This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
'Somna op de vlucht voor gevaarlijke vlokken'
Slide 2 - Slide
Waarom start het Kerkelijk Jaar met de advent?
ABCD-vraag 1
A
omdat het het begin is van de winter
B
omdat christenen geloven dat Advent hen voorbereidt op de komst van Jezus
C
omdat dan de meeste feesten vallen
D
omdat het een traditie is die pas in de middeleeuwen ontstond
Slide 3 - Quiz
Wat is een belangrijke bedoeling van de adventsperiode?
ABCD-vraag 2
A
aftellen tot Nieuwjaar
B
stilstaan bij de geschiedenis van de Kerk
C
tijd nemen om je vanbinnen voor te bereiden op kerst
D
extra kaarsen sparen voor de winter
Slide 4 - Quiz
Waarom heeft de advent vier zondagen?
ABCD-vraag 3
A
om vier heiligen te herdenken
B
omdat elke zondag verwijst naar een ander bijbelboek
C
omdat vier weken symbool staan voor wachten en groeien
D
omdat de Kerk vroeger vier dagen per week les gaf
Slide 5 - Quiz
Wat is de betekenis van de kaarsen op de adventskrans?
ABCD-vraag 4
A
Ze herinneren aan vier beroemde koningen.
B
Ze vertellen stap voor stap over de hoop die groeit richting Kerstmis.
C
Ze dienen vooral om het lokaal te versieren.
D
Ze branden alleen op kerstdag.
Slide 6 - Quiz
Wat betekent ‘advent’ letterlijk?
ABCD-vraag 5
A
komst
B
nieuw begin
C
vreugde
D
wachttijd
Slide 7 - Quiz
Waarom denk je dat veel christenen de advent gebruiken om even stil te staan bij wat écht belangrijk is? Wat zou jij in deze periode meer aandacht willen geven?
Open vraag 1
Slide 8 - Open question
De advent gaat over ‘wachten met verwachting’. Vind jij wachten soms moeilijk? Wat helpt jou om geduld te hebben? En hoe past dat bij de advent?
Open vraag 2
Slide 9 - Open question
Welke symbolen (zoals kaarsen, kleuren, muziek, …) helpen mensen om zich op Kerstmis voor te bereiden? Kies één symbool en leg uit waarom dat volgens jou zo krachtig werkt.
Open vraag 3
Slide 10 - Open question
Leerwerkboek p. 8
Slide 11 - Slide
Bijbellezingen tijdens de Advent
Slide 12 - Slide
Weet je nog van de lessen van vorig jaar wat een profeet is? Probeer dit uit te leggen in jouw eigen woorden.
Voorkennis
Slide 13 - Open question
Voorkennis
Slide 14 - Slide
Profeten in de Advent
Slide 15 - Slide
Profeten in de Advent
Slide 16 - Slide
Leerwerkboek p. 8
Slide 17 - Slide
Leerwerkboek p. 8
Slide 18 - Slide
Leerwerkboek p. 8
Slide 19 - Slide
Leerwerkboek p. 9
Slide 20 - Slide
Leerwerkboek p. 9
Slide 21 - Slide
Leerwerkboek p. 9
Slide 22 - Slide
Leerwerkboek p. 9
Slide 23 - Slide
Kleurplaat
Jesaja 64,7: Heer, u bent onze vader, u hebt ons gemaakt! U hebt ons gevormd, zoals een pottenbakker iets moois vormt uit klei.
Jesaja 40, 11: God brengt zijn volk weer terug naar hun land, en hij zorgt goed voor hen. Net als een herder die zorgt voor zijn kudde. Een herder brengt zijn schapen bij elkaar en draagt de lammetjes in zijn armen. Zo brengt hij zijn kudde rustig naar een veilig gebied.
Jesaja 61,11: Alle volken zullen zien hoe machtig onze God is. Zoals er overal op aarde bomen en planten groeien, zo zorgt de Heer overal op aarde voor recht en vrede.
2 Samuël 7,16: Maar jouw familie zal altijd machtig zijn. Want in jouw familie zal altijd iemand koning zijn.