4.1 Een land om trots op te zijn

1 / 25
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

4.1 De Eerste Wereldoorlog

Slide 5 - Slide

Leerdoelen
  • Je kan uitleggen wat de oorzaken waren van de 1ste wereldoorlog aan de hand van; Nationalisme, Militarisme en wapenwedloop.
  • Je kan uitleggen hoe de oorlog verliep.
  • Je kan uitleggen wat de gevolgen waren voor Duitsland, Oosterijk en het Ottomaanse rijk.
  • Je kan uitleggen hoe Nederland neutraal heeft kunnen blijven.

Slide 6 - Slide

Oorzaken van de oorlog

  • Geallieerde VS Centralen
  • Nationalisme
  • Militarisme 
  • Wapenwedloop

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Nationalisme

Wanneer je trots bent op je eigen land, geschiedenis en cultuur. 


Slide 9 - Slide

Militarisme
Verheerlijking van het leger. Het leger en oorlog zijn dingen om trots op te zijn!

Slide 10 - Slide

Wapenwedloop
Een wedloop tussen landen die elkaar proberen te overtreffen met wapens.

Slide 11 - Slide

Oorlog aan 2 fronten!

Slide 12 - Slide

Gevolgen van de oorlog...

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Neutraal Nederland
Nederland blijft Neutraal, we deden niet mee in de oorlog. We handelden met beide 'kanten'

Slide 18 - Slide

Wat is nationalisme?
A
Een persoon met veel nationaliteiten
B
Het veel houden van je land
C
Het houden van veel landen
D
Een ander woord voor de eerste wereld oorlog

Slide 19 - Quiz

Welke landen waren lid van de Centrale?

Slide 20 - Open question

Wat is een wapenwedloop?
A
Een wedloop waar landen elkaar proberen te overtreffen met wapens
B
Een wedloop waar landen kijken hoe ver hun wapens schieten
C
Een wedloop waar landen het beste wapen proberen te maken
D
Eeen wedloop waar landen elkaar uitschakelen met wapens

Slide 21 - Quiz

Welke 2 fronten waren er voor Duitsland?

Slide 22 - Open question

Welke landen vielen uit elkaar?
A
Duitsland, Frankrijk en Rusland
B
Engeland, Frankrijk en Rusland
C
Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Ottomaanse rijk
D
Nederland, Duitsland en Frankrijk

Slide 23 - Quiz

Hoe kon Nederland Neutraal blijven?
A
De Britten hadden de Duitsers gewaarschuwd
B
Ze sloten deals met de VS
C
Nederland was te sterk voor Duistland
D
Ze handelen met landen van verschillende bondgenootschappen.

Slide 24 - Quiz

Huiswerk:
Paragraaf 4.1 ga je deze week afmaken. Zie studiewijzer in magister.

Slide 25 - Slide