Les 5 - Oriënteren op gesproken tekst en samenhang

Les 5
Oriënteren op gesproken tekst en samenhang
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Les 5
Oriënteren op gesproken tekst en samenhang

Slide 1 - Slide

Doel van deze les
Aan het einde van deze les:
  • Kun je vooraf oriënteren waar een luisterfragment over zou kunnen gaan;
  • Weet je hoe samenhang wordt aangebracht in luisterfragmenten o.a. door het gebruik van signaalwoorden.

Slide 2 - Slide

Oriënteren op gesproken tekst
Net als verkennend lezen; je doet dit vooraf.
  • Je voorspelt waar het fragment over gaat;
  • Je gebruikt informatie die vooraf beschikbaar is;
  • Je stelt jezelf de volgende 4 vragen:
  1. Wat is het onderwerp?
  2. Wat weet ik al van dit onderwerp?
  3. Wat is de tekstsoort?
  4. Wie spreekt er?

Slide 3 - Slide

Tekstdoelen
  • Informeren(alleen feiten--> een krantenartikel)
  • Activeren/ aansporen--> reclames, aanmelden bij een sportschool
  • Amuseren--> boeken en stripverhalen (fictief of waargebeurd)
  • Overtuigen--> zorgen dat je de mening van de schrijver overneemt met een betoog bijvoorbeeld
  • Instrueren--> instructie geven voor bijvoorbeeld een Ikeakast in elkaar zetten

Slide 4 - Slide

Tekstsoorten
Wat is het tekstdoel van:
  • Journaal
  • Reclame
  • Consumentenprogramma
  • Documentaire 
  • Luisterboek
  • Podcast
  • Quiz op tv

Slide 5 - Slide

Welk tekstdoel hoort bij deze tekstsoort?
A
informeren
B
amuseren
C
overtuigen
D
activeren

Slide 6 - Quiz

Welk tekstdoel hoort bij deze tekstsoort?
A
informeren
B
amuseren
C
overtuigen
D
activeren

Slide 7 - Quiz

Wat is het tekstdoel bij deze tekst?
A
informeren
B
amuseren
C
activeren
D
instrueren

Slide 8 - Quiz

Welk tekstdoel hoort bij deze tekstsoort?
A
informeren
B
amuseren
C
activeren
D
instrueren

Slide 9 - Quiz

Oefenen met luisteren: Cleopatra en Ceasar 
- 2 studenten gaan met de docent naar de gang en krijgen instructie;

- de docent vertelt het verhaal over Ceasar en Cleopatra aan de rest van de klas;

- de klas mag vragen stellen aan de 2 studenten die de instructie hebben gekregen;
- Het mogen alleen gesloten vragen zijn;
- deze 2 studenten mogen met hun gezichtsuitdrukking en intonatie laten merken of het een duidelijke 'nee' is, of dat het betekent dat het er niet zo toe doet;

- als het na 10 minuten nog niet is geraden door de klas, mogen de 2 studenten een hint geven.


Slide 10 - Slide

Fragment
Sjinkie, Spelen met vuur

Slide 11 - Slide

Wat weet je al van dit onderwerp af?

Slide 12 - Open question

Wat is de tekstsoort en het tekstdoel van dit fragment denk je?

Slide 13 - Open question

Aan het werk
We gaan nu eerst de vragen alvast lezen die over de documentaire gaan die jullie zo gaan bekijken. Zo weet je waar je straks op moet letten. Dit kun je ook tijdens je examen doen (eerst de vragen lezen, dan pas het fragment bekijken)

Slide 14 - Slide

Hoe wordt het fragment geïntroduceerd?
A
Met een fast forward
B
Met een vraagstelling
C
Met een situatieschets
D
Met een flashback

Slide 15 - Quiz

Wat doet Sonja Scholten in het eerste moment dat zij in beeld komt?
A
Ze geeft uitleg over hoe Sjinkie behandeld wordt.
B
Ze geeft algemene uitleg over wat er gebeurt bij patiënten met brandwonden.
C
Ze vertelt wat haar rol is bij patiënten met brandwonden.
D
Ze vertelt over haar eerste kennismaking met Sjinkie en wat haar rol was in zijn herstel.

Slide 16 - Quiz

Wat wordt bedoeld met 'Hij kon zich disscociëren van zijn benen?'
A
Hij verliest de controle over zijn benen
B
Voorbereiding voor amputatie van benen
C
Huidtransplantatie op zijn benen
D
Geestelijk losmaken van zijn benen

Slide 17 - Quiz

Hoeveel voordelen noemt de arts op waarom hij snel geneest?
A
1
B
2
C
4
D
5

Slide 18 - Quiz

Hoe doodde Sjinkie zijn tijd in het ziekenhuis?
A
Door veel te netflixen
B
Door te tekenen
C
Door met Lego te bouwen
D
Door veel gesprekjes aan te knopen met lotgenoten

Slide 19 - Quiz

Wanneer mag Sjinkie naar huis van de artsen?
A
woensdag
B
zondag
C
maandag
D
zaterdag

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Video

Opdrachten deze week

2F--> Luisteren--> Opbouwopdrachten--> Oriënteren op gesproken tekst-->opdracht 3
2F-->Luisteren--> Opbouwopdrachten--> Samenhang--> husseltaak 3









Slide 22 - Slide