Oefentoetsvragen

Assisteren in de gezondheidszorg


oefentoets (vragen door jullie gemaakt!)
1 / 39
next
Slide 1: Slide
Zorg en Welzijn

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Assisteren in de gezondheidszorg


oefentoets (vragen door jullie gemaakt!)

Slide 1 - Slide

We gaan straks de vragen die jullie opgestuurd hebben beantwoorden. 
Lees de vraag goed 
Let op de tijd! 

Slide 2 - Slide

Wat zijn micro-organismen?

Slide 3 - Open question

Wanneer is een werkomgeving steriel?

Slide 4 - Open question

Noem één van de belangrijkste maatregelen voor hygiëne in de zorg.

Slide 5 - Open question

Bij wie komt de ziekte van Pfeiffer veel voor?
A
Ouderen
B
Jongeren
C
Baby's
D
Kinderen

Slide 6 - Quiz

Noem 2 symptomen van de ziekte van Pfeiffer.

Slide 7 - Open question

Hoe wordt de ziekte van Pfeiffer overgedragen?

Slide 8 - Open question

Waar kan geheugenverlies een symptoom van zijn?

Slide 9 - Open question

Welke van onderstaande ziekten vallen onder dementie?
A
Osteoporose
B
Ziekte van Alzheimer
C
Parkinson
D
Beroerte

Slide 10 - Quiz

Wanneer moet een slachtoffer met een wond naar de huisarts?

Slide 11 - Open question

Wat doe je bij een grote open wond?
A
Dek de wond meteen af, zonder met water te spoelen
B
Laat de wond lekker wapperen
C
Zet de hoge drukspuit erop

Slide 12 - Quiz

Hoe verwijder je een splinter?

Slide 13 - Open question

Wat doe je bij een open blaar?
A
Prik de blaar door
B
Dek de wond af met een steriel verband
C
Houd de blaar onder de koude kraan

Slide 14 - Quiz

Wat is een medicijnpaspoort?

Slide 15 - Open question

Welke personen moeten een medicijnenpaspoort hebben?
A
Alle mensen
B
Mensen met een beperking
C
Ouderen die ziek zijn
D
Mensen die meer medicijnen per dag gebruiken

Slide 16 - Quiz

Vrij verkrijgbare medicijnen kun je kopen in...(meerdere antwoorden zijn goed)
A
Ziekenhuis
B
Apotheek
C
Drogist
D
Supermarkt

Slide 17 - Quiz

een voorraad die wordt geteld door een persoon
de voorraad die automatisch wordt geteld door een computer
Tekeen administratievoorraad is....
De werkelijke voorraad is....

Slide 18 - Drag question

Wat is een positief voorraadverschil?

Slide 19 - Open question

Noem 3 kinderziekten.

Slide 20 - Open question

Wat betekent het als je ergens immuun voor bent?

Slide 21 - Open question

Welke kinderziekten zijn besmettelijk?
A
Waterpokken
B
Roodvonk
C
Krentenbaard

Slide 22 - Quiz

Wat is een vaccin?

Slide 23 - Open question

Wat komt er langs de tandvleesrand als je niet goed poetst en flost?

Slide 24 - Open question

Wat kan er ontstaan door tandbederf?

Slide 25 - Open question

Waar zitten de tanden en kiezen in vast?
A
De tandkas
B
Het wortelvlies
C
Het tandvlees

Slide 26 - Quiz

Wat is de functie van tandvlees?

Slide 27 - Open question

Bacteriën veroorzaken niet alleen tandvleesproblemen, maar ook...
A
een geïnfecteerd kaakbot
B
Een ontsteking aan de keelamandelen
C
Een gebroken kaakbot

Slide 28 - Quiz

Tot welke fase van tandvleesontsteking behoort parodontitis?
A
Fase 1
B
Fase 2
C
Fase 3
D
Fase 4

Slide 29 - Quiz

Vanaf welke leeftijd ga je wisselen van een melkgebit naar een volwassen gebit?
A
7 jaar
B
5 jaar
C
3 jaar
D
10 jaar

Slide 30 - Quiz

Welk onderdeel van de tand zie je bij de pijl?
A
De tandwortel
B
Het tandbeen
C
De kroon
D
De pulpa

Slide 31 - Quiz

Hoeveel soorten tanden en kiezen zitten er in het gebit?
A
4
B
5
C
2
D
6

Slide 32 - Quiz

Wat houdt curatieve zorg in?
A
Zorg die erop gericht is dat patiënten herstellen
B
Zorg in de laatste levensfase

Slide 33 - Quiz

Zorg die direct toegankelijk is voor de patiënt hoort bij de …..
A
Tweedelijns zorg
B
Eerstelijns zorg

Slide 34 - Quiz

Wat is intramurele zorg?

Slide 35 - Open question

Wat is toxoplasmose?

Slide 36 - Open question

Wat mag een zwangere vrouw niet om toxoplasmose te voorkomen?
A
boodschappen doen, huis opruimen, wassen
B
tuinieren, rauw vlees eten, kattenbak verschonen
C
op de buik slapen, autorijden, een rondje om.

Slide 37 - Quiz

Welke aandoening kan een zwangere vrouw krijgen die besmet is met waterpokken?


A
Longontsteking
B
Opgezwollen slijmvliezen
C
Baarmoederontsteking

Slide 38 - Quiz

Einde van de toets. 

Slide 39 - Slide