In zinnen komt de persoonsvorm in
persoon en
getal overeen met het onderwerp.
Dat heet
congruentie.
Bij een enkelvoudig onderwerp hoort een enkelvoudige persoonsvorm. --> Ik loop
Bij een meervoudig onderwerp een meervoudige persoonsvorm. --> wij lopen
Meestal is dat niet moeilijk, maar er zijn een paar lastige gevallen: