de verlichting: test van je kennis

1 / 39
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5,6

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide


Wat hoort niet bij de verlichting?
A
geestelijke vrijheid
B
staat en maatschappij in dienst van de burger
C
tijd van de 'rede'
D
geloof op nummer één

Slide 2 - Quiz

Wat is GEEN idee uit de Verlichting?
A
Democratie
B
Natuurlijke rechten
C
Volkssoevereiniteit
D
Trias Politica

Slide 3 - Quiz

Welke politieke stroming volgde Adam Smith?
A
Nationalisme
B
Liberalisme
C
Conservatisme
D
Feminisme

Slide 4 - Quiz

Wat zei John Locke niet?
A
Volk moest alle macht hebben
B
Vorst kreeg macht van het volk
C
Vorst moest burgers beschermen
D
Vorst mocht afgezet worden door volk

Slide 5 - Quiz

Volgens Adam Smith was het de taak van de overheid om ....
A
de economie met allerlei wetten te sturen
B
de eigen economie te beschermen tegen andere landen
C
zich zo min mogelijk te moeien met de economie
D
zich actief te bemoeien met de economie

Slide 6 - Quiz

Wanneer is de mens volgens Rousseau het gelukkigst?
A
Zonder bezittingen vrij in de natuur
B
Eenvoudige landbouwsamenlevingen
C
In een land met één sterke leider
D
als hij werkt

Slide 7 - Quiz

Wat vindt Adam Smith van mercantilisme?
A
supertof!
B
geen mening over
C
slecht idee
D
goed, als de overheid het regelt.

Slide 8 - Quiz

Wat is géén natuurrecht?
A
Recht op leven
B
Recht op onderwijs
C
Recht op vrijheid
D
Recht op bezit

Slide 9 - Quiz

Wat past bij de visie op de rechtspraak van Beccaria.
A
Misdadigers moeten zwaar gestraft worden.
B
Martelpraktijken mogen als de dader gevat kan worden.
C
De doodstraf is niet de beste straf.
D
Voor een uitspraak volgt ben je onschuldig.

Slide 10 - Quiz

Welk idee wordt v ooral toegeschreven aan John Locke?
A
Absolute macht van de koning
B
Volkssoevereiniteit
C
Scheiding der machten
D
Regering met toestemming van het volk

Slide 11 - Quiz

Welke denker was een felle bestrijder van godsdienstige bekrompenheid en bijgeloof?
A
Voltaire
B
Rousseau
C
Beccaria
D
Locke

Slide 12 - Quiz

Wie vond dat de volksvertegenwoordiging de wil van het volk moest uivoeren?
A
Voltaire
B
Rousseau
C
Smith
D
Montesquieu

Slide 13 - Quiz

Wie vond er dat de privileges van de adel en de clerus NIET afgeschaft moest worden?
A
Voltaire
B
Beccaria
C
Rousseau
D
Smith

Slide 14 - Quiz

"De overheid mag zich niet met de  economie bemoeien, want je moet vrijheid  hebben om met je verstand te kunnen beslissen over je eigen belangen in de economie."
"Er moet een gemeensch-appelijke karakter van de staat komen, die doormiddel van een “sociaal contract” tussen het volk en de bestuurder(s) georganiseerd moet worden."
Mensen zijn van nature goed, maar moeten wel goed worden opgevoed en onderwezen tot “redelijkheid”, dan zullen veel mistan-den verdwijnen." T
"In de politiek zijn er drie machten aanwezig( de rechtelijke, de uitvoerende en wetgevende macht) die gescheiden van elkaar moeten worden uitgevoerd om zo machts-misbruik te voorkomen.
"God is een horlogemaker die de wereld in gang heeft gezet en zich daarna niet meer met de aarde bemoeit."
Tekst
Voltaire          Smith             Rousseau           Locke           Montesquieu

Slide 15 - Drag question

de verlichte denkers: 
kort leerstofoverzicht

Slide 16 - Slide

4 verlichte denkers
John Locke
Jean Jacques Rousseau
Montesquieu
Adam Smith

Slide 17 - Slide

John Locke:
John Locke (1632-1704) 
  • vindt het absolutisme onacceptabel
  • ieder mens heeft bij de geboorte      gelijke rechten
  • maakt de koning slechte wetten en streeft hij niet de belangen van het volk na               het volk mag in opstand komen.  
     (=volkssoevereiniteit)

