This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 40 min
Items in this lesson
Hoe was jullie weekend?
Goedemorgen!!
Slide 1 - Slide
Nog vragen over de toets formuleren?
Slide 2 - Slide
Wat weet je nog over tekstverbanden?
Slide 3 - Mind map
Tekst
Chronologisch verband
Concluderend verband
Opsommend verband
Samenvattend verband
Tegenstellend verband
Toelichtend verband
Tijdsvolgorde
conclusie uit eerdere informatie
zaken achter elkaar beschreven
verkorte weergave van eerdere informatie
tegenovergestelde zaken zien
extra informatie / voorbeeld
Slide 4 - Drag question
Tekst
Chronologisch verband
Concluderend verband
Opsommend verband
Samenvattend verband
Tegenstellend verband
Toelichtend verband
als, bijvoorbeeld, zoals
Om te beginnen, daarnaast, ook
kortom, met andere woorden
al met al, daarom, dus
maar, toch, echter, ofschoon
daarna, nu, vervolgens, eerst
Slide 5 - Drag question
Wat is een opsommend verband?
A
Ik heb een hond, een kat en drie vogels als huisdier.
B
Op zaterdag heb ik een voetbalwedstrijd en op zondag ga ik naar de stad met vrienden. Al met al heb ik een druk weekend.
C
Ik woon in een groot huis.
D
Witte bonen in tomatensaus lust ik niet evenals gekookte wortels, die lust ik ook niet.
Slide 6 - Quiz
Tegenstellend verband
A
Ik ben van mening dat we met dit product moeten stoppen, maar daar denkt mijn zakenpartner anders over.
B
Als ik naar school ga moet ik eerst met de metro naar Zuid, dan met de bus naar Hoofddorp en dan nog een stukje fietsen.
C
Om te beginnen vind ik dit boek erg vervelend om te lezen. Verder zou ik graag een ander thema willen kiezen.
D
Mijn moeder maakt graag Italiaanse gerechten zoals pasta en pizza.
Slide 7 - Quiz
Samenvattend verband
A
Je kunt in de spits haast niet meer opschieten in de Randstad. Zo kost het je vaak twee uur om van Den Haag naar Rotterdam te reizen, een afstand die je normaal in twintig minuten aflegt.
B
Als het morgen mooi weer is, gaan we naar het strand.
C
De recensent van Kidsweek vindt dit een prachtig boek. Maar in de Jeugdboekengids lees ik een heel negatieve bespreking. De meningen zijn dus nogal verdeeld.
D
Al met al ben ik zwaar teleurgesteld.
Slide 8 - Quiz
Jonah vindt balsporten als volleybal en basketbal eigenlijk helemaal niet leuk.
A
Toelichtend verband (voorbeeld)
B
Opsommend verband
C
Concluderend verband
D
Samenvattend verband
Slide 9 - Quiz
We maken eerst deze vraag en daarna gaan we naar een tekst kijken.
A
Chronlogisch verband
B
Opsommend verband
C
Concluderend verband
D
Tegenstellend verband
Slide 10 - Quiz
Dus dit was de herhaling over tekstverbanden. Wat is het tekstverband?