This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Introduction
In deze les neem je een kijkje in de brandweerauto. Weet jij welke materialen er allemaal inzitten? En waarvoor wordt het gebruikt?
Instructions
Voorbereiding:
Deze docentenhandleiding geeft een uitgebreide toelichting op de les- en leerstof en lesideeën. Handig om van te voren door te nemen.
Downloaden:
Download en print voorafgaand aan de les de bouwplaat op stevig A3 papier om tijdens de les te maken en/of om mee naar huis te geven.
Devices
Deze onderbouwgroep gebruikt waarschijnlijk nog geen devices. Zodra je de les start kun je het vinkje bij 'devices' verwijderen.
De sleepopdrachten kan je als leerkracht zelf maken met de input vanuit de klas.
Met de knop 'controleer' kun je de klas laten zien of de gegeven antwoorden goed zijn.
Met de knop 'Toon antwoord' laat je zien wat de juiste antwoorden zijn.
Instructions
Items in this lesson
Gevaar in en om huis:
De brandweerauto
Slide 1 - Slide
De brandweerauto rijdt met zwaailicht en sirene door de straat.
Zorg dat je snel aan de kant gaat!
Wat is er aan de hand?
Is er een ongeluk gebeurd of een brand?
Nee, de brandweer is op weg naar een huis.
En in dat huis is het niet pluis.
Stap maar snel in de brandweerauto en ga mee naar gevaren speuren.
Ontdek wat je kunt doen, zodat er niet gauw iets ergs kan gebeuren.
De brandweerauto, materialen
en de brandweermensen en de taken
+ bouwplaat
De brandweerauto
Slide 2 - Slide
Vertel
Als er iets ergs is gebeurd, zoals een brand of een ongeluk, dan bel je de brandweer.
Zie je het nummer ook op de brandweerauto staan?
112. Dit nummer bel je natuurlijk nooit voor de grap. Alleen als er iets ergs gebeurd is en er snel hulp moet komen.
Kleed de brandweer aan
Slide 3 - Slide
Vertel:
Als je de brandweer belt, dan gaan alle brandweermannen en brandweervrouwen naar de brandweerkazerne en daar doen ze hun brandweerkleding aan.
Helpen jullie mee het goede pak aan te trekken? Niet alle kledingstukken horen erbij. De fles met lucht hang je op de rug, en de riemen van de fles maak je vast aan de voorkant van de brandweerman/-vrouw.
Doen:
Sleep de juiste kleding naar de brandweerman. De kledingstukken die niet nodig zijn, schuif je maar iets opzij.
Denk je dat je de brandweerman goed hebt aangekleed? Klik op het oog pictogram rechtsboven in het scherm en je ziet de brandweerman als hij helemaal is aangekleed. Heb je het goed gedaan?
Vertel over het veiligheidspak
De laarzen hebben een hele harde 'neus' en beschermen de voeten.
De broek en de jas beschermen het lichaam tegen het hete vuur.
De helm beschermt zijn hoofd tegen vallend materiaal zoals glas of een dakpan.
Wist je dat de helm en de strepen op het pak lichtgeven in het donker?
Het masker en de fles vol lucht zorgen ervoor dat de brandweerman geen gevaarlijke rook inademt.
Met de zaklamp kan de brandweerman zijn weg vinden
en met de portofoon (de walky talky) kan hij praten met de andere brandweermensen.
Lesidee:
Als je een uitrukpak tot je beschikking hebt, kun je ook het pak echt aantrekken en laten zien.
Lesidee:
Hoeveel tijd heb je nodig om een brandweerpak aan te trekken?
Dit heb je nodig:
regenbroek
regenlaarzen
regenjas
helm
handschoenen
stopwatch
Brandweermensen doen er 1 minuut over om het brandweerpak aan te trekken en in de brandweerauto te stappen.
Ben jij ook zo snel?
Leg de kleding klaar en spreek met de klas af waar de brandweerauto staat. Zet hier een stoel neer.
Laat kinderen om de beurt het 'brandweerpak' aantrekken en in de auto plaats nemen. Meet de tijd met de stopwatch. Ben jij net zo snel als de brandweer?
Wat zit er in een brandweerauto?
Slide 4 - Slide
Vertel
In de brandweerauto zitten allemaal spullen die de brandweer nodig heeft om te kunnen helpen.
We gaan kijken wat er allemaal inzit.
Herken je al wat gereedschap?
Waarvoor kan de brandweer dit gebruiken?
Ga naar de volgende slide.
De brandslang
Slide 5 - Drag question
Zie je de opgerolde slang? Dat noemen we een brandslang.
Sleep de slang naar het plaatje waar de brandweer gebruik maakt van een brandslang.
We gebruiken een brandslang om snel te kunnen beginnen met blussen. Dat doen we met het water uit de watertank.
Soms gebruiken we een brandslang ook om een paard of een koe uit het water te halen. Dat zijn dan de grotere slangen die opgerold in de auto liggen.
Bij een brand in de natuur gebruiken we niet altijd een brandslang. We blussen dan de brand met een waterkanon die boven op het voertuig zit.
Lesidee:
Maak een watersproeier.
De brandweer blust veel branden met een sproeistraal. Het water komt zo op een groot gebied terecht.
Je kunt zelf ook een watersproeier maken.
