Woordenschat les | Pronkstukken en herfstcollectie

Wat gaan we deze les doen? 
  • Oefenen met woorden uit het thema pronkstukken.
  • Je omschrijft je eigen herfstcollectie en gebruikt de woorden uit deze les.
1 / 11
next
Slide 1: Slide
SpellingBasisschoolGroep 6

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Wat gaan we deze les doen? 
  • Oefenen met woorden uit het thema pronkstukken.
  • Je omschrijft je eigen herfstcollectie en gebruikt de woorden uit deze les.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Een quiz om te oefenen
Schrijf het juiste antwoord (A, B, C of D) op je wisbordje.

Slide 3 - Slide

"In het herfstbos deed ik een bijzondere vondst: een veer met allemaal kleuren!"

Wat is een ‘vondst’?
A
Iets dat je gevonden of bedacht hebt.
B
Iets dat kapot of beschadigd is.
C
Iets dat je kwijtraakt.
D
Iets dat je gekocht hebt.

Slide 4 - Quiz

"De sjaal die oma speciaal voor mij heeft gebreid, is ontzettend waardevol voor mij."

Wat betekent 'waardevol'?
A
Iets dat je makkelijk vergeet.
B
Iets dat kostbaar of duur is.
C
Iets dat je moet kopen.
D
Iets dat je gevonden hebt.

Slide 5 - Quiz

"Ik schreef een herfstverhaal om de herinnering aan onze boswandeling te bewaren."

Wat betekent 'herinnering'?
A
Wat er zo mooi aan iets of iemand is.
B
Van deze tijd, nieuw.
C
Volledig, er ontbreekt niks aan.
D
Iets wat je nog weet van vroeger.

Slide 6 - Quiz

"Mijn verzameling dennenappels zal ik nog lang blijven koesteren"

Wat is ‘koesteren’?
A
Aandacht en zorg aan iets of iemand besteden.
B
Het verstoppen of verbergen van iets.
C
Iets uitlenen of weggeven aan iemand anders.
D
Iets schoonmaken of poetsen.

Slide 7 - Quiz

"Vliegeren tijdens de storm was een spannende beleving."

Wat betekent 'beleving'?
A
Een mooi of bijzonder voorwerp.
B
Iets wat je gevonden of bedacht hebt.
C
Een avontuur of een ervaring.
D
Iets dat je koopt of krijgt.

Slide 8 - Quiz

"We verwonderden ons over de kleuren van de herfstbladeren: rood, geel, oranje en zelfs paars!"

Wat betekent 'verwonderen'?
A
Je ergens over verbazen.
B
Iets stom vinden.
C
Iets uitleggen aan iemand.
D
Je ergens over vergissen.

Slide 9 - Quiz

Zelf aan de slag
Ga aan de slag met de opdracht. 

Klaar? Maak de 1-ster en 2-ster opdrachten op bladzijde 60 van je werkboek. 

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide