GROEN AFSLUITENDE TOETS FASE 4

FASE 4

AFSLUITENDE TOETS
GROENE LEEFOMGEVING
1 / 40
next
Slide 1: Slide
Natuurlijk groenMiddelbare schoolvmbo lwoo, kLeerjaar 4

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

FASE 4

AFSLUITENDE TOETS
GROENE LEEFOMGEVING

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Tuinbouw
Veeteelt
Akkerbouw

Slide 2 - Drag question

This item has no instructions

Een bedrijf dat tuinen aanlegt en tuinen onderhoud heet een
A
hoveniersbedrijf
B
tuincentrum
C
kapsalon
D
verzorgbedrijf

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Wat doe je met het tuingereedschap als je klaar bent?
A
Op de grond neerzetten in de schuur
B
Schoonmaken en ophangen aan de juiste haakjes in de schuur
C
Laten staan, een ander ruimt het wel op
D
Buiten laten staan in de tuin.

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions


A
schoffel
B
hark
C
spade
D
snoeiapparaat

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Welk gereedschap is dit?
A
Schrepel
B
Hak
C
Schoffel
D
Spade

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de beste manier
om een wortelonkruid te
verwijderen?
A
met wortel en al eruit halen
B
met de hand eruit trekken
C
schoffelen voor de bloei
D
schoffelen na de bloei

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Dit is een ..
A
schoffel
B
tuinhark
C
riek
D
spitvork

Slide 8 - Quiz

Een mestvork, ook wel riek, greep of griep genoemd, is een landbouwwerktuig en tuingereedschap waarmee mest en andere zaken op een eenvoudige wijze kunnen worden verplaatst. Bij grof materiaal verplaatsen
Waarom zijn planten goed om in huis te hebben?
A
maken de lucht schoon
B
zorgen voor zuurstof
C
geven gezellige sfeer in huis
D
ziet er rommelig uit

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Waarom is het belangrijk dat
je werkkleding draagt?
A
Het zit gemakkelijker.
B
Het voorkomt dat je vuil meeneemt buiten de werkomgeving.
C
Het is veel goedkoper.
D
Het voorkomt dat je eigen kleding vuil wordt.

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Bij
Wesp
Hommel

Slide 11 - Drag question

This item has no instructions

Wortels
Kroon
Bladeren
Takken
Stam

Slide 12 - Drag question

This item has no instructions

PAPIER en KARTON
PMD
RESTAFVAL
GROEN AFVAL

Slide 13 - Drag question

This item has no instructions

Een boom kappen
Een boom snoeien
Een boom rooien

Slide 14 - Drag question

Na het kappen van de boom blijft de stronk achter
De juiste betekenis van bomen rooien is dan ook dat de boom en het wortelstelsel volledig uit de grond worden gehaald.
Bij het kappen van een boom kan het zijn dat u juist het laatste restje stam wilt laten staan. De wortels blijven dan gewoon in de grond zitten. Daarin verschilt het bomen kappen van het bomen rooien.
Snoeien is het selectieve terugsnijden van houtige planten
takkenschaar
spade
tuinhark
schoffel

Slide 15 - Drag question

This item has no instructions

Hergebruiken
Geeft geen of weinig afval
Voordeel
Nadeel
Uitzoeken /  wassen / repareren kost veel moeite en tijd
Iemand anders heeft er nog iets aan
Alles moet apart ingeleverd

Slide 16 - Drag question

This item has no instructions

welk dier is dit?
A
Sprinkhaan
B
Libelle
C
Rups
D
Oorworm

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Hoe heet deze activiteit?
A
bloemschikken
B
bloemen verzorgen
C
bloem plukken
D
bloemen weggooien

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Hoe hard mag een tractor
op de openbare weg?
A
5 km/uur
B
15 km/uur
C
40 km/uur
D
80 km/uur

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Welke verzorging heeft een hond nodig?
A
aandacht, gezond eten, tijd en beweging
B
eten, beweging en aandacht
C
een mand
D
geen

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Hoe heten de bollen en knollen?
Tulp
Narcis
Krokus
Hyacint

Slide 21 - Drag question

This item has no instructions




Wat betekent  'de hond uitlaten'?
A
de hond eten geven
B
de hond verzorgen
C
wandelen met de hond
D
de hond uit huis zetten

Slide 22 - Quiz

Antwoord C: wandelen met de hond.

Wat doe je bij het oogsten?
A
begroeien
B
bloemschikken
C
besproeien
D
eruit halen

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Welk dier is dit?
A
Kever
B
Sprinkhaan
C
Libelle
D
Vlinder

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Hoe heet dit dier?
A
Egel
B
Naaktslak
C
Huisjesslak
D
Spin

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Bezem
onkruidborstel
bats
cultivator

Slide 26 - Drag question

This item has no instructions

Het is voor insecten en vogels belangrijk
om niet alles in 1 keer te maaien, maar
telkens een deel.
A
waar
B
niet waar

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een ecosysteem?
A
Het eten van planten en dieren
B
Samenwerking tussen planten en dieren
C
Soorten planten en dieren
D
De boer en de dieren

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Welke van de volgende maatregelen is
NIET goed voor het aantrekken van
insecten?

A
Het plaatsen van een insectenhotel.
B
Het snoeien van alle bomen en struiken in de tuin.
C
Het zaaien van een insectenweide.
D
Het creëren van schuilplekken met dode takken.

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Wat voor dier ben ik?
huisdier
boerderij-dier
wild dier

Slide 30 - Drag question

This item has no instructions

Vul de bedrijfskolom in
(goede volgorde) voor melk:
Boerderij
Melkfabriek
Groothandel
Winkel
Consument

Slide 31 - Drag question

This item has no instructions

Wat is een voorbeeld van
de bio-industrie
A
Op een boerderij kippen varkens en koeien houden
B
Een kleine boerderij hebben
C
Een grote boerderij met veel verschillende dieren
D
Een grote boerderij met veel dezelfde dieren

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Maïs is .......
A
Plantaardig
B
Dierlijk
C
Giftig
D
Niet eetbaar

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Maïs
A
Akkerbouw
B
Tuinbouw
C
Veeteelt
D
Bosbouw

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

De leerlingen gingen naar de boerderij.
leerlingen en boerderij zijn...
A
zelfstandige naamwoorden
B
werkwoorden
C
lidwoorden

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

Supermarkt
speciaalzaak
tuincentrum
webshop
markt
boerderijwinkel

Slide 36 - Drag question

This item has no instructions

Wat doet een imker?
A
Bestudeert sterren en planeten.
B
Kweekt bloemen in een tuin.
C
Houdt bijen en zorgt voor bijenkorven.
D
Is expert in het verzorgen van huisdieren zoals honden en katten.

Slide 37 - Quiz

This item has no instructions

Wat gebeurd er bij
beregening ?
A
Water stroomt door buizen en word verspreid met sproeiers
B
Er valt gewoon regen
C
Planten krijgen water door de buizen
D
Het regent hard

Slide 38 - Quiz

This item has no instructions

Waar is een takje bij de konijnen goed voor?
A
Het konijn gebruikt het als voer
B
Om de tanden te verzorgen
C
Het is afval
D
Heeft geen nut

Slide 39 - Quiz

This item has no instructions

Benoem het beroep:
Je laat honden uit van particulieren, maar verzorgt soms ook dieren in een asiel
A
bloemist
B
dierverzorger dierentuin
C
ondernemer hondenuitlaatservice
D
managehouder

Slide 40 - Quiz

This item has no instructions