6.5 Energie

6.5 Energie
1 / 13
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1,2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

6.5 Energie

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Je kunt aan het einde van de les:
  • Uitleggen wat vermogen betekend.
  • De eenheid W naar kW omrekenen en andersom.
  • Het energieverbruik berekenen van een apparaat.
  • De energiekosten berekenen van een apparaat.

Slide 2 - Slide

Wat is vermogen?
De hoeveelheid energie die een apparaat in één seconde verbruikt, noem je het vermogen van dat apparaat. De eenheid van vermogen is watt (W). Je kunt watt omrekenen naar kW.
Er geldt:
1 kW = 1000 W
1 W = 0,001 kW

Slide 3 - Slide

2 kW = 
200 W = 
20 kW = 
20000 W =
2000 W
0,2 kW
20000 W
20 kW

Slide 4 - Drag question

Slide 5 - Slide

Energieverbruik
  • Het energieverbruik door een apparaat hangt af van het vermogen van het apparaat, maar ook van de tijd dat het apparaat aan staat. Het energieverbruik bereken je met de volgende formule:
  • energieverbruik = vermogen × tijd
  • De eenheid van energieverbruik is kWh. Je schrijft dit voluit: kilowattuur.


Slide 6 - Slide

Energiekosten
Wat je betaalt voor het energieverbruik bereken je met de 
formule:
energiekosten = energieverbruik × prijs van 1 kWh

Slide 7 - Slide

Stappen bij berekening
Gegeven:
Gevraagd:
Formule:
Berekening: 
Antwoord:

Slide 8 - Slide

Opdracht deel 1
Zoek een apparaat in huis waar het vermogen op staat. Schrijf het vermogen op in je schrift en bereken hoeveel energie het apparaat verbruikt als het 2 uur aanstaat. Maak een foto van je berekening.

energieverbruik = vermogen × tijd

Slide 9 - Slide

Zoek een apparaat in huis waar het vermogen op staat. Schrijf het vermogen op in je schrift en bereken hoeveel energie het apparaat verbruikt als het 2 uur aanstaat. Maak een foto van je berekening.

Slide 10 - Open question

Opdracht deel 2
Bereken de energiekosten als 1 kWh 0,25 euro kost. 
Maak weer een foto van je berekening.

Slide 11 - Slide

Bereken de energiekosten als 1 kWh 0,25 euro kost.
Maak weer een foto van je berekening.

Slide 12 - Open question

Opdrachten maken
Weektaak:
Waar? Bladzijde 97 t/m 102
Wat? Opdracht 78, 79, 81 t/m 90
Hoe? In je werkboek
Klaar? Kijk de gemaakte opdrachten na en lever in via Classroom

Slide 13 - Slide