Boeken + notitiespullen pakken Ga in deze Lesson Up
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Welkom
Telefoon in telefoontas
Tas van tafel
Boeken + notitiespullen pakken Ga in deze Lesson Up
Slide 1 - Slide
Planning
volgende week - herhalen + oefenen
toetsweek - Proefwerk 12.1 t/m 12.5
Slide 2 - Slide
Leren voor biologie
Wat moet je niet doen - Doorlezen
- Teksten arceren / marken - Meerdere paragrafen in één dag
- Samenvatting van anderen gebruiken
Wat moet je wel doen - Samenvatten (zelf)- met boek open
- Actief herhalen
- Oefeningen maken (werkboek / oefentoets/ biologiepagina.nl)
- lessonups maken - Spreiden
Slide 3 - Slide
Welke bronnen met je leren?
Zie de doelstellingen op biologie.ichthuscollege.info
Slide 4 - Slide
Bij cavia’s is de aanleg voor zwart haar dominant over die voor wit haar. Twee cavia’s (heterozygoot voor deze aanleg), worden met elkaar gekruist. Hoe groot is het percentage nakomelingen in de F1 dat wit haar zal hebben?
A
0%
B
25%
C
50%
D
100%
Slide 5 - Quiz
Hieronder is een stamboom weergegeven. Eigenschap A erft niet X-chromosomaal over.
a) Welk Genotype heeft persoon 4? b) Welk Genotype heeft persoon 5? c) Welk(e) Genotype(s) kan persoon 7 hebben?
Slide 6 - Open question
De haarkleur bij ratten wordt bepaald door een gen dat niet X-chromosomaal is. Men kruist een zwarte en een witte rat. Alle nakomelingen blijken zwart te zijn. Een van deze zwarte nakomelingen wordt gekruist met de witte ouder. Welke fenotypen verwacht je dan bij de nakomelingen van deze laatste kruising en in welke verhouding komen ze voor?
Slide 7 - Open question
Bij mensen is het allel voor rechtshandigheid dominant over het allel voor linkshandigheid. Het gen voor rechts/linkshandigheid erft niet X-chromosomaal over. Hoe groot is in de onderstaande stambomen de kans dat de persoon, aangeven met een vraagteken in de stamboom hierboven, een linkshandige dochter is?
Slide 8 - Open question
Bij een bepaalde bloemsoort is de bloemkleur intermediair (roze). Als een rode bloem wordt gekruist met een witte bloem ontstaan roze nakomelingen. Deze nakomelingen (F1) worden onderling gekruist. Hoeveel van de 32 nakomelingen verwacht je dat er roze zullen zijn in de F2?
Slide 9 - Open question
Slide 10 - Slide
Wat zijn de genotypes van:
1, 2, 4, 7, 9,
Slide 11 - Open question
Nieuwe soorten ontstaan
Als individuen die oorspronkelijk tot dezelfde populatie behoorden, zich niet meer onderling kunnen voortplanten.
Bijvoorbeeld:
-Diersoort leeft in een bepaald gebied
-De dieren worden gescheiden
-Het milieu gaat verschillen
-De beste worden uitgeselecteerd
-De dieren gaan veel van elkaar verschillen uiteindelijk zoveel verschillen dat -ze zich onderling niet meer kunnen voortplanten.
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
in het zuidoosten van Nederland worden meer zwarte dan rode lieveheerstbeestjes gevonden. Leg uit hoe dat komt
Slide 15 - Open question
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
welke uitspraak/uitspraken zijn waar
A
1 als 2
B
geen van beide
C
alleen 1
D
alleen 2
Slide 19 - Quiz
Aan de bak
4 of 5 vragen goed? Dan kan je bezig met de volgende oefeningen in de linkjes
3 of minder vragen goed? Bestudeer eerst de Lesson Ups en ga dan bezig met de linkjes
Extra uitleg nodig? Bekijk eerst zelf de Lesson Ups en de theorie, stel daarna pas vragen