Verkeersborden en voorrangsregels

Verkeersborden en voorrangsregels
1 / 14
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Verkeersborden en voorrangsregels

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
De leerling weet wat voor soorten voorrangsregels er zijn. De leerling kent de verschillende verkeersborden.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over verkeersborden en voorrangsregels?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Soorten Voorrangsregels
Voorrang van rechts, voorrang op gelijkwaardige kruispunten, voorrang verlenen aan voetgangers op zebrapaden.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Voorrang van rechts
Auto's op een weg van rechts hebben voorrang.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Voorrang op gelijkwaardige kruispunten
Bij gelijkwaardige kruispunten moet je voorrang verlenen aan bestuurders van rechts als er geen verkeersbord is dat iets anders aangeeft.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Voorrang verlenen aan voetgangers
Op zebrapaden moeten automobilisten altijd voorrang verlenen aan voetgangers.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Verschillende Verkeersborden
Voorrangsborden, stopborden, verkeerslichten, zebrapaden.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Voorrangsborden
Driehoekige borden met rode rand geven voorrangssituaties aan.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Stopborden en Verkeerslichten
Stopborden geven een verplichte stop aan. Verkeerslichten regelen het verkeer met kleuren.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Zebrapaden
Strepen op de weg met een aanduiding voor voetgangersoversteekplaatsen.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 13 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 14 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.