Bekijk hiervoor het proefje 'watersproeier ' op https://www.proefjes.nl/proefje/214
De schaar, de spreider en pionnen
Slide 6 - Drag question
De brandweer blust niet alleen branden. We komen ook als auto's tegen elkaar aan zijn gereden.
Hier zie je een spreider en een schaar en pionnen. Sleep de voorwerpen naar het plaatje waar we deze materialen gebruiken.
Met een spreider en een schaar kan de brandweer bijvoorbeeld het dak van een auto afknippen.
Wist je dat de spreider en de schaar in iedere brandweerauto in Nederland op dezelfde plek ligt?
En met de pionnen zet de brandweer de weg af. Dan kunnen we veilig werken. Dus niet alleen bij een ongeval, maar ook bij het blussen van een brand.
De gereedschapskist en de ladder
Slide 7 - Drag question
In de brandweerauto zit ook nog allerlei gereedschap voor andere klussen zoals:
De ladder. Deze ligt op het dak van de brandweerauto. De ladder is erg handig om bijvoorbeeld een poesje uit de boom te halen.
Schoorsteenveeggereedschap. Een schoorsteenbrand blust de brandweer met een borstel aan een lange ketting. Hiermee vegen we de schoorsteenpijp helemaal schoon. We halen alle brandende roet uit de pijp. We vangen dit op in een stalen emmer.
Liftgereedschap. Als iemand is opgesloten in de lift, komt de brandweer ook helpen. Met een speciale liftsleutel kunnen we de liftdeuren open maken.
Water en een pomp
Slide 8 - Slide
Je kunt het niet zien, maar binnen in de auto zit een grote watertank met 2000 liter water.
Maar wat nu, als het water uit de tank bijna op is?
Ook daar is over nagedacht.
De watertank kan gevuld worden met water bijvoorbeeld uit een sloot of kanaal of uit een brandkraan (drinkwaterleiding).
Opzetstuk
Zie je die 2 dingen, naast het luik, op de achterkant van de brandweerauto? Dat noemen we een opzetstuk. Dit is een soort kraan waarmee we water uit de brandkraan kunnen halen.
En aan de ronde gaten in de auto kunnen we de slangen koppelen om water in de auto te krijgen én om er water uit te halen.
In de auto zie je aan de achterkant de pomp. Hiermee kun je het water snel of langzaam laten stromen.
Lesidee
Doe het waterexperiment.
Hoe komt het water omhoog uit een sloot of kanaal?
Zet een doorzichtige bak met water klaar en doe daar een rietje in.
Laat de kinderen ervaren dat er eerst gezogen moet worden, voordat het water omhoog komt. Daar is dus een pomp voor nodig.
Slide 9 - Slide
Als mensen of dieren in groot gevaar zijn, dan moet de brandweer extra snel rijden. We zetten het blauwe zwaailicht en de sirene aan. We mogen dan zelfs door het rode licht rijden.
Let op, steek niet over als een auto met zwaailicht en sirene aan komt rijden!
Zie jij op de tekening ook het gevaar?
Antwoord:
Met een koptelefoon op en je aandacht bij je telefoon zie en hoor je niet dat de brandweer er aan komt rijden. Als je dan oversteekt is dat erg gevaarlijk.
Brandblussers
Alarmnummer
Gereedschap
Zwaailicht
Slang
Spiegel
Ladder
Wiel
Slide 10 - Drag question
Doen:
Wat zit er allemaal in de auto? Kies uit de verschillende onderdelen en sleep het woord naar de goede plek rondom de auto. Visueel (de grootte van de kaders) kun je ook zien welk woord waar hoort.
Klik op: "controleren" en bespreek indien nodig de juiste antwoorden.
Deze ontdek je door op "toon antwoord" te klikken.
Als de woorden op de goede plek staan, is de auto "uitrukgereed". Klaar om naar een incident te gaan.
Zet de sirene aan als als je op weg gaat naar de brand. Klik op het geluidsicoon bij het zwaailicht en je hoort de sirene.
Bouwplaat
Slide 11 - Slide
Doen
Je weet nu wat voor spullen de brandweer nodig heeft om te kunnen helpen. Dan is het nu tijd om de bouwplaat van de brandweerauto in elkaar te knutselen.
Maar let op: er liggen nog wat spullen naast de auto. Voordat de brandweer op pad gaat moeten eerst deze spullen in de auto worden gelegd.
Dat doe je zo:
Knip de losse onderdelen uit en plak deze op de juiste plek in de brandweerauto.
Knip de brandweerauto uit en vouw hem in elkaar.
De brandweerauto is nu klaar om op pad te gaan. TA TUU TA TUU
Lesidee:
Je kunt ook zélf een brandweerauto in elkaar knutselen. Hiervoor heb je nodig:
melkpakken
felgekleurde doppen
wc rollen
rood en zwart papier of verf
ijsstokjes
papierrestjes
Omwikkel het melkpak met rood papier of laat het rood verven.
Maak van twee wc rollen de wielen.
Maak met papier aan de zijkanten de roldeurtjes (wit) en de ramen.
Bovenop komt van ijsstokjes de ladder.
Gebruik felgekleurde doppen als zwaailicht.
Hoe vond je de les?
😒🙁😐🙂😃
Slide 12 - Poll
Vraag de kinderen wat ze van de les vonden.
Heb je tips op verbeterpunten? Geef het door aan brandweeropschool@brandweer.nl