Les 2 Factuureisen

Les 2 Factuur eisen

Soorten Facturen

Wat doe je met een factuur?

maken of betalen

Als je een factuur maakt

wat staat er dan allemaal op? 

Eisen aan de factuur

Noem alle woorden die je
je herinnert van vorige week:

Wat staat er op een factuur

1. Bedrijfsnaam, Rekeningnummer
2. vervaldatum,debiteuren-nummer, factuurnummer
3. Bedrag, btw, NAW gegevens
4. a, b en c

Moet je facturen nummeren? Zoja, waarom? Zo nee, waarom niet?

 Les 7: Budget en Begroting: hoe houd je je kasboek bij?

Mevrouw Jonkers geeft hier ook best veel uitleg over, vraag de studenten wat ze bij mevrouw Jonkers hebben geleerd hierover (gesprek aangaan)

Mevrouw Jonkers geeft hier ook best veel uitleg over, vraag de studenten wat ze bij mevrouw Jonkers hebben geleerd hierover (gesprek aangaan)

Wat gaan we doen?

week 7: kleine budgetten

week 8:  workshop gegevens invoeren

week 9: inhalen

week 10: inhalen

Leerdoelen: wat ga je leren?

- Begrijpen wat een budget is. 

- Het belang van een begroting begrijpen. 

- Het verschil tussen geschatte en werkelijke kosten begrijpen. 

- Het concept van tekorten en overschotten begrijpen. 

- Hoe je een kasboek bijhoudt.

Deze dia introduceert de belangrijkste leerdoelen van de les. Herhaal deze leerdoelen aan het eind van de les om te controleren of de studenten ze hebben begrepen.

Kleine budgetten:

Budget, begroting, geschatte en werkelijke kosten, tekorten of overschotten, kasboek; al deze begrippen kun je tegenkomen als je aan de slag gaat met het beheren van kleine budgetten. Het is zaak om goed te begrijpen wat deze begrippen inhouden en hoe je daar in overzichten en Exceldocumenten mee aan de slag gaat.