Paragraaf 9.1 Ongezond

Paragraaf 9.1 Ongezond
1 / 25
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Paragraaf 9.1 Ongezond

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welkom, zoek je plek. 
Wat heb je nodig?
- bio boek 
- Pen/potlood

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Programma
- Uitleg 9.1 Ongezond 
- Maken van Lesson Up opdrachten
- Aan de slag met opdrachten 9.1

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen 9.1
  • Je kunt uitleggen wat genotmiddelen zijn
  • Je kunt een aantal verslavende genotmiddelen benoemen
  • Je weet wat lichamelijk, geestelijk , sociaal afhankelijk is
  • Je kunt uitleggen wat verslaafd zijn betekent
  • Je weet wat de gevolgen zijn van alcohol, drugs en roken

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Leefstijl
- Zijn al je gewoontes van eten, drinken, roken, slapen, (school)werk, bewegen en ontspannen. 

- Je leefstijl heeft invloed op je gezondheid.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Genotmiddelen, welke ken je?

Slide 6 - Mind map

This item has no instructions

Verslaving
Wanneer je niet meer zonder een bepaalde stof uit genotmiddelen kunt.

Drank: Alcohol
Sigaretten: Nicotine

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Voorbeelden genotsmiddelen

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Verslaving
Lichamelijk afhankelijk: Je lichaam heeft het middel nodig om te kunnen functioneren. Afkickverschijnselen als je stopt.

Geestelijk afhankelijk: Je hebt het gevoel niet niet meer zonder te kunnen. Denkt er steeds aan. Afkickverschijnselen als je stopt.

Sociaal afhankelijk: je mist het contact met de mensen waarmee je het gebruikte

Slide 9 - Slide

This item has no instructions


Sam speelt het liefst de hele dag minecraft op zijn iPad. Tijdens de les op school lukt het hem niet om met zijn opdrachten op de iPad bezig te gaan en blijft hij stiekem minecraft spelen.
Wat voor verslaving heeft Sam?

A
Geestelijk
B
Lichamelijk
C
Sociaal

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Alcohol
Verdooft je hersenen, daardoor reageer je minder goed. 

Veel en vaak drinken veroorzaakt blijvende schade aan hersenen, lever en andere organen.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Video

This item has no instructions

Slide 13 - Video

This item has no instructions

Slide 14 - Video

This item has no instructions

Gevolgen roken
Nicotine - verslavende stof en vernauwt bloedvaten

Koolstofmonoxide - neemt de plaats van zuurstof in je bloed in, waardoor je cellen minder zuurstof krijgen. Je wordt hierdoor sneller moe.

Teer - beschadigt trilhaartjes in de luchtwegen, maakt longblaasjes kapot (longemfyseem) en verhoogt de kans op longkanker.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Drugs
Drugs stimuleren je hersenen, verdoven je hersenen of laten je hersens anders werken.

Blowen kan je stemming versterken, daardoor kun je je beter of slechter voelen.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Harddrugs en softdrugs
Drugs kunnen worden opgedeeld in harddrugs en softdrugs

Softdrugs zijn middelen die verslavend werken. Als je het vaak genoeg gebruikt dan is de kans groot verslaafd te raken.

Harddrugs zijn middelen die zeer verslavend werken. Als je het een paar keer hebt gebruikt dan kan je al verslaafd raken.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Verdovende middelen - Laten je hersenen trager werken, versuffend. Verminderen pijn, angst. 
Vb: alcohol, heroïne, slaapmiddelen, lachgas, hasj, wiet.

Stimulerende middelen - Laten je hersenen sneller werken. Vb: nicotine, cafeïne, cocaïne, speed, xtc.

Bewustzijn veranderende middelen - Laten je hersenen anders werken. De werkelijkheid beleef je anders. 
Vb: paddo's , lsd, lachgas, hasj en wiet

Wat doen drugs met je?

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Ontwenningsverschijnselen

Je begint te zweten
Je begint te trillen
Je kunt koorts krijgen
Je kunt misselijk worden
Je kunt hoofdpijn krijgen

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
Maak de volgende opdrachten van 9.1:
3, 6, 10, 11, 12, 13, 14, 17, 20, 23

Eerste 10 min in stilte werken.

Het is huiswerk voor do 23 mei

timer
10:00

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Geestelijk / lichamelijk/ sociaal afhankelijk
waar denk je aan?

Slide 22 - Mind map

Gevoel dat je niet zonder kunt. Steeds aan denken, slecht humeur, vergeetachtig.
Noem de 3 stadia van het gebruik van alcohol.

Slide 23 - Open question

Nuchter - aangeschoten - dronken

Slide 24 - Video

This item has no instructions


Welke stof uit tabaksrook is verslavend? 

A
koolmonoxide
B
nicotine
C
teer

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions