Examenidioom 3+4

Examenidioom 3+4
1 / 17
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Examenidioom 3+4

Slide 1 - Slide

Een bolgewas uit de lookfamilie waar ook de ui en de bieslook toe behoren.
A
onion
B
garlic
C
loaf
D
pea

Slide 2 - Quiz

What's your favourite (smaak) of ice-cream?

Slide 3 - Open question

Any more (friet)?

Slide 4 - Open question

Betekenis van woord tussen haakjes:
I don't like (prawns).

Slide 5 - Open question

Do you want orange juice or another __?
A
pastry
B
convenience food
C
beverage
D
loaf

Slide 6 - Quiz

The woman behind the __ recognized me.
A
queue
B
recipe
C
bowl
D
counter

Slide 7 - Quiz

Het fijnmaken van bijvoorbeeld kruiden, noten of vlees met behulp van een mes, hakmes of andere apparatuur
A
to boil
B
to slice
C
to chop
D
to pour

Slide 8 - Quiz

Betekenis van woord tussenhaakjes:
You should eat more (wholesome) food like vegetables.

Slide 9 - Open question

Betekenis van woord tussenhaakjes:
At this supermarket you can also buy (convenience foods).

Slide 10 - Open question

I had to stand in a __ for 20 minutes before the assistant could help me.
A
counter
B
bowl
C
queue
D
recipe

Slide 11 - Quiz

I (weiger) to pay this bill.

Slide 12 - Open question

(Gelukkig), we were just on time.

Slide 13 - Open question

Welk Engels woord zoek ik?
"het geen zin hebben in iets, het iets niet willen doen."

Slide 14 - Open question

She felt (ongemakkelijk) when everybody looked at her.

Slide 15 - Open question

We've got two people called Rick Adams working here, so it's a bit ___
A
confusing
B
suspicious
C
obvious

Slide 16 - Quiz

Welk Engels werkwoord zoek ik:

"de uitkomst ergens van verzekeren"

Slide 17 - Open question