Slide 18 - Slide

John Locke
Kritiek op de politiek:
Locke vond dat het de taak van de overheid om de rechten van burgers, oftewel mensenrechten, te beschermen. Hij was ook tegenstander van de droit divin. Hij vond dat koningen hun macht niet van God kregen, maar juist van het volk

Slide 19 - Slide

Jean-Jacques Rousseau

  • Het sociaal contract

  • Mensenrechten / natuurrechten

  • Volksvertegenwoordiging doet wat het volk wil.

  • mens is het gelukkigst in de natuur



Slide 20 - Slide

Montesquieu
  • Trias Politica

  • Tegen slavernij

  • Vergroting van vrijheid

  • Vermomming van tirannie

Slide 21 - Slide

Adam Smith
- geen overheidsingrijpen economie
- economisch liberalisme:
vrije markt
- rationeel eigenbelang 
-> welvaart voor iedereen

Slide 22 - Slide

Ideeën over godsdienst (oud)
  • Godsdienst is de verantwoordelijkheid van de staat/vorst. (ketterij bestrijding want anders rampen)
  • Mensen zijn volledig afhankelijk van God 
  • God grijpt steeds in het dagelijks leven van mensen in, hij straft en laat wonderen gebeuren.
  • God geeft ieder zijn plaats in het dagelijks leven. (droit divin)

Slide 23 - Slide

De Verlichters en het geloof
Ideeën van de verlichters:
  • God heeft de aarde gemaakt, maar grijpt niet in. (deisme)
  • Er is niet één waar geloof.
Gevolgen:
  • Voor godsdienstvrijheid.
  • Tegen een grote invloed van de kerk
  • John Locke: Scheiding van kerk en staat. Mensen kunnen zelf nadenken, de staat kan dat niet voor iemand doen..
Voltaire
(Fr. 1694-1778)

Slide 24 - Slide

ideeën over de samenleving (ME)
de mens is van nature zondig, straffen is daarom goed.
Iedereen moet zich onderwerpen aan God.

Slide 25 - Slide

De Verlichters 
Ideeën van de verlichters:
  • Mensen zijn gelijk en vrij.
  • De mens is van nature goed. (rousseau)
  • De mens is een tabula rasa (locke)

Gevolgen
  • Tegen standenmaatschappij
  • Tegen slavernij/slavenhandel (Abolitionisme)
  • Voor opvoeding en onderwijs.

Slide 26 - Slide

Sociale verhoudingen
Uitgangssituatie:
- veel ongelijkheid
- standensamenleving

Verlichte denkers:
- alle mensen hebben natuurrechten
- gelijkheid voor alle achtergestelde groepen
- vrijheid voor individuele burger

Slide 27 - Slide

Idee over de politiek (ME)
een rechtvaardige samenleving is geordend naar Gods wil.
Iedereen heeft zijn eigen plek. (bv droit divin)

Slide 28 - Slide

Ideeën in de Verlichting
Rouseau: natuurrechten: iedereen is gelijk en vrij, iedereen heeft recht op leven, gezondheid, vrijheid en bezit.
Rouseau en Locke: De staat krijgt macht door een sociaal contract (andere betekenis)

Slide 29 - Slide

De Verlichters en politiek
Ideeën van de verlichters:
  • Een koning is er voor het volk.
  • Het volk mag een slechte koning afzetten.
  • De echte macht ligt bij het volk.

Gevolgen
  • Tegen absolutisme.
  • Voor democratie.

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Montesqieu
  • Franse filosoof (1689 - 1755)
  • Trias politica : scheiding van de machten om machtsmisbruik tegen te gaan.

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

LET OP: NIET ALLE DENKERS ZITTEN IN DEZE BEVRAGING.
VOOR JE EXAMEN:
zorg dat je alle verlichte denkers kan plaatsen in tijd, ruimte, idee kan omschrijven.

Slide 36 - Slide

en vergeet de eerste BW niet!

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Video

Slide 39 - Video