H3 - opdr 1

H3 - opdr 1
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

H3 - opdr 1

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lees tekst 1
Enig idee wat die frappuccino's kosten?

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Op welke manier kun je achter de betekenis van 'frappuccino' komen zonder deze op te zoeken?

Slide 3 - Open question

Je kunt uit de afbeelding afleiden wat het ongeveer is. Ook herken je misschien het woord ‘cappuccino’ erin.
Is het belangrijk om te weten uit welke woorden 'frappuccino' is samengesteld? Leg je antwoord uit.

Slide 4 - Open question

Nee, het woord is niet belangrijk om de rest van de tekst te begrijpen. De tekst gaat verder niet over frappuccino’s.
(Voor de nieuwsgierigen: frappuccino is een samenvoeging van de woorden ‘frappe’ (milkshake in New England (Amerika), afgeleid van het Franse ‘frappé’ ( gekoeld met ijs)) en cappuccino (Italiaans voor sterke koffie met opgeklopte melk))
Welk synoniem vind je in de tekst voor 'hoogleraar'?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Welk synoniem vind je in de tekst voor 'nonchalanter'?

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Welk synoniem vind je in de tekst voor 'klakkeloos'?

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Welk synoniem vind je in de tekst voor 'percentage'?

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Welk synoniem vind je in de tekst voor 'snoeien'?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Wat wordt bedoeld met virtueel geld?

Slide 10 - Open question

Geen contant geld, maar geld dat op je rekening staat.
Wat betekent de afkorting 'Nibud'?

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Wat betekent de afkorting 'ggz'?

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Wat betekent de samenstelling 'uitgavenpatroon'?

Slide 13 - Open question

Manier waarop iemand zijn geld besteedt.
Wat betekent de samenstelling 'automatiseringsbedrijf'?

Slide 14 - Open question

ICT-bedrijf.
Wat betekent de samenstelling 'bovenmodaal'?

Slide 15 - Open question

Meer dan gemiddeld.
Wat betekent de samenstelling 'koopkracht'?

Slide 16 - Open question

Hoeveel een huishouden gemiddeld kan kopen.
Welke van deze samenstellingen heb je niet nodig om de tekst te begrijpen?
A
uitgavenpatroon
B
automatiseringsbedrijf
C
bovenmodaal
D
koopkracht

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Welke omschrijving van 'creatief boekhouden' staat in de tekst?

Slide 18 - Open question

Geld van de spaarrekening naar de betaalrekening schuiven en dat dan later weer terug boeken.
Wat betekent 'overgestapt'?

Slide 19 - Open question

In dit geval:
Naar een andere zorgverzekering gegaan / van zorgverzekering veranderd.
Welke woordraadstrategie kun je gebruiken om de betekenis van 'drastisch' te vinden?
A
synomiem
B
omschrijving
C
tegenstelling
D
voorbeelden

Slide 20 - Quiz

... kleine besparingen... 
bepalend
dichtbije toekomst
uitgelokt
van nu af aan
voortaan
maatgevend
korte termijn
getriggerd

Slide 21 - Drag question

This item has no instructions

Hoe goed maakte je deze opdracht?
0100

Slide 22 - Poll

This item has no instructions