PD - par. 4 - VWO

4. Wie heeft de macht?
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Middelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 7 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

4. Wie heeft de macht?

Slide 1 - Slide

Wetgevende macht
Ministers en Tweede Kamerleden mogen allebei wetsvoorstellen indienen.

Slide 2 - Slide

Tweede Kamerleden mogen een wetsvoorstel indienen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quiz

Recht van Initiatief


De TK mag zelf een wetsvoorstel indienen. Ministers mogen dit ook maar de TK moet er altijd over stemmen.

Recht van Amendement


De TK mag wetsvoorstellen van de regering (ministers) wijzigen.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Budgetrecht
 De jaarlijkse begroting van de regering wordt gecontroleerd door de TK.

Slide 6 - Slide

Parlementaire Enquête


Als de EK of de TK een onderzoek instelt naar de regering (bijv. over een ramp of fraude).

Kamervragen


Leden van het parlement (EK+TK) mogen de regering vragen stellen.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Recht van Interpellatie
De minister moet op het matje komen om uitleg te geven in de TK.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Welke uitspraak is juist?
A
Ministers kunnen Tweede Kamerleden wegstemmen.
B
Tweede Kamerleden kunnen Ministers wegstemmen.

Slide 11 - Quiz

Dertigledendebat


De minister moet komen voor een spoeddebat als 30 leden van de TK daar om vragen.

Recht van motie


Het parlement kan hiermee aangeven een minister 'af te keuren' of te 'wantrouwen'. Als de meerderheid zo'n motie steunt moet de minister weg.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Constitutionele Monarchie
In de grondwet staan de taken van de koning. Die zijn beperkt want we kunnen niet op hem stemmen.

Slide 14 - Slide

Kabinetsformatie
1. Informateur: krijgt advies en kijkt naar de mogelijke combinaties.
2. Regeerakkoord: de partijen die samenwerken maken een plan voor 4 jaar.
3. Formateur: de latere premier gaat ministers zoeken voor elke post.
4. De beëdiging door de koning (bordesfoto)

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Coalitie


De partijen die samen een meerderheid hebben en de regering vormen.

Oppositie


De overige partijen die de regering controleren.

Slide 17 - Slide

Ministeriële Verantwoordelijkheid
De minister is verantwoordelijk voor alles wat zijn ambtenaren (en de koning) doen.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Staatssecretaris
Assisteert de minister. Hij gaat over een deel van het beleidsterrein (Ministerie van BuZa --> staatss. Europese Zaken).

Slide 20 - Slide

Dualisme
Het parlement controleert het kabinet. Een minister kan dus nooit ook in de TK zitten.

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Monisme
De regering krijgt steun van hun fractie in de TK en ministers hebben veel ambtenaren in dienst terwijl de TK dat niet heeft.
Dit lijkt op monisme.

Slide 23 - Slide