Immigratie

1 / 19
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

immigratie =
A
Dat vluchtelingen een maand opgevangen worden in kamp.
B
Dat mensen uit een ander land in NL komen wonen.
C
Dat mensen uit NL in het buitenland gaan wonen.
D
Dat er oorlog is en iedereen vlucht ergens heen.

Slide 2 - Quiz

Wat betekent immigratie?
A
Dan verhuis je naar het buitenland.
B
Mensen komen zich in Nederland vestigen.

Slide 3 - Quiz

Welke zin is juist?
A
Iedere immigrant is ook een emigrant.
B
Immigratie en emigratie spelen pas de laatste tien jaar een grote rol in Nederland.
C
De meeste gastarbeiders komen uit voormalige koloniën.
D
Voor vluchtelingen is werk een vertrekreden om naar Nederland te komen.

Slide 4 - Quiz

Migreren
  • Migreren betekent verhuizen

  • Emigratie is verhuizen naar een ander land

  • Immigratie is als mensen uit andere landen in Nederland zijn komen wonen

  • Zolang er mensen zijn komt migratie voor

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Slide

WANNEER KRIJGT IEMAND ASIEL?
Als hij vervolgd kan worden vanwege ras, geloof, etc
Als hij gevaar loopt in zijn thuisland

Slide 18 - Slide

Maak opdrachten in werkboek

Slide 19 - Slide