Les 7 ademhalingsstelsel

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Les 7 - ademhaling

BO2009/Z2009

Volgende les = herhalingsles

Toetsstof: 6.1.1-6.1.4, 6.1.5-6.1.10, 6.4.1-6.4.5, 5.1.1, intro 5.2, intro 5.3, 5.4.1-5.4.3 

Opdracht: Bedenk 2 toetsvragen (gebruik je boek!); één vraag over circulatiestelsel, één vraag over het ademhalingsstelsel. 

Je noteert de vragen en (juiste/onjuiste) antwoorden op de volgende slide. Geef aan welk antwoord juist is. 

Noteer hier je toetsvragen + antwoorden! Noteer erbij welk antwoord juist is.

Doel van de les: 

• Je kunt in een afbeelding de onderdelen van het ademhalingsstelsel noemen.
• je kunt de kenmerken en functies van de alveoli, trachea en diafragma uitleggen. 

Opdracht (7 minuten)

Maak een zo volledig mogelijke beschrijving van de route die jou adem zojuist heeft afgelegd

Opdracht (4 minuten)

Tel je ademhalingen.

Hoe vaak adem je in 1 minuut?

Komt dit overeen met wat er in je boek staat?

neusholte

luchtpijp

long

middenrif

huig

slokdarm

longblaasje

Opdracht (7 minuten)

Neem de tekening (volgende slide) over

- voeg het ontbrekende onderdeel toe

- schrijf de juiste benamingen erbij!

Voor de verpleegkundigen in spe: schrijf de Latijnse namen erbij.

Nog toevoegen: diafragma (middenrif)

Wat hoort bij de letter A?

1. Bronchie
2. Luchtpijp
3. Middenrif
4. Slokdarm

Letter B

1. Bronchie
2. Longblaasje
3. Luchtpijptakje
4. Middenrif

Longblaasjes

Middenrif

Onder de longen

Spier

Je voelt het middenrif als je de hik hebt

Middenrif

Lydia zingt een hele lange noot.
Wat gebeurt er met haar middenrif?

1. Haar middenrif beweegt omhoog.
2. Haar middenrif beweegt omlaag.

Neusholte

Neusholte is bedekt met neusslijmvlies

Vochtige laag

Neusslijmvlies

Neusholte

In de lucht zitten vaak stofdeeltjes en ziekteverwekkers

Stofdeeltjes en ziekteverwekkers blijven plakken aan de slijmlaag

Reukzintuig

Keelholte

Lucht komt na de neusholte en mondholte in de keelholte

Voedsel gaat ook door de keelholte

Bovenin zit de huig

Onderin het strotklepje

Keelholte

Luchtpijp

Holle buis

Sluit aan op onderkant van het strottenhoofd

Kraakbeenringen in de luchtpijp

Stofzuigerslang

Wat is de huig?

1. 1
2. 2

De luchtpijp vertakt zich in

1. bronchiën
2. longblaasjes
3. luchtpijpvaten
4. luchtpijptakjes

Longblaasjes

Eind van de bronchiën

Zuurstof wordt opgenomen in het bloed

Koolstofdioxide wordt afgegeven aan de lucht

Doel van de les bereikt? 

• Je kunt in een afbeelding de onderdelen van het ademhalingsstelsel noemen.
• je kunt de kenmerken en functies van de alveoli, trachea en diafragma uitleggen.