Kwaliteitszorg les 3 PW

Les 3 Kwaliteit onder de loep
1 / 31
next
Slide 1: Slide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 3

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Les 3 Kwaliteit onder de loep

Slide 1 - Slide

Inhoud les
  1. Terugblik les 2
  2. Lesdoelen
  3. Uitleg theorie
  4. Quiz
  5. Doen 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

De begrippen 'kwaliteit' en 'kwaliteitszorg' betekenen hetzelfde.
A
Ja
B
Nee

Slide 22 - Quiz

Als PW 'er ben je samen met collega’s verantwoordelijk voor de kwaliteit van de opvang, ondersteuning en begeleiding.

Kwaliteit is de mate waarin een dienst, artikel of organisatie voldoet aan iemands:
A
Budget
B
Eisen
C
Verwachtingen
D
Wensen

Slide 23 - Quiz

Micro
Macro
Meso
Bedrijven, instellingen, clubs en scholen
Individuen, gezinnen en kleine groepen
De hele bevolking, hele bevolkingsgroepen

Slide 24 - Drag question

Stilstand in kwaliteitszorg is achteruitgang. Welke omschrijving past hier het beste bij.
A
Dat kwaliteitszorg achteruitgaat als er niet hard word gewerkt.
B
Dat kwaliteitszorg veroudert na verloop van tijd.
C
Dat kwaliteitszorg altijd in ontwikkeling is door veranderingen op de markt.

Slide 25 - Quiz

Een onderwijsassistent heeft 2 leerlingen geholpen met hun huiswerk. De een is daarna tevreden, de ander niet.

De beïnvloedende factor op deze kwaliteitsbeleving is:
A
Tijdsgeest
B
persoonlijke smaak en voorkeur
C
situaties en levensomstandigheden

Slide 26 - Quiz

Bij een kinderopvang is de immateriële kwaliteitsvoorwaarde meer van belang dan de materiële kwaliteitsvoorwaarde. 

A
Waar
B
Niet waar
C
Is persoonlijk

Slide 27 - Quiz

Immateriële kwaliteitsvoorwaarden zijn (2 antwoorden zijn goed):
A
De werkplek
B
Het gebouw
C
Eigen inbreng kunnen hebben
D
Goede arbeidsvoorwaarden

Slide 28 - Quiz

Tot slot: Kwaliteitszorg 

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide