmed vertelt op verzoek van Derk wat de code is van het inbraakalarm in het gebouw waar hij werkt. Derk breekt in en steelt een aantal printers.

Ahmed is en Derk is ?
E. wanneer kun je als medeplichtige worden gestraft ?
F en G uit het boek 
 

Slide 14 - Slide

A.medeplichtige
B. opzet / misdrijf/uitvoeringshandelingen
C. 1 degene die opzettelijk hulp verleent bij het plegen van een misdrijf
2. degene die gelegenheid, middelen of inlichtingen verschaft waarmee een misdrijf wordt gepleegd
d. medeplichtige / pleger
e.misdrijven



Afsluiting
Doel bereikt ?
Lees thuis de samenvatting nog even door.
Volgende les: Strafuitsluitingsgronden

Feedback les/docent?

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions