donderdag 16 mei 2C- 1e uur BEWAREN IS OUDE VERSIE

1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 24 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Welkom bij Nederlands!
- ga rustig zitten
- leg je boek en etui klaar




 

Slide 2 - Slide

planning presentatie
16 mei - 12:05
Lars
Rhodé
Waylon
Diony

timer
2:00

Slide 3 - Slide

lesdoel
je leert werken met een woordenboek

Slide 4 - Slide

controleren huiswerk
opdracht 1 t/m 5, blz. 94 en 95

Slide 5 - Slide

antwoorden opdracht 3

Slide 6 - Slide

antwoorden opdracht 4
BIJVOORBEELD:
gerecht
1. Omdat de man veel te hard heeft gereden, moest hij voor het gerecht komen.
2. Mijn oma heeft een heerlijk Indonesisch gerecht bereid.
gijzelaar
1. De gijzelaar werd bevrijd door de politie.
2. De gijzelaar werd gearresteerd door de politie.
serveren
1. Bij het chique zesgangendiner werd als eerste een amuse geserveerd.
2. Na tien jaar tennisles, kan ik nog steeds niet serveren.
Welke zinnen heb jij gemaakt?

Slide 7 - Slide

bespreken huiswerk, opdr 1 - 94
2 aanzien: aankijken,  afzien: lijden,  herzien: verbeteren na controle,  nazien: bekijken of iets in orde is
omzien: in terugwaartse richting kijken, ontzien: (iemand) behoeden voor onprettige ervaringen
toezien: letten of alles goed verloopt, uitzien: naar buiten kijken

3 voor + sel - achter + sel
4 Eigen antwoorden, bijvoorbeeld:

voor-: voorblad – voorkeur – voorwerk
achter-: achternaam – achtertuin – achterwerk
-sel: brouwsel – plaksel – vulsel

5 voortuin – achtertuin
sympathiek – onsympathiek
opbouwen – afbouwen


Slide 8 - Slide

bespreken huiswerk, opdr 2 - 95

Slide 9 - Slide

samen lezen
- tekst 1, blz. 94

Maak opdracht 1, blz. 96, vraag 1 t/m 7
deze bespreken we daarna


Slide 10 - Slide

zelfstandig werken
Maak opdracht 2, blz. 97
 deze bespreken we direct


Slide 11 - Slide

antwoorden opdracht 2
Opdracht 2 Eigen antwoorden, bijvoorbeeld:
Uitgelegd wordt:
- welke woordsoort het woord kelderen is.
- hoe je het woord moet uitspreken.
- hoe je het woord moet afbreken.
- wat de spelling is van de persoonsvorm verleden tijd.
- wat het voltooid deelwoord is.
- wat de betekenis is van het woord kelderen.
- dat dit woord gebruikt wordt als het over financiën gaat.

Slide 12 - Slide

zelfstandig werken
Maak opdracht 3 en 4. blz. 97

deze kijken we in het 2e lesuur na

Slide 13 - Slide

uitwisselen

Slide 14 - Slide

jeugdjournaal
we bespreken het nieuws daarna

Slide 15 - Slide

planning presentaties
Wanneer ben jij aan de beurt?

Aan het begin van iedere les doen 3 a 4 leerlingen een presentatie van ongeveer 2 a 3 minuten.

Slide 16 - Slide

planning presentatie

Slide 17 - Slide

Queen T.

8  minuten voorlezen
timer
8:00

Slide 18 - Slide

vooruitblik
2e lesuur presenteren

Slide 19 - Slide

uitwisselen
waar ging het filmpje over?

Slide 20 - Slide

hints
wie ben ik?
wat heb ik?
wat doe ik?


timer
3:00

Slide 21 - Slide

naamspel
schrijf je naam op een blaadje
probeer zoveel mogelijk woorden te maken met de letters uit je naam.

Let op! je mag iedere letter maar 1x gebruiken!
timer
3:00

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Link

Slide 24 - Link