havo 2 unité 2 pouvoir + de kloktijden

Bonjour
1 / 31
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Bonjour

Slide 1 - Slide

Le programme d'aujourd'hui
* So socrative
* nakijken opdrachten regarder/ lire
* Werkwoord ''pouvoir''
* kloktijden
* gramm I en écouter opdrachten maken

Slide 2 - Slide

Les buts d'aujourd'hui
* Ik kan in het Frans vertellen hoe laat het is.
* ik kan het werkwoord pouvoir toepassen.

Slide 3 - Slide

POUVOIR (kunnen, mogen)

in de présent en de passé composé

Slide 4 - Slide

POUVOIR (kunnen, mogen)
Présent
Passé composé
je
peux
j'
ai pu
tu
peux
tu
as pu
il/elle/on
peut
il/elle/on
a pu
nous
pouvons
nous
avons pu
vous
pouvez
vous
avez pu
ils/elles
peuvent
ils/elles
ont pu

Slide 5 - Slide

vertaal : pouvoir

Slide 6 - Open question

je peut
A
goed
B
fout

Slide 7 - Quiz

Zij kunnen
pouvoir
A
ils peuvent
B
il peut
C
ils pouvaient
D
ils pourraient

Slide 8 - Quiz

je (pouvoir)
A
peut
B
peux
C
peuvent
D
pouvez

Slide 9 - Quiz

Il ... (pouvoir) présent
(tegenwoordig tijd)

Slide 10 - Open question

Nous ... (pouvoir) présent (tegenwoordig tijd)

Slide 11 - Open question

Je (pouvoir, passé composé)
A
je peut
B
je peux
C
j'ai pu
D
tu peux

Slide 12 - Quiz

nous (pouvoir) passé composé
A
pouvont
B
avons pu
C
pouvons
D
avez pu

Slide 13 - Quiz

ils (pouvoir, passé composé)
A
a pu
B
avez pu
C
ont pu
D
as pu

Slide 14 - Quiz

l'heure
de kloktijden

Slide 15 - Slide

Kloktijden

Slide 16 - Slide

kloktijden: 6h00
A
Il est cinq heures.
B
Il est six heures.

Slide 17 - Quiz

Hoe zeg je in het Frans:
'Het is...' als je een kloktijd wilt zeggen
A
Il est...heure(s)
B
C'est ....heure(s)
C
L'heure est....

Slide 18 - Quiz

kloktijden: 7:50
A
Il est sept heures moins dix..
B
Il est sept heures dix
C
Il est sept heures cinquante
D
Il est huit heures moins dix

Slide 19 - Quiz

kloktijden: 5h45
A
Il est cinq heures moins le quart.
B
Il est six heures moins le quart.

Slide 20 - Quiz

Kloktijden: 12h00 ('s middags)
A
Il est midi.
B
Il est minuit.

Slide 21 - Quiz

kloktijden: 19h30
A
Il est sept heures et demie.
B
Il est dix-huit heures et demie.
C
il est sept heures et demi.
D
Il est neuf heures et demie.

Slide 22 - Quiz

Vertaal de kloktijden naar het Frans.
het is zes uur

Slide 23 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Frans:
Het is 7.30 uur.

Slide 24 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Frans:
Het is kwart over vijf

Slide 25 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Frans:
het is kwart voor zeven.

Slide 26 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Frans:
het is kwart over vijf

Slide 27 - Open question

doel: ik kan de kloktijden gebruiken
A
🥰
B
🙂
C
🤔

Slide 28 - Quiz

Au travail!
maken écouter in tweetallen
timer
10:00

Slide 29 - Slide

Au travail!
-maken grammaire ! ex 8 p 57/58
9B-10- blz 59

-leren: apprendre 4

Slide 30 - Slide

Les devoirs
  • Maken gramm I en écouter
  • Leren apprendre 4 & 10

Slide 31 - Slide