6.5 Mens en milieu

Vak: Biologie
Hoofdstuk: 6.4 Natuurbeheer
1.
Lesopening
2. 
Lesdoelen
3.
Mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 24
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vak: Biologie
Hoofdstuk: 6.4 Natuurbeheer
1.
Lesopening
2. 
Lesdoelen
3.
Mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Slide

1. Lesopening
Pak je werkboek van biologie op tafel en laat deze nog even dicht op tafel liggen. 


Huiswerk controle:
6.4 opdracht 1 t/m 4

Slide 2 - Slide

2. Lesdoel
Aan het eind van deze les:
- kun je enkele oorzaken en gevolgen noemen van uitputting en vervuiling 
- kun je enkele oorzaken en gevolgen noemen van klimaatverandering

Slide 3 - Slide

3. Arrangementen
- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie.
Je maakt zelfstandig 6.5 opdracht 1 t/m 5 op blz 221/223
Krystian & Jessica

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 
Jochem, Gijs & Zouhir

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 
Jamie, Niek & Jaysen

Slide 4 - Slide

Mini-check
Leerlingen in het basis en intensief arrangement doen mee met de mini-check. 

Slide 5 - Slide

Wat zijn de twee belangrijkste oorzaken van milieuproblemen?
A
De bevolkingstoename
B
Uitlaatgassen van auto's
C
De manier van leven van de mens
D
Grote mate van vliegverkeer

Slide 6 - Quiz

Uitputting
Zet de juiste omschrijving bij het juiste begrip
Vervuiling
Zo veel stoffen uit het milieu halen dat ze opraken
Stoffen aan het milieu toevoegen die schadelijk zijn

Slide 7 - Drag question

Wat is een fossiele brandstof?
A
Kunststof
B
Zand
C
Aardgas
D
Metaal

Slide 8 - Quiz

Welk gas veroorzaakt het versterkte broeikaseffect?
A
zuurstof
B
koolstofdioxide ( CO2)
C
stikstof
D
biogassen

Slide 9 - Quiz

Wie maakt wat:
3 of meer vragen goed? Ga zelfstandig aan de slag:
les 6.5 opdracht 1 t/m 5 op blz 221/223

De rest doet mee met de instructie.

Slide 10 - Slide

4. Instructie
Lees en kijk mee naar de volgende dia. 

Slide 11 - Slide

Invloed op het milieu
De mens heeft invloed op het milieu. We halen stoffen uit het milieu, denk aan grondstoffen en water. 
Ook voegen we stoffen toe, zoals afval en uitlaatgassen. 

Op deze manier veranderen mensen het milieu. Dit zorgt voor milieuproblemen. 

Slide 12 - Slide

Milieuproblemen
De belangrijkste oorzaken van milieuproblemen zijn:
  1. De bevolkingstoename
  2. De manier van leven van de mens

De mens zorgt op twee manieren voor milieuproblemen: 
  1. uitputting: zo veel stoffen uit het milieu halen dat ze opraken
  2. vervuiling: stoffen aan het milieu toevoegen die schadelijk zijn

Slide 13 - Slide

Uitputting
Fossiele brandstoffen: aardolie, aardgas en steenkool. 
Brandstoffen die miljoenen jaren gelezen zijn ontstaan uit resten van dode planten en dieren. 

Grondstoffen: aardolie (voor kunststof), zand (voor glas en bouwmateriaal) en metaalerts (metalen). 
Stoffen die uit het milieu worden gehaald om bijvoorbeeld machines, apparaten, huizen en kleding te maken. 

Slide 14 - Slide

Luchtvervuiling
Stikstof (belangrijke stof in mest) is een oorzaak van luchtvervuiling. Sommige planten groeien hierdoor minder goed, of verdwijnen. 

Luchtvervuiling kan komen door stikstof of koolstofdioxide uit fossiele brandstoffen.

Slide 15 - Slide

Bodemvervuiling
Gif is een schadelijke stof voor organismen. Dit werd vroeger wel eens op vuilnisplaatsen gestort. Hierdoor werd de grond vervuilt. Dit noem je bodemvervuiling. 

Slide 16 - Slide

Watervervuiling
In de landbouw worden gifstoffen gebruikt om planten te beschermen tegen insecten en ziekteverwekkers. Deze kunnen in het (grond)water terecht komen = watervervuiling

Huishoudens, fabrieken en scheepvaart vervuilen ook het water. 

Slide 17 - Slide

Broeikaseffect
Dampkring (atmosfeer) is de luchtlaag rondom de aarde. Is een mengsel van verschillende gassen. Deze late neen deel van de zonnestralen door, de rest wordt weerkaatst. Door zonnestralen warmt de aarde op, de aarde straalt dit ook weer uit. Dit noem je: broeikasgassen.

Slide 18 - Slide

Broeikaseffect
De twee belangrijkste broeikasgassen zijn: koolstofdioxide en waterdamp. 

De werking lijkt op die van het glas van een broeikas. Vandaar de naam: broeikaseffect. 
Wanneer dit er niet zou zijn, zou het -18 °C zijn en is er geen leven mogelijk.

versterkte broeikaseffect: het opwarmen van de aarde, doordat er meer broeikasgassen worden afgegeven aan de dampkring. 

Slide 19 - Slide

Klimaatverandering
Door het versterkte broeikaseffect verandert het klimaat 
-> klimaatsverandering: verandering van het weer over lange periode.

blauwalg: een bacterie die stoffen maakt die giftig zijn voor mensen en honden. 

Een gevolg van opwarming van de aarde: stijging van de zeespiegel en droogte. 

Slide 20 - Slide

5. Begeleid inoefenen
Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?
Jochem, Gijs & Zouhir: jullie gaan zelfstandig 6.5 opdracht 1 t/m 5 op blz 221/223. Lees goed de stukjes tekst. 

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?
Jamie, Niek & Jaysen (of had je alle vragen in de mini-check fout?): 
Wij maken samen opdracht 1 en 2.

Slide 21 - Slide

6. Zelfstandig werken
Je leest de theorie van paragraaf 6.5. Hierna maak je zelfstandig
opdracht 1 t/m 5 op blz. 221/223



Ben je klaar?
1. Nakijken en verbeteren
2. Inzichtsvragen maken of de samenhang maken van blz. 224 t/m 226 
3. Leren voor biologie
 
timer
1:00

Slide 22 - Slide


- kun je enkele oorzaken en gevolgen noemen van uitputting en vervuiling 
- kun je enkele oorzaken en gevolgen noemen van klimaatverandering
7. Evaluatie
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll

8. Huiswerk en toetsen
Huiswerk:
Dinsdag 21 mei
6.5 opdracht 1 t/m 5
Toetsen:
-

Slide 24 - Slide