Les 5: Insecten

Voeding hoe maak je het?
Les 5: Insecten
1 / 33
next
Slide 1: Slide
Voeding hoe maak je het?Middelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Voeding hoe maak je het?
Les 5: Insecten

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

We gaan elke les registratieformulieren invullen, waarom doen we dat?

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Ik heb weleens insecten gegeten
A
Ja
B
Nee, niks voor mij
C
Nee, maar ik wil het best eens proberen

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Nog nooit insecten gegeten?
Grote kans dat je per jaar al onopgemerkt zo'n 500 gram
aan insecten hebt binnengekregen.

  • Walging bij Nederlanders 
  • Wanneer ze meer herkenbaar zijn -> minder walging
  • Voorkeur wordt bepaald door de mening van
    vrienden en familie

Slide 6 - Slide

Tientalen bladluizen in een portie diepvriesbroccoli? Dat mag volgens deze richtlijn. Zes fruitvlieglarven in een fles ketchup is ook toegestaan. In 100 gram kerrie mogen zo’n 400 stukjes insect zitten, in een onsje paddenstoelen 74 mijten. En in een ons rozijnen zo’n 34 fruitvliegjes. Ook in chocola, bessen en maïs zijn insectenresten toegestaan.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Video

This item has no instructions

Insecten zijn al verwerkt in
  • E120 : Rode kleurstof: Fondant van de roze koeken
  • E904 : Natuurlijke hars: Wax coating bij snoep
  • E901 : Bijenwas: Drop

  • In pindakaas mogen 30 stukjes insect zitten per 100 gram
  • In spinazie mogen 50 kleine insecten zitten per 100 gram

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Welke eetbare insecten ken jij?

Slide 12 - Mind map

This item has no instructions

Wat zijn insecten?
  • In drieën verdeeld lijf ( kop, borststuk, achterlijf)
  • 1 -3 miljoen soorten. 800 duizend beschreven
  • Leven op land en zoet water
  • Nuttig en schadelijk
  • Vergelijkbare voedingsstoffen als vlees
  • Zonder pootjes en vleugeltjes

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Waar worden insecten al gegeten?

Slide 14 - Mind map

This item has no instructions

Waar worden ze gegeten?

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Waarom worden insecten gegeten?

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Waarom worden insecten gegeten?
  • Lekker
  • Gezond (net zoveel mineralen, vitaminen en onverzadigde vetten als dierlijk vlees en een uitstekende eiwitbron!)
  • Lage voederconversie
  • Lagere uitstoot

Slide 17 - Slide

Vanuit milieuperspectief zijn er goede redenen om insecten te verkiezen boven rund-, varkens- of kippenvlees. Dezelfde hoeveelheid voer levert bij insecten twintig keer zoveel vlees op. Daar zijn verschillende redenen voor. In de eerste plaats zetten insecten hun eten twee tot drie keer zo efficiënt om in vlees. Insecten zijn namelijk koudbloedig – ze hoeven dus geen energie te gebruiken om hun lichaam op temperatuur te houden. Daarnaast kun je zo’n 90% van een insect opeten. Van een koe of varken wordt maar ongeveer 50% gegeten. Bovendien planten insecten zich sneller voort, wat de efficiëntie nog eens verder verhoogt. 

Daarnaast ligt de uitstoot van broeikasgassen in de insectenteelt veel lager. Een insectenkwekerij stoot per kilo geproduceerd vlees honderd keer minder broeikasgas uit dan een rundvleesboerderij, blijkt uit een onderzoek uit 2010. Daarnaast leidt de veeteelt tot andere milieuproblemen, zoals ontbossing, watervervuiling en een afname van de biodiversiteit. Bij de kweek van insecten spelen deze problemen veel minder.
Bereiding
Je kunt ze ook gekookt, gebakken, geroosterd of gefrituurd eten

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Wat is een voedingswaarde?

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

Voedingswaarde
Bijna alle voedingsstoffen leveren energie. Dit wordt ook wel de voedingswaarde genoemd. Het is bij voorverpakte producten verplicht om de voedingswaarde te vermelden.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Hoeveel Kcal levert 1 gram vet, koolhydraten, eiwitten, alcohol en voedingsvezels op?

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Voedingswaarde 
1 gram vet = 9 Kcal
1 gram koolhydraten = 4 Kcal
1 gram eiwitten = 4 Kcal
1 gram alcohol = 7 Kcal
1 gram voedingsvezel = 2 Kcal
Zorg dat je dit uit je hoofd kent!

1 Kcal = 4,2 Kj
1Kj = 0,239 Kcal

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Wat staat er allemaal op een etiket?

Slide 24 - Open question

This item has no instructions

Slide 25 - Video

This item has no instructions

Verplicht gegevens op etiket

  • Benaming van het levensmiddel
  • Ingrediëntenlijst
  • Voedingswaarde per 100 gram of 100 ml:
  1. Energie (kcal/Kj)
  2. Vetten
  3. Waarvan verzadigd
  4. Koolhydraten
  5. waarvan suikers
  6. Eiwitten
  7. Zout
  • Houdbaarheidsdatum
  • Nettogewicht
  • Bewaar en bereidingswijze
Overige gegevens (vrije keuze)

  • GDA of dagelijkse voedingsrichtlinen
  • keurmerken (VB fairtrade, planet proof)
  • Vitaminen en mineralen
  • Voedingswaarde per portie
  • Overige dingen

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Ingrediëntenlijst
  • Aangeduid met: "Ingrediënten:"
  • Een opsomming van alle in het product aanwezige grondstoffen
  • De ingrediënten worden weergegeven in afnemende volgorde

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Voedingswaarde tabel
De hoeveelheid energie en voedingsstoffen die het product bevat aangegeven per 100 gram  vaste stof of 100 ml vloeibare stof, dit is vastgesteld in de wetgeving.

Verplichte weergave:
  • Energie (kcal/Kj)
  • Vetten
  • Waarvan verzadigd
  • Koolhydraten
  • waarvan suikers
  • Eiwitten
  • Zout

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Stappenplan voedingswaarde berekenen
  1. Inventariseer welke grondstoffen je gebruikt voor het product en wat de voedingswaarde is per 100 gram van deze grondstoffen.

  2. Geef aan hoeveel gram van de verschillende grondstoffen gebruikt worden in het product. 

  3. Bereken de bijdrage per grondstof aan het product.

  4. Tel de waarden van de grondstoffen voor elke voedingsstof bij elkaar op.

  5. Bereken de voedingswaarde per 100 gram product.

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Oefenopgave 1
Hoeveel Kcal/ Kj bevat dit product per 100 ml?

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Uitwerking oefenopgave 1
Het product bevat: 
  • 26 gram vet = 26*9 kcal= 234 kcal
  • 10 gram koolhydraten= 10*4 kcal= 40 kcal
  • 0,5 gram eiwitten = 0,5*4 kcal= 2 kcal
234+40+2= 276 kcal
276*4,2= 1159Kj

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Hoe voel je je na deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Poll

This item has no instructions

Wat kan je aan het einde van deze les:
  • Jij kan benoemen waar insecten al gegeten worden; 
  • Jij kan uitleggen wat het eten van insecten voor invloed heeft op de gezondheid van mensen; 
  • Jij kan een conclusie trekken over hoe duurzaam insecten zijn;
  • Jij kan producten maken waar insecten in zijn verwerkt;
  • Je kunt m.b.v. een ingrediëntenlijst een voedingswaarde tabel berekenen

Slide 33 - Slide

This item has no instructions