- kun je de veranderingen in het vruchtbeginsel na bevruchting beschrijven.
Slide 7 - Slide
Inleiding
Na de bevruchting ontstaan in het vruchtbeginsel 1 of meerdere zaden. Het vruchtbeginsel is het begin van een vrucht.
Vruchten zijn er in alle soorten en maten.
Slide 8 - Slide
6.4 Vruchten en zaden
Na de bevruchting verandert er veel in een bloem.
In het vruchtbeginsel beginnen 1 of meer zaadbeginsels te groeien.
Alleen de zaadbeginsels waarin de eicellen zijn bevrucht, groeien uit tot zaden.
De andere zaadbeginsels in het vruchtbeginsel verschrompelen.
Slide 9 - Slide
6.4 Vruchten en zaden
Het vruchtbeginsel wordt groter.
Het groeit uit tot een vrucht.
De zaden bevinden zich in de vrucht.
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
6.4 Vruchten en zaden
De vrucht van een bonenplant heet een peulvrucht.
In de afbeelding op de vorige bladzijde zie je de veranderingen bij een bloem van een bonenplant.
We gaan deze veranderingen stap voor stap bekijken.
Slide 12 - Slide
1: de bloem voor de bevruchting.
2: Na de bevruchting beginnen het vruchtbeginsel en de zaadbeginsels te groeien.
Slide 13 - Slide
3. De kroonbladeren en de meeldraden vallen af, het vruchtbeginsel wordt steeds langer.
4. De bloemkelk verschrompelt, er blijft alleen een restant over. Ook van de stijl blijft alleen een restant over, ze zaadbeginsels worden groter.
Slide 14 - Slide
5. Als de boon rijp is, wordt de zaadhuid donkerder.
Uiteindelijk breekt de vrucht open en komen de zaden vrij.
Slide 15 - Slide
6.4 Vruchten en zaden
Sommige vruchten bevatten vruchtvlees: het zachte, soms eetbare gedeelte van de vrucht.
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
6.4 Vruchten en zaden
Appels, kersen, tomaten en peulen zijn vruchten.
Bonen, erwten en de pitten in appels, kersen en tomaten zijn zaden.
In sommige vruchten zit maar 1 zaad.
In andere vruchten zitten meerdere zaden.
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
6.7 Verspreiding van zaden
Slide 22 - Slide
Doel van deze les:
Je kunt uit afbeeldigen van planten afleiden hoe de vruchten en zaden worden verspreid
Slide 23 - Slide
Wat weet je nog?
Slide 24 - Slide
Geslachtelijke voorplanting
Ongeslachtelijke voortplanting
Knollen
Bollen
Stamper
Meeldraad
Weefselkweek
Stekken
Bloem
Slide 25 - Drag question
Verspreiding van zaden
Uit bloemen onstaan vruchten met zaden. Elk zaad bevat een kiem, waaruit een nieuwe plant kan onstaan. Het zaad wordt op verschillende manieren verspreid
Verspreiding zaden:
Door de plant zelf
Door de wind
Door dieren
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Video
In de video zie je planten die hun zaden kunnen wegschieten
De vruchten 'ontploffen' en de
zaden worden weggeslingerd!
Verspreiding door de plant zelf
Slide 28 - Slide
Verspreiding door dieren (1)
Het vruchtvlees wordt door dieren opgegeten en de zaden worden op een andere plek uitgepoept
--> zaden kunnen ontkiemen
Slide 29 - Slide
Verspreiding door dieren (2)
Sommige vruchten blijven plakken aan de vacht of huid van dieren
De vruchten vallen ergens anders neer
--> zaden kunnen ontkiemen
Slide 30 - Slide
Verspreiding door dieren (3)
Verzamelaars brengen zaden naar andere plekken
Niet alles wordt opgegeten of ze worden vergeten
--> zaden kunnen ontkiemen
Slide 31 - Slide
Verspreiding door wind
De wind neemt de zaden mee. Dit kan alleen als de zaden licht zijn.
Slide 32 - Slide
De verspreiding van zaden is belangrijk omdat
A
er dan meer kans is dat zaden kiemen
B
er dan meer dieren de zaden kunnen vinden
Slide 33 - Quiz
Via welke manier van verspreiding kunnen zaden het verste weg komen?
A
Via verspreiding door de wind
B
Via verspreiding door dieren
C
Via verspreiding door zichzelf
D
Allemaal even ver
Slide 34 - Quiz
Tekst
Wind
Plant zelf
Dieren
Vruchten met haakjes
Vruchten zijn kleverig
Vruchten hebben een pluis
Vruchten hebben vleugels
Vruchten met veel vruchtvlees
Slide 35 - Drag question
Aan het werk
Lees basisstof 6.7 in je boek of digitaal (blz 192)