VTHA: bloedtransfusie

Bloedtransfusie
1 / 15
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Bloedtransfusie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Inhoud
  • Bloed en bloedproducten
  • Indicaties toediening bloed(producten)
  • Kruisproef
  • Toedieningssnelheid berekenen
  • Complicaties
  • Controles
  • Instellen toedieningssnelheid
  • Nazorg

Slide 2 - Slide

Vraag: waar worden bloedcellen aangemaakt? 
Antwoord: in het beenmerg 

Wat is de functie van erytrocyten?
Wat is een tekort aan hemoglobine en ijzer? 
Wat is de functie van de witte bloedcellen? 
Wat is de functie van bloedplaatjes? 
Zuurstof vervoeren m.b.v. hemoglobine
Bloedarmoede
Functie in de afweer tegen lichaamsvreemde stoffen
Zorgen ervoor dat het bloed stolt

Slide 3 - Drag question

Erytrocyten: De rode bloedcellen zorgen voor 99% van de zuurstoftoevoer in het lichaam.

Hemoglobine en ijzer: IJzer is belangrijk voor de vorming van hemoglobine, een onderdeel van rode bloedcellen. Rode bloedcellen vervoeren zuurstof door ons lichaam. IJzer is verder nodig om in onze cellen energie te produceren en ijzer draagt bij aan een normale werking van het afweersysteem.

Witte bloedcellen: Witte bloedcellen - ook wel leukocyten genoemd - zitten veel in je bloed en lymfeweefsel, maar zijn ook in de rest van het lichaam aanwezig. Ze beschermen je lichaam tegen lichaamsvreemde, schadelijke stoffen zoals virussen, bacteriën, schimmels, parasieten en gisten. Daarnaast helpen ze bij het opruimen van afgestorven cellen in het lichaam.

Bloedplaatjes: Stolling van het bloed en helpen bij bescherming luchtwegen
Bloedproducten en redenen voor toediening
Rode bloedcellen
  • Bij veel bloedverlies
  • Bij patiënten die onvoldoende rode bloedcellen aanmaken
Bloedplasma
  • Bij patiënten met brandwonden
  • Bij zeer groot bloedverlies
Bloedplaatjes
  • Bij een kwaadaardige bloedziekte (bijv. leukemie)

Slide 4 - Slide

Donorbloed wordt vrijwel nooit direct gebruikt voor bloedtransfusie. Vaak hebben zorgvragers maar een bepaald bestanddeel nodig. 
Centrifugeren: 
- Bloedplasma (bovenin, is het lichtst)
- Bloedplaatjes en witte bloedcellen in het midden
- Rode bloedcellen (onderin, het zwaarst)


Rode bloedcellen:
  • Bloedverlies: na ongeluk of grote operatie
  • Onvoldoende rode bloedcellen: een beenmergafwijking
Bloedplaatjes: bij behandeling met chemo wordt beenmerg gedood. Dit zorgt juist voor de aanmaak van bloedplaatjes. Gevolg: ernstig tekort hieraan. 
Welke bloedgroepen kan je onderscheiden?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Bloedgroepen

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Kruisproef
Laboratoriumtest: 
  • Bij elkaar voegen van serum van patiënt (ontvanger) met rode bloedcellen van de donor
  • Positieve kruisproef: geen bloedtransfusie

Slide 8 - Slide

Kruisproef: past bloed ontvanger bij het donorbloed door te kijken of er klontering van het bloed plaatsvindt als het bloed wordt samengebracht. Zo ja, dan is de kruisproef positief. Dat wil zeggen dat het donorbloed niet geschikt is. 
Toedieningswijzen
  • Perifeer infuus
  • Centraal veneuze katheter
  • Perifeer ingebrachte centrale katheter (PICC)
  • Port à cath

Slide 9 - Slide

Een centraal veneuze katheter (CVK) is een dun slangetje dat via de huid wordt ingebracht in één van de grote bloedvaten in de hals of onder het sleutelbeen.

PICC: Onder plaatselijke verdoving wordt een dun, flexibel infuusslangetje in het bloedvat van de bovenarm ingebracht. Het uiteinde van de PICC-lijn ligt tot vlakbij het hart. Via deze lijn worden medicatie, bloed en bloedproducten gegeven en er kan ook, zonder u te prikken, bloed door worden afgenomen. 

Een Port-A-Cath, afgekort een PAC, is een klein kastje van metaal. Dit kastje komt onder de huid in het vetweefsel van uw borstkas te liggen, bij voorkeur onder het rechtersleutelbeen waar het maanden kan blijven zitten. Een interventieradioloog plaatst de PAC onder plaatselijke verdoving.
Hoeveel druppels bevat 1 ml bloed?

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Toedieningssnelheid
  • Met behulp van volumetrische pomp: bereken ml/uur
  • Zonder pomp: druppelsnelheid/minuut berekenen
    (1ml = 16 druppels) 
 
  

Slide 11 - Slide

Formule: totaal aantal druppels =
                  totaal aantal minuten

                  aantal ml x 16
                  uren x 60 
Bijwerkingen
  • Overgevoeligheidsreactie (benauwdheid, koorts, koude rilling, jeuk,       galbulten, rode vlekken)
  • Bloed ‘past’ toch niet helemaal
  • Reacties als gevolg van toediening van veel bloed
  • Stapeling van ijzer
  • Overdracht van infecties

Slide 12 - Slide

  1. Andere bestanddelen dan enkel waarvoor de transfusie wordt toegediend
  2. Lichaam maakt antistoffen tegen bloedcellen die het lichaam niet herkent 
  3. Reactie op de speciale vloeistoffen en op afbraakproducten van het bloed
  4. Bij een teveel aan ijzer kunnen organen beschadigd raken
Controles voor toediening
  • Kruisproef  
  • Controle pols, bloeddruk en temperatuur: 5–15 minuten voor de transfusie
  • Dubbele controle: controleer bloedproduct met het transfusieformulier en opdracht arts (product/hoeveelheid/toedieningssnelheid)

Slide 13 - Slide

  • Bij ophalen bloed bij het laboratorium 
  • Voor aanhangen bij de patiënt controleer je de gegevens nogmaals met een collega. Je controleert pols, bloeddruk en temperatuur om transfusiereacties te observeren.
Controles bloedproduct
  • Naam en geboortedatum
  • Bloedgroep
  • Kruisproef (moet negatief zijn)
  • Conditie zak
  • Administratieve gegevens zorgvrager
  • Productnummer bloedproduct
  • Vervaldatum bloedproduct

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Transfusie en controles
  • Zak met bloedproduct voorzichtig aanprikken (zak neerleggen en spike met een draaiende beweging insteken)
  • Systeem vullen met bloed
  • Druppelsnelheid instellen
  • Controle pols, bloeddruk en temperatuur 5-15 minuten na de start
Nazorg
  • Infuusslang naspoelen 
  • Infuusslang direct vervangen of binnen 24 uur na beëindiging transfusie
  • Transfusiezak 24 uur bewaren

Slide 15 - Slide

Druppelsnelheid: eerste 10 minuten: niet meer dan 20 ml van het bloedproduct toedienen.